-4-
De voorzitter licht nog toe dat het beslist niet waar is dat hetgeen nummer
een op het urgentieschema staat ook het eerst verwezenlijkt zal worden. Men
kan rustig aannemen dat voor het open bad de eerste jaren nog geen schop in
de grond gestoken zal worden, maar men zal van nu af alles in het werk stel
len om het bad zo snel mogelijk te realiseren. Mogelijk doet zich echter bin
nen afzienbare tijd of zelfs nog dit jaar een gunstige gelegenheid voor om
een bibliotheek of een jeugdvoorziening te vestigen. Die mogelijkheid zal dan
ongetwijfeld benut worden, ondanks het feit dat deze projecten nummer twee en
drie op het schema staan.
Het lid Somers is blij uit het antwoord van het college vernomen te hebben
dat ook zij liever geen luchthaven heeft.
De voorzitter zegt dat ze dat liever niet in de "onmiddellijke omgeving"
heeft. Zij waagt zich beslist niet aan een uitspraak omtrent de vestiging in
de Markerwaard.
Het lid Somers vindt het fijn dat er een krediet is uitgetrokken voor de mi
lieuhygiëne. De raad weet echter niet voor wat dat gedaan is.
De voorzitter dacht dat het een krediet was van ongeveer 3.000,waarvoor
meetposten zijn opgesteld in Putte, Ossendrecht en Woensdrecht om direkt te
kunnen reageren wanneer dit nodig mocht zijn.
Het lid Somers dacht toch niet dat het bezwaar zou ontmoeten, indien de jeugd
commissie de voelhorens eens ging uitsteken en met name bij het opbouwwerk.
Dit kan er toch alleen maar toe leiden dat zij een beter advies kan uitbrengen.
De voorzitter is het met die manier van handelen volledig eens.
Het lid Somers is blij met het antwoord.betreffende het urgentieschema. Als je
de mensen kunt vertellen dat er serieuze plannen bestaan en dat aan de realise
ring ook gewerkt wordt dan zullen de mensen liever een verhoging van de belas
ting betalen dan indien zij in hun achterhoofd geen open bad of iets dergelijks
hebben.
Het lid van Eekelen is met het antwoord van het college voldoende ingelicht.
Vandaag is volgens hem de termijn verstreken dat men bezwaar in kon dienen te
gen het bouwplan van de 8 woningwetwoningen in Lepelstraat en hij vraagt of van
die mogelijkheid gebruik is gemaakt.
De voorzitter antwoordt dat geen bezwaren zijn ingediend.
Het lid van Eekelen zegt blij te zijn met de 8 woningen. Hij vraagt tevens wat
er met de oude schoolgebouwen in Lepelstraat gaat gebeuren.
De voorzitter antwoordt dat het schoolbestuur en kerkbestuur de gemeente carte—
blanche heeft gegeven en zij de gemeente verantwoordelijk hebben gesteld. Per
expresse heeft het college zich daarop gewend tot de congregatie Het Withof in
Et ten om te reageren. Die bleek wel bereid te zijn om de gebouwen over te dra
gen voor een nader te bepalen prijs. Iets concreters is er nog niet uit de bus
gekomen. Er worden dus pogingen tot een gesprek ondernomen.
Het lid Roosenboom wil in het midden laten of de subsidie voor de sportvereni
gingen voldoende is. In de vergadering van 20 november 1966 is de subsidie aan
de sportverenigingen reeds aan de orde geweest. Toen is gezegd dat het besproken
moest worden. Nu is het al 1971 en heeft men er al bijna vijf jaar over kunnen
praten. Ook in 1968 is in een raadsvergadering gevraagd of er nog iets met de
ze subsidie ging gebeuren. Toen werd ook gezegd dat men wachtte op het antwoord
van de sportraad en nu moet het sportpark weer adviseren. Nu ineens moeten de
sportverenigingen en de stichting adviseren. Hij vraagt zich af of de raad niet
capabel genoeg is om zelf de subsidieregeling vast te stellen zoals zij dat bij
voorbeeld voor de muziek gedaan heeft. Sedert 1-963 is er niets meer gewijzigd en
is het bedrag hetzelfde gebleven. Hij dacht dat hier wel terecht de aandacht op
gevestigd mag worden en had dan ook graag een duidelijk antwoord.
De voorzitter antwoordt dat het geen vraag is of de raad al of niet capabel
is. Er is een adviesorgaan ingesteld en dat kan men moeilijk voorbijlopen.
Het gaat om de subsidiëring van de jeugd en van de senioren. Er bestaat een
rapport waarin men er vanuit gaat dat de seniorensport self-supporting moet
ziji- behoudens de accomodatie. Men moei; uitgaan van het meest gunstige seni
orenbedrag en dit bedrag incalculeren, in de jeugdsubsidie zodat niemand kan
zeggen dat er op achteruit gegaan wordt. Bovendien zou dit een prikkel zijn
om de jeugd goed te bedienen. De opmerking dat niets aan de subsidienormen
is gedaan is beslist niet juist. Enige jaren geleden zijn de normbedragen
voor de jeugdsubsidies belangrijk verhoogd. Hierover zal de stichting nadèr
adviseren.
Wethouder van Wezel licht nog toe dat de afgevaardigden van het sportpark
en de sportraad zich in deze materie heiben verdiept en binnen afzienbare
tijd zal met een advies inzake de subsidies worden gekomen.
Het lid Roosenboom vindt dit wel leuk gezegd maar had het wel graag iets
concreters aangaande het antwoord op de verkeersvoorzieningen. Mogelijk is
het van hem wel egoistisch omdat zijn kinderen dagelijks de provinciale weg
moeten oversteken. Van de andere kant kan men ook niet ontkennen dat daar
menig ernstig ongeval is gebeurd. Hij zag graag dat daar voorzieningen wer
den getroffen door het aanbrengen van iv-hrapaden met knipperbollen. Naar zijn
mening is dit het gevaarlijkste punt van Halsteren en hij had dan ook graag
een concreet antwoord.
De voorzitter antwoordt dat het standpunt van de provincie duidelijk afwijzend
is. Het is een interlocale weg en daar neemt men niet graag beperkende maat
regelen. Ongelukken zullen er ongetwijfeld blijven. Wellicht wordt de bereid
heid tot een gesprek groter na de verwezenlijking van de nieuwe provinciale
weg.
Wethouder van Wezel licht toe dat de provincie eens heeft beloofd dat er bij
Vogelenzang verkeerslichten zouden komen na de opening van de Volkerakdam. Met
klem heeft het college daarom ook verzocht en naar zijn mening kan men. daar nu
niet meer aan doen dan er over te blijven praten in de raad en zodoende trach
ten enige pressie uit te oefenen.
Het lid Roosenboom zegt dat dat bij deze dan gebeurd is.
Betreffende punt 9 merkt hij op dat hij in zijn algemene beschouwingen alleen
gesteld heeft dat hij destijds vragen heeft gesteld die naar- zijn mening toen
correct en terecht waren. Dit antwoord heeft hij niet gevraagd. Wel wil hij
aangaande dit punt nog iets zeggen. Ondanks het antwoord van het college blijft
hij van mening dat indien een bestemmingsplan gerealiseerd wordt, de gemeente-
kosten verrekend worden met de ondernemer. Ook is het normaal dat 10% van de
kosten boven op het plan worden gebracht en voor algemene voorzieningen en hij
ziet geen aanleiding waarom dat hier niet zou gebeuren. Ook de mensen die aan
Vogelenzang komen te wonen profiteren van een sportpark, rioolzuivering en der
gelijke voorzieningen. Ook de kosten van de technische dienst en van de stede-
bouwkundige worden normaal in zo'n plan opgenomen. Dat is hier niet gebeurd, en
toch zijn deze kosten er ook. Het college zegt dat men blij moet zijn dat in de
plaats van deze oude fabriek een mooi bouwwerk komt. Hij is het daar volledig
mee eens, maar hij dacht dat de gemeente door de aangrenzende grond voor 2,
te verkopen een hijzonder loyaal gebaar heeft gedaan. Men had toch ook de nor
male prijs van 30,per m2 kunnen rekenen. Wat nu is betaald, is niet meer dan
een symbolisch bedrag. Destijds heeft hij ook vragen gesteld over het toepassen
van de bouwexploitatieverordening. Op een vraag van het lid van Isselt heeft de
voorzitter toen geantwoord dat dit geval later nog bekeken zou worden. Hieruit
is te concluderen dat een antwoord hieromtrent nog is te verwachten en daarom
verbaast het hem dat blijkens het antwoord van het college op de algemene be
schouwingen deze toezegging niet is waar gemaakt.
t