Het lid de Kniif-Klaassen gelooft dat men de belasting en de overlast apart moet zien. Het belastingbedrag van 15,is een farce. Als men ziet wat voor een reclame er op de televisie gemaakt wordt voor hondenvoedselwelk voedsel ook gekocht wordt en beslist niet goedkoop is, dan is de verhoging van het bedrag van geen belang. Met de overlast is het anders gesteld. Men kan er geen bezwaar tegen hebben als een hond in zijn eigen tuin losloopt, maar wel in die van een ander. Met de hondsdolheid moest iedere hönd aangelijnd zijn. Dat was van een kant plezieriger omdat de honden toen aanmerkelijk minder last veroorzaakten. Kan men geen verplichting tot aanlijning instellen? De voorzitter zegt dat er wel enkele gemeenten zijn die die verplichting kennen. Het lid Storm-Bosch voelt wel veel voor het idee van het lid de Knijf-Klaassen. De voorzitter vindt het wel een zeer ingrijpende maatregel. Het lid Clariis vindt het idee van het lid de Knijf-Klaassen ook wel goed. Ook naar zijn mening moet de verhoging van de belasting voor een ware hondenliefheb ber geen bezwaar zijn. Het lid Roosenhoom merkt op dat het doel is meer opbrengsten te krijgen. Door verhoging bereikt men dat ook, maar ook de kosten die gemaakt moeten worden voor de inning stijgen en hij staat er niet van te kijken als zou blijken dat de on kosten de inkomsten zouden overtreffen. Afschaffen zou dan voordeliger zijn da'' verhogen. De voorzitter licht toe dat voor een groot gedeelte de inning geautomatiseerd is. Het kost wel geld, maar niet zoveel dat de onkosten hoger zouden zijn dan de op brengst Het lid Roosenboom zegt dat de onkosten vrij hoog zijn. De uurlonen zijn duur en vooral de uren van een ambtenaar. Naar zijn mening kan men de belasting beter afschaffen en in de algemene politieverordening een bepaling opnemen omtrent het verplicht aanlijnen binnen de bebouwde kom. Daar komt nog bij dat velen hun hond voor de belasting niet opgeven en dat dan de anderen die dat wel gedaan hebben zich bij de neus genomen voelen. Het is een onbillijke belasting en hij kan aan het voorstel zijn stem niet geven. Wel aan het instellen van een aanlijningsge- bod. Het lid Mouws meent uit de woorden van de voorzitter te kunnen beluisteren dat door deze verhoging het aantal honden zal verminderen, waarom dan de motivatie in het voorstel. De voorzitter antwoordt dat de motivering een gevolg is van het besluit van de raad zelf om een fonds te vormen. Het gaat hier om een belasting die de gemeente graag wil houden, zeker nu alle zeilen bijgezet moeten worden. Overigens kan men geen belasting bedenken die niet onbillijk is. i„ Het lid van F,1 zakker zegt dat het niet uitsluitend om die paar centen gaat. Men kan van de opbrengst nog altijd een kapitaal opnemen van 40.000, Het lid Mens vindt het ook een onsympathieke belasting. Als de honden verplicht aan de lijn moeten dan zou hij voor afschaffing zijn. Ook vindt hij het wel be langrijk voor de politiehondenvereniging "Nieuw Leven", welke vereniging een ver zoek tot ontheffing ingediend zou hebben, hetwelk zou zijn afgewezen. De voorzitter dacht dat de politiehonden met een certificaat vrij waren van belas- ting. Het lid Mens zou ook graag die honden vrijstellen die in opleiding zijn voor een certificaat Wethouder van Wezel licht toe dat de vereniging zelf al blij is met een vrijstel ling voor honden die in het bezit zijn van een certificaat. Zou ook vrijstelling verleend worden voor honden die in opleiding zijn dan werd hij morgen voor 5, ook lid van die vereniging. De voorzitter wijst er op dat het ook een liefhebberij is die door volwassenen wordt beoefend en waarvan wordt veronderstelt dat zij self-supporting zijn. Het lid Storm-Bosch zegt dat indien de gehele raad vindt dat het een vreemde be lasting is men dan toch tot afschaffing kan besluiten. De voorzitter antwoordt dat de gehele raad dat niet vindt. Het college is zelfs blij met de mogelijkheid. Men zou de belasting bijvoorbeeld kunnen gebruiken om de begroting sluitend te maken. Hij verzoekt de beraadslagingen te slui ten. Het lid Roosenboom verlangt stemming. Voor het voorstel stemmen de leden Clarijs, de Knijf-Klaassen, van Elzakker, Klaassen, van Eekelen, van Tillo, Mens, Sinke, wethouder van Wezel en wethou der van de Watering. Tegen het voorstel stemmen de leden Somers, Verbogt, Roosenboom, Mouws en Storm-Bosch. Het voorstel is met tien stemmen voor en vijf tegen aangenomen. 4. VOORSTEL TOT WIJZIGING VAN HET ALGEMEEN AMBTENAREN REGLEMENT. Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 5VOORSTEL TOT HET GARANDEREN MET BETREKKING TOT LENINGEN UIT HET BEZITS VORMINGSFONDS. Het lid de yniif-Klaassen vraagt of het bekend is hoeveel woningen hiervoor in aanmerking komen. De voorzitter antwoordt dat dit in het inkomen zit en dat dit qua norm een be trekkelijk kleine groep is. Wetheader van de Watering merkt op dat die groep wel groeit. Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming conform het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 6. VOORSTEL TOT HET GARANDEREN VAN EEN DOOR DE WONINGSTICHTING AAN TE GANE VASTE LENING VOOR DE BOUW VAN 27 PREMIECORPORATIEWONINGEN. Het lid Roosenboom heeft geen bezwaar tegen het voorstel. Gesproken wordt o- ver een grondprijs van 40,per m2. Is die prijs dan al bekend. De voorzitter zegt dat de prijs praktisch bekend is. Het wachten is op de goed- keuring van Gedeputeerde Staten. De prijs is momenteel op 42,per m2 bere kend exclusief B.T.W.Op het moment dat dit werd ingezonden was de prijs nog op 40,geschat. Het lid Roosenboom wil er geen halszaak van maken, maar vraagt of dit berekend is aan de hand van gedifferentieerde grondprijzen. De voorzitter licht toe dat de differentiatie nog komt. Voor woningwetwoningen wordt de prijs vastgesteld en voor andere bebouwing is een vermenigvuldigingsfac tor vastgesteld. De specificatie krijgt de raad nog te zien als de grondprijzen vastgesteld worden. Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming conform het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 7. VOORSTEL TOT BENOEMING VAN TWEE NIEUWE LEDEN IN DE ADVIESCOMMISSIE VOOR DE BEVORDERING VAN HET MUZIEKONDERWIJS. Het lid Roosenboom ziet dat er wordt voorgesteld twee mensen uit Lepelstraat te nemen in plaats van een uit Lepelstraat en een uit Halsteren. Hij vraagt of Hal steren geen geschikte persoon kan leveren.

Raadsnotulen

Halsteren: 1960-1996 | 1971 | | pagina 96