In de raad is 'toen gezegd "dit moet het worden ook al zou het verkeer er niet in kunnen»" De raad heeft toen ook een prent gezien en er wordt aan gewerkt om ook die kant uit te gaan. Het verkoopbesluit wordt door de raad genomen en de raad weet;dan ook welke bestemming aan het pand gegeven wordt. Voor welke prijs we het kunnen verkopen is nu niet bekend. De mogelijkheid bestaat-dat op dit saneringsplan tot 80$subsidie van het rijk wordt verkre gen, maar mocht dit niet zo zijn dan moet de gemeente toch stimulerend op treden om te trachten de winkelende mensen hier te houden en de afroming door Bergen op Zoom zodoende tegen te gaan. Het lid van Elzakker merkt op dat een particulier ook dit pand kan opkopen zonder dat de gemeente zich daar mee bemoeit. Dit alles staat nog op losse schroeven. Hij is er helemaal niet voor om het pand af te breken. Zou men de fabriek van de Unipak afbreken dan kan hij daarmee direlct akkoord gaan. Op dit moment is hij met deze aankoop niet erg gelukkig tenzij er al een ge gadigde is met een definitief plan. De voorzitter licht toe dat er twee gegadigden zijn die deze ruimte nodig hebben, namelijk een bank en een winkel. Het lid Roosenboom vraagt zich af waarom dit pand dan niet door een parti culier wordt gekocht. De voorzitter zegt dat de gemeente actief moet optreden. De gemeente moet grond kunnen aanbieden indien er plotseling een behoefte ontstaat. Het lid Roosenboom vraagt zich af of de gemeente uit de kosten zal komen. De voorzitter gelooft dat het verschil wel opgebracht zal worden door de rijksbijdrage in de sanering, maar mocht dit niet zo zijn dan moet men deze aankoop toch doen om de inwoners een winkelcentrum te kunnen verschaffen. Het lid Roosenboom vraagt of de rooilijn naar achter moet. De voorzitter antwoordt dat de rooilijn iets naar achter moet5 niet te veel want dat zou de schaal schaden. Het lid Roosenboom informeert waarom de gemeente geen initiatieven neemt om alles in de Dorpsstraat op te kopen. De voorzitter zegt dat wat haalbaar is ook wordt aangekocht. Iedereen is blij geweest met de aankoop van Akkermans, van Meer en Bovee en hij dacht dat de raad ook met deze aankoop blij zou zijn. Het lid Moerbeek merkt op dat dat allemaal oude panden waren. Hier gaat het echter om een betrekkelijk nieuw pand, waarin jonge mensen wonen die er geen behoefte aan hebben om dit pand te verlaten. De voorzitter weet dat het zuur is om een nieuw pand te laten slopen maar daarvan kan men de zaak niet laten af hangen. Het lid Roosenboom vraagt waarom het pand van van de Riet niet wordt aange kocht De voorzitter antwoordt dat dit pand niet is aangeboden. Het lid Mens vraagt of het pand van Nefs dan 'wel is aangeboden. De voorzitter licht toe dat aan het pand van Nefs kostbare voorzieningen zou den moeten worden getroffen.aan de gevel in verband met het slopen van het pand van de weduwe Bovee. Het lid van Elzakker had het leuker gevonden indien het voorstel uitvoeriger was geweest door vermelding van de eventuele gegadigden en de te vragen prijs. De voorzitter zegt dat de 'raad deze toelichting nu toch gehad heeft. Het lid van Elzakker veronderstelt dat het college bij de adspirantkopers wel een prijs heeft genoemd en dat vindt hij toch wel het paard achter de vragen spannen. De voorzitter antwoordt dat deze mensen binnen veertien dagen bericht ver langden. Straks zal de raad voorgesteld worden om tot verkoop over te gaan. Het lid van Isselt merkt op dat het pand van Nefs als een puistje in de weg staat. Maar als dit weg is staat er weer een ander puistje. Hij gelooft dat het college de nodige voorzichtigheid moet. betrachten. De voorzitter zegt dat ook slechts druppelsgextfijze tot aankoop wordt overge gaan.

Raadsnotulen

Halsteren: 1960-1996 | 1968 | | pagina 83