De raad kan zich nrek' de wi jziging verenigen» Het lid Rooeenhoorn heeft verzocht een nadere toelichting te mogen ontvangen over hetgeen is genotuleerd, ais antwoord op zijn vraag, aan wie het contin gent woningen wordt toegewezen» De voorzitter licht toe dat de 'toewijzing wordt gedaan c.an het gemeentebe stuur. De wet-schrijft voor dat primair 'woningcorporaties voor de bouw in aanmerking komen indien die de wens daartoe te kennen geven» Formeel" I'S het dus noodzakelijk dat het contingent wordt overgedragen» Officieel stond dit niet met zoveel 'woorden in het betreffende voorstel, al was het er wel uit te lezen» Het lid Roosenboom zegt hieruit begrepen te hebben dat de raad niet anders kan dan het contingent overdragen aan de woningstichting» De voorzitter zegt dat bij aramendement in de wet is opgenomen dat woningbouw corporaties voorrang hebben boven de gemeenten» Het lid Roosenboom merkt op 'dat hij in het nummer van maart van de gemeenteraad anders heeft kunnen lezen» De gemeenteraad van Rotterdam heeft zelf het contin gent verwezenlijkt. De 'woningstichting is toen in beroep gegaan maar zij kreeg nul op liet request» Het beleid van Rotterdam werd dus in hoogste instan tie gesanctioneerd, Hij heeft er ook geen bezwaar tegen dat hier door de wo- ningstichting wordt gebouwd, maar wel wil hij er óp wijzen dat de overdracht van woningen aan de woningstichting geen wet van leden en Perzen behoeft te zijn en dat er niets in de weg staat dat de gemeente verhindert zelf het contingent te verwezenlijken» De voorzitter antwoordt dat de wet voorkeur heeft voor de bouw door corpora ties. Thans heeft de jurisprudentie de betekenis van deze voorkeur nader ge- precisieerd» Het lid Roosenboom ziet ook geen behoefte voor de gemeente om de bouw zelf in handen te nemen, doch wat hier wel. eens is beweerd wou hij graag recht trékken» Hierna worden de notulen van de: openbare vergadering van de raad van 5 maart 1968, met inachtneming van de wijziging, aangebracht op voorstel van het lid Moerbeek, zonder hoofdelijke stemming vastgesteld. 2. INGEKOMEN STIÏÏflfFN EN MEDEDELINGEN Het lid van Gorp verzoekt het woord te mogen voeren omtrent de punten 9 en 10. Het lid Schet tere vraagt dit omtrent punt 10» De voorzitter zegt deze punten aan de agenda toe te voegen. j Zonder hoofdelijke stemming wordt omtrent de overige punten van de ingekomen stukken en mededelingen, conform de voorstellen van burgemeester en wethouders besloten. 3o 0NDERZ05K GEL00FSBRI1VEH L.WITHAGEN De voorzitter verzoekt de leden van de Kreelce, Schetters en Moerbeek, met assistentie van de secretaris, zitting te nemen in de commissie van-onderzoek. Het lid van de Kreeko brengt na de schorsing van de vergadering het- navolgen de rapport uit; "De commissie uit de raad van de gemeente Halsteren, in wier handen werden ge steld de geloofsbrief en verdere' bij de Kieswet gevorderde-stukken, ingezonden door L.Withagen, benoemd tot lid van de gemeenteraad, rapporteert de raad, dat zij bovengenoemde bescheiden1 heeft in orde bevonden. Gebleken is, dat de be noemde aan alle in de gemeentewet gestelde eisen voldoet» De commissie advi seert tot zijn toelating .als lid van de gemeenteraad." De voorzitter dankt de Commissie voor, haar arbeid en vraagt de raad of over eenkomstig het adviés Van de 'commissie kan' worden besloten. De raadsleden hebbeh. hiertegen geen "bezwaar zodat het benoemde raadslid L.Wit hagen is toegelaten tót lid van de raad»

Raadsnotulen

Halsteren: 1960-1996 | 1968 | | pagina 37