De voorzitter is liet daarmee eens.
Het lid Hens zegt datde voorzitter hem niet heeft kunnen overtuigen van
het feit dat men geen. keuze zou moeten maken tussen een gemeente met stede
lijk of een met een plattelandskarakter. Hen moet durven kiezen.
De voorzitter zegt dat men er niet aan zal kunnen ontkomen dat men komt tot
een verstedelijkt platteland. Wel lijkt het hem nuttig om eens te debatte
ren over het toekomstige stedebouwkundige gebied.
Het lid Mens zegt dat in de toekomst toch een keuze gemaakt zal moeten wor
den.
Het lid van de Kreeke wijst er op dat men er dan wel rekening mee moet hou
den dat de dorpsgeest zal blijven bestaan.
De voorzitter is het er mee eens dat we1 duidelijk zal moeten blijken welke
kant men uit wil.
Het lid van Gorp is het eens met de voorzitter dat die keuze mede wordt be
paald door economische omstandigheden. Een keuze zonder meer voor stad of
dorp is niet te maken; dat is teveel afhankelijk, van diverse factoren.
De voorzitter stelt hierna de rapporten aan de orde.
Het lid Mens vindt het spijtig dat hij bij de communicatie geen betere on
derwerpen heeft aangetroffen dan het verstrekken van koffie op de publieke
tribune, zoals bijvoorbeeld een periodiek blad, hearings of dergelijke bij
eenkomsten. Hij is niet voor subsidiëring van de carnavals stichtingen, hert
subsidie geldt alleen voor het kindercarnaval
De voorzitter antwoordt dat het juist is dat hier nog steeds de kindercar
naval wordt gesubsidieerd.
Het lid Roosenboom merkt op dat in Halsteren voor kindercarnaval een post
is uitgetrokken van 350,Daarnaast schrijft de stichting dat er minde
re inkomsten zijn van de café's. Het is voor hem dan ook duidelijk dat het
carnaval hier de mensen niet aanspreekt. De vraag bestaat voor hem of het
wel nuttig is om dit carnaval dan kunstmatig in leven te houden. In Lepel
straat houdt men diverse activiteiten voor de carnaval; dat leeft daar bij
de mensen en dan heeft hij daar als raadslid ook wel wat voor over en hij
dacht dat met een basisbedrag van 500»en 0,10 per inwoner deze kin
dercarnaval dan ook rijkelijk werd gesubsidieerd. Voor de volwassenen acht
hij subsidie overbodig omdat die met die dagen toch naar Bergen op Zoom
trekken.
De voorzitter heeft kunnen constateren dat de drukte in de café's op de
carnavalsavonden sedert 1963 van absoluut niets is gegroeid tot een behoor
lijk drukke viering. Als het lid Roosenboom echter zo consequent door re
deneert dan zal hij ook tegen subsidie zijn van de kunstkring en het sport
park.
Het lid Roosenboom zegt dat de carnaval sober is begonnen met 250,Vol
gens hem is op deze manier binnen afzienbare tijd deze subsidie opgelopen
tot 10.000,
De voorzitter zegt dat men niet hoeft te vrezen dat men teveel zal geven.
Hiertegen waakt gedeputeerde staten wel.
Het lid Mens zegt dat de subsidiëring bedoeld is voor de kindercarnaval.
De voorzitter is het daar mee eens.
Het lid van Ekeren zegt dat de kleintjes dat niet zonder groten kunnen vie
ren.
Het lid Moerbeek vindt het jammer voor het lid Mens, maar hij is het wel
eens met de gevonden middenweg.
Het lid van Isself vindt een post van 278,60 voor een feestavond toch wel
te ver gaan.
De voorzitter zegt dat dit er maar vanaf hangt. Dit kan bijvoorbeeld de bin
ding zeer ten goede komen. Men moet ook niet denken dat dit nu juist wordt
betaald door de subsidie. De verenigingen en stichtingen hebben meestal zelf
ook inkomsten.