Het lid Roosenboom is er van overtuigd dat, als de meeste mensen via het Koffie-
bos komen, dit de beste plaats is.
Het lid Mens zegt dat als hij' moest kiezen tussen beide mogelijkheden, hij ook de
ze zou nemen.
Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming conform het voorstel van burgemeester en
wethouders besloten.
6. VOORSTEL TOT WIJZIGING YAH HE INTERCOMMUNALE I.Z.A.-REGELING NOORD-BRABANT
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel van burgemeester en wet
houders besloten.
7. VOORSTEL TOT HET VASTSTELLEN VAN EEN VOORBEREIDINGSBESLUIT VOOR HET PLAN RODE
SCHOUW.
Het lid Roosenboom wil graag wat zeggen aangaandé.de grondprijs. In het voorstel
wordt reeds de veronderstelling geopperd dat binnen afzienbare tijd met de bouw
van woningen in het plan begonnen zal worden.- Alvorens deze gronden uitgegeven wor
den vindt hij het een noodzaak dat er een goede exploitatieopzet aanwezig is, an
ders zou men nu al grond gaan verkopen zonder de juiste prijs te weten en als blijkt
dat men in een eerder stadium te weinig heeft gerekend dan zal de latere koper het
voordeel van de eerste moeten betalen. In een bepaalde hoek zal men binnen afzien
bare tijd gaan bouwen terwijl alle eigendommen zelfs nog niet zijn verworven. Met
een andere vlek van het plan is mogelijk minder haast en die moet dan de meerkosten,
die later bleken aanwezig te zijn, opvangen. Het gevolg is dan dat de latere kopers
aanmerkelijk duurder uit zijn.
De voorzitter antwoordt dat Gedeputeerde Staten geen goedkeuring zullen verlenen aan
verkoopbesluiten alvorens de exploitatieopzet bekend zal zijn. Er wordt weinig risi-
co door de raad genomen; de differentiatie wordt door Gedeputeerde Staten ge'eist.
Het gevaar zit er alleen in dat men een bepaald gebied te klein neemt en dan tel
kens de prijs later op moet voeren zoals^op de Konijnenberg is gebeurd.
Het lid Roosenboom zag voor het gehele plan liever één verkoopsprijs.
De voorzitter licht toe dat het streven is om het gehele plan in een keer globaal
bouwrijp te maken en later naar behoefte te detailleren.
Het lid Clari.is vraagt of het niet mogelijk is, om de bouw niet te stagneren, een
"voorlopige" grondprijs te rekenen en ineen later stadium, als de prijzen precies be
kend zijn, het teveel betaalde te doen terugbetalen.
De voorzitter zegt dat dit technisch moeilijk is te verwezenlijken.
Het lidj£^i££gn vraagt of het nou zo erg is dat iemand die jaren later b.v. in een
derde fase bouwt, ffië'er moet betalen als de eerste fase.
Het lid Roosenboom zegt dat het wel pijnlijk is dat de derde fase moet betalen voor
de fouten die in de eerste fase gemaakt zijn.
Het lid n aafiHfln zou de prijs per fase vaststellen en daar dan 10% bovenop doen.
De voorzitter kan zich voorstellen dat de ene fase 26,per m2 en pal daarnaast
voor de grond in de tweede fase 351Per m2 betaald moet worden. Dit is bijzonder
sneu.
Het lid Klaassen zegt dat men dit blijft houden. Een fase kan ophouden m het midden
van een straat en de latere bewoner in die straat kan aanmerkelijk meer moeten beta
len dan zijn buurman.
Het lid van Eekelen vindt het niet meer dan normaal dat tengevolge van de voortduren
de geldontwaarding iemand die later bouwt meer betaalt dan een ander. Zou men hier bij
voorbeeld 5$ voor rekenen dan is men zeker niet te duur uit.
De voorzitter zegt dat het bijschrijven van bijvoorbeeld tengevolge van de geld
ontwaarding bijzonder billijk zou zijn.
Hij merkt op dat het lid Roosenboom bedoelt dat de prijs, zoals bijvoorbeeld m e
=5=
Beek gebeurd is, verhoogd wordt van 12,tot 20,en later zelfs tot 29,
per m2.
Het lid Sinke merkt op dat de raad is toegezegd dat in het plan Rode Schouw zoveel
mogelijk getracht zal worden om de natuurlijke hoogten en houtwallen te sparen*
Hij zou graag een overzicht daarvan hebben en hij dacht dat het wenselijk was daar
van een inventarisatie op te maken.
De voorzitter zegt dat de stedebouwkundige een kaart heeft waarop elke boom voorkomt.
Het lid Sinke wil vooral ook aandacht vragen voor de gronden en eigendommen voor de
tijd dat ze in "niemandsland" zijn gelegen. Hij wijst hierbij op het plan Meilust
dat nog nauwelijks herkenbaar is.
Wethouder van de Watering wil de woorden van het lid Sinke graag onderstrepen. Nog
onlangs is in het college ter sprake geweest het verdwijnen van stukken wal in de
Daansbergen. Deze wallen zijn eeuwen oud e^ ze komen nooit meer terug. Ter wille van
de leefbaarheid wil hij een pleidooi houden' voor de handhaving van het landschappe
lijk schoon. Hij weet dat Ir.Kuypers in het plan Rode Schouw met de geaccidenteerd
heid zoveel mogelijk rekening houdt. Daar staat het college volledig achter.
Hét lid Mens zou graag binnenkort een kaart willen zien van het nieuwe plan Rode
Schouw.
De voorzitter zegt dat die er binnen niet al te lange tijd zal komen.
Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming conform het voorstel van burgemeester en
wethouders besloten.
8. WIJZIGINGEN GEMEENTEBEGROTING
16e wijziging gemeentebegroting 1971 (premies woningverbetering)
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel van burgemeester en wethou
ders besloten.
17e wijziging gemeentebegroting 1971 (krediet bevolkingsonderzoek t.b.c.
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel van burgemeester en wethou
ders besloten.
18e wijziging gemeentebegroting 1971 (krediet aankoop grasmaaimachines
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel van burgemeester en wethou
ders besloten.
19e wijziging gemeentebegroting_1971_(reconstructie_Vageyuur_en_Kladseweg)
Het lid Mouws wijst er op dat hiér sprake is van bochtverbreding; naar 'zijn mening
is dat niet mogelijk.
Wethouder van Wezel veronderstelt dat dit een misdruk moet zijn. Dit zou alleen maar
kunnen bij het Strooien End.
Het lid Mouws merkt op dat dit toch in het voorstel staat.
De voorzitter veronderstelt dat het hier niet gaat om een verbreding maar een ver
betering.
Wethouder van Wezel acht het goed mogelijk dat men hier elkaar verkeerd heeft ver
staan. Bij verbetering gaan* de bochten iets de hoogte in.
Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming conform het voorstel van burgemeester en
wethouders besloten.
20e wijziging gemeentebegroting 1971 (reconstructie Boomdijk)
Het lid MouWs is geschrokken van de grote kosten voor dit kleine stukje. Tevens wil
hij op de onbelangrijkheid van dit stukje weg T^rijzen. Hij vraagt zich bovendien af
of dit nog wel gemeente Halsteren is.
ZOT