-38- De voorzitter geeft grif toe dat er verschil bestaat tussen het aantal kilometers van de een en de ander, maar door veranderingen aan te brengen meent hij dat er een permanente onrust op dit gebied wordt geschapen. Hij gelooft dat men dit maar voor lief moet nemen, mits maar vast staat dat diegene die het meeste rijdt niets tekort komt. Het lid Mens is er ook van overtuigd dat er wel verschil zal zijn. Maar als man van de praktijk durft hij rustig te stellen dat het niet mogelijk, is om 6.000 7.000 kilometer per jaar voor de gemeente te rijden, zoals door het lid Roosen boom wordt gesteld. Het lid Roosenboom zegt dat men het de mensen af kan vragen. Het lid Mens wil het graag bij de huidige vergoeding laten. Het lid Roosenboom wil er nu ook niet direkt aan tornen, maar zag graag dat er in de toekomst aandacht aan werd besteed. De voorzitter veronderstelt dat het nuttig kan zijn dat wordt nagegaan hoeveel door betrokkenen wordt gereden. Het belangrijkste voor hem is echter dat niemand iets te kort komt. Antwoord van burgemeester_en_wethouders_op_de_diverse_rapporten_1 Het lid Jansen wijst er op dat in het park de Beek de voetpaden soms worden ge bruikt als een wielrencirquit door de wat jongere jeugd. Ook door bromfietsen war den deze paden bereden en hij vindt dit zelfs niet alleen een moeilijke, maar ook een gevaarlijke zaak. Hij is er van overtuigd, dat het een moeilijke zaak is, maar dacht dat er de afgelopen jaren ook weinig aan het toezicht gedaan is. De voorzitter antwoordt dat dit een bijzonder moeilijk geval is. Reeds vele malen heeft dit de aandacht van het college gehad en is deze zaak ter kennis gebracht van de politie. Ook nu zal het college dit graag nogmaals ter kennis brengen van de politie. Het lid Mouws vraagt met betrekking tot "De Zeester", waaruit die verplichtingen dan wel bestaan. De voorzitter licht toe dat in het verleden "De Zeester" de enige gegadigde was voor het vissen langs de Eendracht. De gemeente heeft toen bemiddeld bij de Ban- dijk en heeft dit er door kunnen praten. Het. resulteerde in een vrije dijkrecrea- tie voor het vissen, waarvan circa 1/3 gedeelte bestemd was voor de Zeester en circa 2/3 gedeelte voor de gemeente. Nu zijn er tengevolge van de nieuwe brug wat verschuivingen, maar de gemeente zal proberen te houden wat ze reeds had. Overigens is hij wel van mening dat de Zeester bijzonder soepel is inzake het gebruik van haar stuk. Naar zijn weten heeft de Zeester er geen bezwaar tegen dat een enkeling op haar stuk gaat vissen, maar een massale intocht, bijvoorbeeld voor het houd' van een concours, wordt niet op prijs gesteld. Op de door de weekse dagen kan men er gerust gaan vissen. Het lid Mouws merkt op dat deze hele toestand een doorn in het oog is van de Del tafederatie. Leden van deze federatie kunnen over en weer bij elkaar gaan vissen, behalve bij het gebied van de Zeester. Het lid Mens zegt dat men het ook aan de Zeester te danken heeft dat er ook vrije recreatie bestaat. De Zeester heeft bij de Bandijk gevochten om een stukje dijk voor het vissen vrij te krijgen. De voorzitter is van mening dat men de verkregen rechten van de Zeester moet eer biedigen, men kan moeilijk zeggen dat ze moeten verdwijnen. Bij het college zijn overigens ook geen klachten bekend. Het lid Mouws dacht dat er wel klachten waren en die er toch zeker zijn geweest. Het lid Mens wil absoluut vasthouden aan de mogelijkheid van vrije recreatie aan de Eendracht. Het lid Somers vraagt betreffende punt e of op het sportpark reeds in de komende winter geschaatst zal worden. De voorzitter antwoordt dat aan de stichting is gevraagd om de mogelijkheden te onderzoeken. Men weet niet hoe het uitgevoerd moet worden. Men kan de baan be sproeien, of men kan de baan met plastic afdekken en zo. onder water zetten. -39- Wethouder van Wezel licht toe dat de stichting nog niet goed weet hoe het tech nisch verwezenlijkt moet worden. Het heeft echter de aandacht van de stichting sportpark. Het lid Mouws zou het archief van Halsteren veilig willen stellen, door het bij voorbeeld in Bergen op Zoom onder te brengen. Zoals het nu opgeslagen ligt heeft niemand er wat aan. De voorzitter wijst er op dat het archief up to date is geïnventariseerd en een goede ingang daarop is gemaakt. Het onderbrengen elders biedt als enigste voor deel het winnen van ruimte. Het lid Jansen vindt het antwoord van burgemeester en wethouders betreffende de prioriteit van het zwembad niet helemaal bevredigend. Hij is het er niet mee eens dat de behoefte aan een instructiebad eerder afgenomen zou zijn. De nadelen die aan het instructiezwemmen in Bergen op Zoom verbonden zijn heeft hij al eerder ge noemd. Men heeft geen schriftelijke garantie hoe lang men van het bad gebruik zal kunnen maken. Vijftig tot zestig kinderen krijgen tegelijk zwemles, terwijl de KNZB voorschrijft dat 40 tot 45 personen het maximum mag zijn. Alleen de vierde klas gaat maar zwemmen. In een schooljaar ontvangen die kinderen dan ongeveer in dertig weken een half uur zwemonderrichtDit is vijftien uur in een jaar en dat is voor velen beslist onvoldoende om te leren zwemmen. In de vijfde klas kunnen zij zich niet verder bekwamen, want dan vervalt het zwemonderwijs. De subsidië ring voor Olympus voor 1971 is weer vastgesteld op vergoeding van de buskosten. Dit houdt in dat de ouders ƒ2,per kind per lesmoeten bijdragen en hij dacht wel dat dit eigenlijk een taak van de gemeente is. Een combibad in de Melanen vindt hij schitterend. Het college praat zelf al om in de toekomst een comoibad te cre- eren. Als dit openluchtbad als eerste prioriteit blijft gehandhaafd is hij van mening dat de toekomst gewijzigd zal moeten worden in "verre" toekomst. Ook met het argument dat de afstand geen bezwaar zou zijn is hij het niet eens. Er is wel degelijk bezwaar om jonge kinderen vanaf de kleuterschool tot en met 11 jaar, het welk altijd nog een 1.400 kinderen zijn, de Steenbergseweg te laten oversteken. De ouders zullen ze beslist niet met een gerust hart laten gaan als er geen tun nel of een viaduct is. Dit is een enorm probleem. De gemeente is zelf al jarenlang bezig om de maximumsnelheid op 70 kilometer te krijgen, maar ook dat ondervindt bij de provincie geen medewerking. Men heeft het ook zo dikwijls over de inspraak van de bevolking. Naar zijn weten is er door het college nog nooit een enquête onder de bevolking gehouden om te informeren wat de wensen zijn. Bij een door par ticulieren gehouden enquête heeft men zich stellig uitgesproken voor een instruc tiebad. Het college zegt wel niet veel waarde te hechten aan deze enquête die 1600 handtekeningen opleverde, maar waarom houdt men dan niet eens een goede enquête onder de mensen. Hij vindt het wel belangrijk dat de burgers zich kunnen uitspre ken. Het openluchtzwembad ligt ook niet centraal.Het instructiebad aan de Daansber- gen ligt voor ongeveer 9.000 inwoners van de 10.500 centraal. Als hij daaraan kop pelt de 1.400 kinderen die zwemonderricht kunnen ontvangen en dat ook Olympus daar naast 's avonds nog van het bad gebruik kan maken voor de oudere jeugd, dan vindt hij het niet centraal liggen van het bad erg bezwaarlijk. Hij pleit voor permanente instructie,die bij het hebben van een instructiebad mogelijk wordt. Tevens kan in een klein overdekt zwembad de bevolking naar behoefte recreëren. Hij is van mening dat men snel tot de bouw van een instructiebad moet overgaan. Het lid Klaassen wijst er op dat zowel Dinteloord als Steenbergen instructie geven in een openluchtbad. Dinteloord had het afgelopen seizoen 78*000 bezoekers en lever de 350 gediplomeerden af. Steenbergen had 118.000 bezoekers en had 300 gediplomeer den. Volgens een uitspraak van de heer Vierstra in nr. 22 van "Bouw" kan men de waarde aan recreatie in een overdekt zwembad wel wegcijferen. In een openluchtbad blijft 85% van de bezoekers buiten het water. Dit kan gezien worden als een vermaak- centrum voor het gezin. In een prognose voor 1990 is becijferd dat de mensen maar 9 van de tijd zullen besteden aan werken en 6C$ vrije tijd zullen hebben. In Amerika is de vierdaagse werkweek reeds bij vele bedrijven ingevoerd. Men zal hoogstens misschien nog drie dagen per week werken en dan zal men in zijn vrije tijd toch ergens naar toe kunnen gaan.

Raadsnotulen

Halsteren: 1960-1996 | 1971 | | pagina 32