10 Het lid Storm-Bosch vraagt of zo snel mogelijk tot de bouw zal worden overgegaan indien de raad akkoord gaat met de gebruiksregels. De voorzitter bevestigt dat. Het lid Roosenboom zegt dat de raad hiertoe reeds heeft besloten. Net zo goed als ook de plaats van het bad. vaststaat. Het lid Mens is voor het voorstel van de voorzitter om het gesprek met de commissie eind volgende week af te wachten en dit bedrag aan te houden zolang er geen ge dragsregels zijn opgesteld. Het lid Roosenboom vraagt of er nu tot bouwen kan worden overgegaan. De voorzitter licht toe dat de raad ^<-eft gezegd dat eerst gedragsregels en de plaats vast moeten staan. Het lid van Eekelen zag graag dat de plaats van het gebouw aan de inwoners werd bekend gemaakt. De mensen zouden dan, zoals bijvoorbeeld ook bij een bestemmings plan, bezwaren kunnen indienen. Het lid Storm-Bosch zegt dat iedereen altijd zijn bezwaren kenbaar kan maken. Waar om moet dit nu sterker klinken. Het lid van Hekelen gelooft niet dat de begeleidingscommissie in staat zal zijn haar taak naar behoren uit te voeren. Het lid van Elzakker zag de discussie graag gesloten en het gesprek afwachten. De voorzitter zegt dat het gesprek op 3 september a.s. zal plaatsvinden. Punt 3 Het lid Mouws wil hieraan graag punt 6 verbinden. Hij vindt het met de Christelijke Kleuterschool nogal beroerd gaan. Bij de Boskabouter komen de goedkeuringen wel snel af en hier niet. Hij dacht dat het verstandig was om een verrijdbaar lokaal aan te schaffen en hij is van mening dat het college alles in het werk moet stel len om de nodige voorzieningen zo snel mogelijk te kunnen treffen. De voorzitter antwoordt dat hier twee voorstellen bij de ingekomen stukken zitten betreffende hetzelfde geval. Dit bewijst toch wel dat deze zaak de nodige aandacht van het college heeft. De bezwaren zitten overigens in de kosten. Een rijdend lo kaal is te duur en de gedachte verbouwing is nog veel duurder. Het lid KI.aaneen vraagt of er geen gebruik gemaakt kan worden van het noodlokaal van de St.Jozefschool. De voorzitter dacht dat dit lokaal was vrijgekomen door het wegvallen van een schoolkracht. Hij meende dat er wel een gesprek had plaats gevonden tussen de beide schoolbesturen, maar dat men daar niet is uitgekomen. Het lid KIaansen dacht dat er over gesproken is om van het lokaal een peuterklas te maken. Als dat zo mocht zijn dan zag hij toch liever de kleuters in dat lokaal. De voorzitter zegt dat het wel een half jaar geleden is dat beide besturen met el kaar hebben gesproken en hij weet niet wat er toen is uitgerold. Het lid Klaassen vraagt of de gemeente nogmaals zou kunnen bemiddelen. De voorzitter zegt dat er een briefje geschreven zal worden. Punt 4 Het lid Verboat vraagt of de persoon in kwestie van zijn verplichtingen jegens de gemeente af is, nu aan het besluit de goedkeuring is onthouden. Bestaat er nog een juridische binding of is hij van het contract af. De voorzitter licht toe dat in het contract gesteld is "behoudens hogere goedkeu ring". Deze goedkeuring is niet verleend en naar zijn mening is betrokkene vrij om met zijn èigendommen te doen wat hij wil. Punt 5 Het lid Mouws merkt op dat Gedeputeerde Staten schrijft voor de bouw van de kantine een uitzondering te maken, terwijl men voor de rest voor een vaste financiering moet zorgen. Het verbaast hem dat gedeputeerde staten er een geval zomaar uit lichten. De voorzitter zegt dat dit een beleidskwestie is van gedeputeerde staten waarbij men kan betwisten of dit getuigt van een zindelijk beleid. Zij hebben, om ons ter wille te zijn, al veel door de vingers moeten zien, hoewel we behoorlijk o- ver de rode streep staan. Het lid Storm-Bosch veronderstelt dat de verwezenlijking dan ook lang op zich zal laten wachten. De voorzitter zegt dat dit inderdaa nog lang kan duren. Daar komt nog bij dat de provincie per jaar 8 miljoen te verteren heeft en daar zal men dan bij moeten zitten. Punt 12 Het lid Somerp is blij dat de koop nu definitief is geregeld. Hij informeert wan neer de mensen, die op deze ruimte zitten te wachten, van het gebouw gebruik kun nen maken. Hij denkt hierbij in het bijzonder aan de bejaarden en de bibliotheek, die beiden zeer slecht gehuisvest zijn. Dg voorgjittpr zegt dat men strikt genomen zich dient te houden aan de overeenkomst. De huisvesting van de zusters is natuurlijk nog een probleem, maar dat wil niet zeggen dat men in overleg niet van de overeenkomst zou kunnen afwijken en dat mo gelijk een bepaalde bestemming aan de lokalen gegeven zou kunnen worden. Een van de voorwaarden zal natuurlijk zijn dat de rust niet wordt verstoord. Hierover zal met de zusters contact opgenomen worden. Het lid S°mer^ zegt daarom ook deze beide rustige groepen te hebben genoemd. Het lid Mou^s zegt dat de bibliotheek ook hem zeer ter harte gaat en hij weet dat Halsteren al lang naar ruimte zoekt. Hij wil graag ter discussie stellen om daar alvast met een bibliotheek te beginnen. Ook denkt hij aan de vestiging van de peu terschool. De voorz^ttgr merkt op dat de gedachte aan een dependance in Lepelstraat niet niéuw is. Wel nieuw is het idee om in Lepelstraat te starten en hij weet niet of de lo kalen wel aan de gestelde eisen voldoen. Het is natuurlijk gevaarlijk om voorzie ningen te treffen voor een korte termijn. Dit zal men in zijn overwegingen moeten betrekken. Hetzelfde geldt ook voor de vestiging van de peuterschool. Het lid Yah Edelen verzoekt om hogere eisen te stellen aan hetgeen wordt gesloopt en dat dat op een andere manier geberut dan bij de jongensschool. Graag zou hij zien dat er een termijn werd gesteld waarbinnen het slopen voltooid dient te zijn, en dat op het niet nakomen een boete werd gesteld. Dg yooriüttfir wijst er op dat dit de gemeente ongetwijfeld geld zal kosten. De slo per weet niet altijd direkt zijn materialen te verkopen en als men een boete stelt zal hij ze toch moeten verwijderen, hetgeen kosten voor hem meebrengt. Het lid van EsKfil^n zegt dat de kinderen nu boven in de spanten zitten en dat het ge vaar niet denkbeeldig is dat een kind van vier of vijf jaar een steen op zijn hoofd krijgt. Hij dacht dat dit wel het overwegen waard was. j)g vopraitjgr geeft graag toe dat dit inderdaad gevaarlijk is en zeker in de zomer maanden, maar dat de gemeente geen been heeft om op te staan om de sloping te be spoedigen. Het lid Sbfll§rs dacht dat de meisjesschool wel een ander geval was. Alles is hier afgespijkerd en afgesloten en dat is een gemakkelijke reden om de kinderen weg te sturen. Het lid van EsKelgn merkt op dat ook de jongensschool met een hek was afgesloten, maar dat een van de eerste dingen was die werden gesloopt. Dg voorplatter, zegt dat men een prijs kan opvragen wat het zal kosten indien men bij voorbeeld binnen 14 dagen gereed moet zijn of als men een schutting moet plaatsen. Wethouder van Wezel wijst er op dat dit veel geld zal kosten.

Raadsnotulen

Halsteren: 1960-1996 | 1971 | | pagina 85