=6= De voorzitter ziet niet de noodzaak om het "besluit uit te stellen, maar mogelijk zou men over een maand hier mee terug kunnen komen. Het lid Sinke vraagt of, gezien de voorgeschiedenis en het ver loop van deze aankoop, de goedkeuring van Gedeputeerde Staten op dit "besluit is te verwachten. De voorzitter dacht van wel. Het lid Sinke informeert of men in s-Hertogenbosch ook de inhoud kent van alle correspondentie die op deze kwestie "betrekking heeft. De voorzitter antwoordt dat men niet alle correspondentie kent, maar dat de kwestie wel genoegzaam "bekend is. Het lid KLaassen is niet tegen de hoogte van het bedrag; wel vindt hij het een diècrimina"tie ten opzicht van de buurtbewoners. Daar zijn er bij die op latere datum een andere woning hebben gekocht, terwijl de taxatie uitging van bedragen die in 1968 golden. Hij vindt dat hier een precedent wordt geschapen en is bang dat het gevolg hier van zal zijn dat in de toekomst ook anderen langer zullen wachten alvorens tot definitieve verkoop over te gaan. De voorzitter merkt op dat er wel bij zijn die wachten tot de ontei- gening plaats vindt. Meestal krijgen ze dan ook wel iets meer, maar zij krijgen ook als allerlaatste hun geld. Overigens is dit wel een geval w-at men nog niet eerder bij de hand heeft gehad. Het lid Sinke vraagt zich af of het niet beter is dat het college deze aankoop eerst afrond en dan volgende maand pas met een voor stel bij de raad komt. Het lid Mens zou ook nu met de aankoop in kunnen stemmen mits er geen nadere voorwaarden aan het besluit worden verbonden. Het lid Verbogt stelt voor te beslissen over deze prijs en deze voor waarden. Mocht het college daarmee straks niet tot een akkoord kun nen geraken dan is het raadsbesluit van de baan. Het lid Mens zegt dit ook te bedoelen. De voorzitter vraagt welke voorwaarden worden bedoeld. Het lid Mens zegt dat hij bedoelt de voorwaarden die behoorden bij de eerdere overeenkomst met de heer Roosenboom en de nu gestelde koopsom. Het lid Sinke dacht wel dat men als voorwaarde moest stellen dat het pand snel vrijgemaakt werd om het zo spoedig mogelijk in het ge heel in te kunnen passen. De voorzitter deelt mede dat het gaat om twee woningen, waarvan er be— slist één moet verdwijnen, welke woning dat zal zijn is op dit moment nog niet bekend. Het lid Sinke is er van overtuigd dat men snel tot een keuze ge dwongen zal worden en zou daarom wel een bepaling omtrent ontrui ming aan de akte verbinden. Het lid Verbogt vraagt of in andere gevallen de clausule omtrent ontruiming wel wordt opgenomen. De voorzitter antwoordt dat dit van geval tot geval anders ligt. De voorzitter zegt dat er drie mogelijkheden zijn: 1e. Het college neemt het voorstel .terug. 2e De raad gaat in principe akkoord onder voorbehoud van latere goedkeuring van de voorwaarden en 3e. de raad gaat met het voorstel akkoord en laat het stellen van voorwaarden aan het college over. De raadsleden gaan akkoord met laatstgenoemde mogelijkheid'en beslui ten zonder hoofdelijke stemming conform het voorstel van burgemeester en wethouders. 7. VOORSTEL TOT WIJZIGING VAN DE REGELING MET BETREKKING TOT HET VERLENEN VAN EEN RECHT VAN VOORKEUR TOT KOOP VOOR EN HET VERKOPEN VAN BOUW GROND IN DE GEMEENTE HALSTEREN. Het lid Somers vraagt welk verschil er bestaat tussen optie en recht van voorkeur.Als enige mogelijkheid zou hij zich kunnen indenken dat het recht van voorkeur voor de betreffende aannemer niet zoveel zeker heid biedt als optie. De voorzitter meent dat ook. Wat het verschil exact is weet hij niet, evenmin als het college. Men vindt het gevaarlijk om voor een lange termijn het woord optie te gebruiken. Wel moet er een en ander al vast veilig gesteld worden, maar daar tegenover is het begrijpelijk dat men moeilijk nu reeds kan verplichten tot leveren voor iets wat mogelijk pas over vijf jaar aan de orde komt. Het is denkbaar dat Gedeputeerde Staten er niet mee akkoord zouden gaan indien de ge meente zich zo ver zou binden. Het lid Mouws vindt dat men de optie moet binden aan een tijdslimiet. De voorzitter antwoordt dat de aannemers e.d. meestal met fasen werken. Men heeft bijvoorbeeld een lap grond die men in bijvoorbeeld vier jaar tijds hoopt te realiseren. Op dit moment heeft die aannemer dan ook de plannen voor die vier jaren, maar hij weet niet wat het over vier jaar zal zijn. Daartegenover wenst hij wel enige garantie dat de kos ten die hij in het project heeft gestoken worden goedgemaakt. Hij wijst er op dat men moet trachten de stok in het midden te hou den. Eventuele avonturièrs zullen tengevolge van de 5$ regeling snel verdwijnen, want op een stuk grond van ongeveer 100 woningen is dit een fiks bedrag. Het college zal de juridische waarde van het "recht van voorkeur" neg nader bestuderen. Het lid Somers vraagt of het wel verstandig is, dat als het college er nog niet helemaal uit is, toch nu reeds een beslissing te nemen. De voorzitter dacht inderdaad dat het verstandig was om tot de voor gestelde wijziging onder IV te besluiten. Mocht verdere wijziging wenselijk blijken dan zal de raad een nader voorstel bereiken. Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming conform het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 8. VOORSTEL TOT HET VERLENEN VAN EEN VOORLOPIG RECHT VAN VOORKEUR AAN DIVERSE BOUWONDERNEMERS. Het lid Sinke waarschuwt voor de snelle -wijze van uitgifte van gronden in het plan Rode Schouw. Dit houdt naar zijn mening gevaren in omdat de realisering'dan'mogelijk in minder jaren zal plaats vinden dan is gedacht. Iedereen heeft van het begin toch gedacht dat de verwerkelij king van het plan wel een aantal jaren op zich zou laten wachten en dat inmiddels dan met de opzet van het nieuwe plan de Schans zou wor den begonnen. We weten wel dat alles niet ineens tot stand gebracht zal worden, maar er zijn toch ondernemingen bij onder cfc gegadigden die daar toe wel in staat geacht moeten worden. Mocht alles in kort tempo worden volgebouwd, dan blijft er voor de Halsternaar zelf niets meer over en profiteert hij ook niet van de'geboden werkgelegenheid. Hij dacht dat het juister was om een bepaald gebied nog te reserveren en af te wachten hoe het verdere verloop is, ondanks het renteverlies dat hiermee zou optreden, maar dat ook in de exploitatie is opgenomen. Men moet waken voor een harmonische uitgroei en zich niet laten ver rassen door toevallige mogelijkheden. Rode Schouw is een mooi plan en hij kan zich indenken dat daarvoor interesse bestaat. Het zit mooi aan de huidige bebouwing gekleeft en het is ook landschappelijk mooi.

Raadsnotulen

Halsteren: 1960-1996 | 1972 | | pagina 43