S5
-14-
Er wordt wel verondersteld dat deze voorziening van tijdelijke aard
is, doch ik mag U, mijnheer de Voorzitter, eraan herinneren dat U
onlangs heeft gezegd: "er is niets zo blijvend als het tijdelijke".,
Zo zie ik ook de barakken voor de jeugd, mits deze goed worden
onderhouden, kunnen ze zeer zeker een ruimaantal jaren mee.
Verder, mijnheer de Voorzitter, vraag ik mij thans in alle gemoeds
rust af, is er wel behoefte aan een nieuw jeugdgebouw waar de jeugd
in zijn totaliteit in ondergebracht zou moeten worden. Mijn overtui
ging is dat de jeugd deze behoefte zeker niet heeft. Ieder van de
jeugdgroepen heeft liever zelf een eigen home dan alles onder een
kap. Verder denk ik zelfs nog aan uitbreiding met eventueel andere
houten barakken, waaraan Halsteren, volgens een pas verschenen
circulaire, zo rijk is voor de jeugd. Nu de Sint Thomas-mavo een
urgentie heeft ontvangen van het rijk voor een nieuwe school zouden
deze barakken uitermate geschikt zijn voor de jeugd. Om deze redenen,
mijnheer de Voorzitter, meen ik er sterk voor te moeten pleiten, dat
andere objecten, zoals voorzieningen recreatieplan Melanen en het
gymlokaal te Lepelstraat, sterke voorrang krijgen op het jeugdgebouw.
Als ik dan het woord recreatie Melanen uitspreek dan ontkom ik na
tuurlijk niet aan het project wat als eerste op onze urgentielijst
staat, namelijk het openlucht-zwembad. Sinds er vorig jaar duidelijk is c
gekozen voor het openluchtbad ben ik er nog meer van overtuigd dat
we juist gehandeld hebben. Daarom, mijnheer de Voorzitter, moge ik
U nogmaals, misschien ten overvloede, met klem verzoeken, om alles
in het werk te stellen dit voor onze gemeente unöce plan, zo spoe
dig mogelijk te realiseren. Op dit moment, nu jammer genoeg de
arbeidsreserve, vroeger sprak men van werkeloosheid, met sprongen
stijgt en gezien de cijfers zelf in Zuid West-Brabant onrustbarend
is, moet er bij de regering op aangedrongen worden dat men ter be
strijding van de werkeloosheid in deze gebieden geld pompt.
Daarom, mijnheer de Voorzitter, is het goed dat we een plan hebben
dat voor direkte uitvoering in aanmerking komt. Op de eerste plaats
ter bestrijding van de werkeloosheid en op de tweede plaats ten
nutte van het algemeen belang van onze gemeente.
Bij eerste kennisname van onze begroting, lijkt het erop dat we er
vrygunstig voorstaan.We hebben zelfs, zoals het in het gemeentelijk
huishoudboekje staat, een potje onvoorziene uitgaven en enig over
schot. Doch is dit wel zo gunstig, gezien het groeiend inwonertal
dat diverse uitkeringen van het rijk doet verhogen. Tevens hebben we,
zij het in kleine mate, enkele belastingverhogingen gehad. Verder is
een belangrijke post, namelijk die van de gezinszorg, niet meer in de
begroting opgenomen, daar deze stichting met ingang van 1 januari
1972 over is gegaan naar de stichting Gezinsverzorging in West-Bra
bant. Als men constateert dat voor deze post over het jaar 1970 nog
een bedrag gevoteerd was van 102.594,75 dan is het optimisme bij
mij nog niet zo aanwezig en is de ruimte voor nieuw uit te voeren
objecten zonder belastingverhoging niet erg optimaal.
Tevens meen ik te moeten opmerken dat ik het jammer vind dat in de
nieuwjaarsrede met geen enkel woord gerept is over de fusie die
door de stichting Gezinszorg Halsteren is aangegaan met de gemeenten
Bergen op Zoom, Steenbergen, Nieuw-Vossemeer en de Zuidwesthoek.
Het is, dacht ik, toch wel een grote stap die door de stichting is
gezet en voor onze gemeente, zij het financiële, voordelen biedt.
Indien IJ in Uw rede de 10-5 verhouding in onze raad aanstipt en U
zegt verder dat de grondtoon positief en constructief is, dan kan
ik dat alleen maar beamen. De bedoeling van iedereen in de politiek
is hetzelfde, om de mens gelukkig te maken, alleen de weg naar het
geluk ligt voor ieder van ons anders. Tevens kan men de vraag stellen,
is geluk en welzijn voor ieder van ons gelijk. Wat voor de een geluk
is behoeft het voor de ander beslist niet te zijn. Wat voor de een
welzijn is, is het voor de ander niet.
Indien opgemerkt wordt dat we evolueren naar een welzijnsgemeente
-doch in de laatste alinea van de rede, wordt de zorg uitgesproken
van de eventuele vestiging van de tweede nationale luchthaven in
onze pegio-zitten we midden in de problematiek die ons thans bezig
houdt
Aan het Reimerswaalplan en het vliegveld zijn reeds vele woorden
gewijd. Ik ben overtuigd dat de nationale economie ook van Zuid West-
Brabant. een offer zal vragen,doch mijn mening inzake deze wil ik nog
maals onderstrepen, namelijk niet en een Reimerswaalplan én een vlieg
veld, want dan vrees ik dat onze gouden delta verandert in een
zwarte plak. Indien ook de plaatselijke democratie een brok welzijn
kan betekenen is dit volkomen juist, doch democratie kan door ieder
een anders worden geïnterpreteerd. Wel zijn er bepaalde voorwaarden
en normen aanwezig voor her goed functioneren van de democratie,
bijvoorbeeld ontwikkelingskansen voor iedereen, zijn. mening in volle
vrijheid kunnen verkondigen. Doch ook democratie kan betekenen, dat
minder-heden zich niet willen neerleggen bij meerderheidsbesluiten
en da meerderheden de rechten van minderheden ni et meer res
pecteren.
Laten we de spelregels van een, goede; democratie naar eer en geweten
handhav en
Als U in Uw redezoals U zelf reeds stelt, iets langer stilstaat
bij het probleem jeugc meen ik toch enkele kanttekeningen te moeten
plaatsen.
Indien U spreekt van de jeugd en meent dat deze in opstand komt
tegen onze verouderde reden en gewoonten, ben ik toch tot de.conclu
sie gekomen dat het grootste gedeelte van de jeugd voortreffelijk is.
Het zijn alleen kleine minderheden die dit niet accepteren en zich
willen opdringen in de maatschappij
Indien U opmerkt dat de jeugd ook een conflict zou hebben met de
onstandvastige vader, dan is dat toch dezelfde vader die de crisis
tijd heeft doorgemaakt, 5 jaar oorlog aan den lijve ondervonden,
en vanaf 1945 heeft meegewerkt om van ons land een welvarend land
te maken met het toch wel uitermate goede sociale voorzieningen
pakket. Elke generatie maakt fouten. Dat is altijd zo geweest en het
zal altijd zo blijven. Ook deze generatie zal haar aandeel wel hebben
geleverd, doch mag men deze vader labiel noemen?
Als besluit wil ik gaarne mijn waardering uitspreken aan de ontwer
pers van het huishoudboekje van onze gemeente over het jaar 1972
dat ook in de gemeentegids zal verschijnen zodat eenieder een inzicht
krijgt_ van de in- en uitgaven van de gemeente. Verder dank ik U voor
de geboden gelegenheid en voor Uw welwillende aandacht.
Het lid de Knijf-Klaassen spreekt de hiervolgende rede uit.
Namens de Protestants Christelijke Groepering zou ik willen beginnen
.met onze dank uit te spreken aan de voorzitter, voor de prettig
leesbare Nieuwjaarsrede. Wat de uitlating betreft over de raad.'
och mijnheer de Voorzitter, de voorstellen van burgemeester en wet
houders waren af en toe ookni«è*®«g duidelijk. Evenmin als U dat be
doelde, zij het verre van ons deze opmerking ais kritiek te plaatsen.
Wij hebben er zelfs geen gevoelens van wrevel uit overgehouden.
In de reacties op de rede, mede door publicaties in de pers, blijkt
dat zij bij sommige mensen wat somber is overgekomen. Juist door deze,
hier en daar wat sombere tendens ,isiwb «11 stuk wat tot nadenken stemt,
wat op zichzelf positief, kan werken.
Tevens onze waardering voor de correcte en plezierige wijze waarop U
de vergaderingen JeLdt. Graag willen wij in deze. waardering de secre
taris en de notuleur betrekken, voor de ons inziens juiste wijze van
notuleren, waardoor een weergave wordt bereikt die wij in de perspu
blicaties soms node missen.
Uit de veelheid van onderwerpen welke men kan aanvoeren bij een alge-
weergeven^°UWingWlllen W1^ enkele gedachten, meningen en suggesties