58e wijziging gemeentebegroting 1 96? ("bijdrage drinkwaterleiding C.Willemen Wouw) :Het lid Roosenboom informeert of betrokkene ook heeft betaald ingevolge de bouwexploitatieverordening. De voorzitter zegt dat dit volgens de wens van de raad niet is gebeurd en voor zover dit wel betaald is dan is dit terug betaald. Het lid Roosenboom heeft niet het idee dat het hier een agrariër betreft. De voorzitter zegt dat het gebouw er inderdaad netjes uitziet maar dat dit normaal is voor de huidige eisen. Het lid Roosenboom vraagt zich af wat er met de bijdrage gaat gebeuren als straks blijkt dat de woning een andere bestemming krijgtjen geen bedrijfspand blijft. De voorzitter antwoordt dat daar niets aan te doen is. r Roosenboom is van mening dat als later blijkt dat men het met een bungalow te doen heeft men terug moet kunnen vallen op de aanvraag waar uit blijkt dat de aanvraag is gedaan voor een bedrijfspand. Doet men dit niet dan is het niet onmogelijk dat een particulier op een stuk van 2 ha gaat bouwen en na verwezenlijking van de bouw het teveel aan grond gaat verhuren. Straks vraagt men mogelijk ook nog een bijdrage in de electri- citeitsaansluiting. Voor het geval dit pand geen bedrijfspand blijft zal men een sanctie op moeten nemen omtrent eventuele terugbetaling. Doet men dit niet en het pand blijkt later geen bedrijfspand te zijn dan heeft de raad zich bij de neus laten nemen. Als het geen bedrijfspand betreft dan had men deze bouw op de Daansbergen moeten plaatsen. Mocht echter later blijken dat het toch een bedrijfspand blijft dan heeft spreker niets gezegd. Wel wijst hij er nog op dat door tuinder Hopmans een bijdrage bouwexploitatie is betaald, die hij nimmer heeft terug gekregen, hoewel dit wel is toegezegd. De voorzitter zegt dat dit zal worden nagegaan. Betrokkene moet echter een schrijven hebben ontvangen waarbij werd medegedeeld dat dit bedrag beschikbaar was. Het lid Roosenboom blijft er voor om aan de verlening een voorwaarde te verbinden omtrent terugbetaling bij wijziging van bestemming. Mocht later blijken dat het geen bedrijfspand wordt dan is het gemeentebestuur toch al genoeg bij de neus genomen. De voorzitter zegt dat dit plan aan alle vereisten voldoet. Hij is een agrarisch bedrijfshoofd, de oppervlakte is 2 ha, er is een bedrijfsruimte van minstens 100 m3. Er is dus niets aan de hand. Ook is het niet ver boden om later van beroep te veranderen of het bedrijf te staken en in dat geval kan de bewoner daar gewoon blijven wonen. Mocht een van de andere bewoners uit die buurt komen vragen om een bijdrage dan zouden we trachten die man ook te helpen. He_t lid- Hoosenboom legt er de nadruk op dat deze man daar nu bewust heeft gebouwd. De voorzitter licht toe dat deze man tengevolge van een ongeval in zijn gezin niet meer zo een groot bedrijf wil hebben als hij gehad heeft in de Noord-Oost-polder en hij .neemt aan dat deze man nu ook hier een agrarisch bedrijf zal gaan uitoefenen. Het lid Moerbeek zegt dat het een volkomen normale zaak betreft. Er is hier niets aan de hand. Wel zou hij gaarne vernemen aan wie het verzoek was gericht De voorzitter antwoordt dat dit verzoek is ingekomen via de Waterleiding Mij Tholen tot wie de man zich in eerste instantie gewend had. Het lid Moerbeek is van mening dat hij in aanmerking moet komen.

Raadsnotulen

Halsteren: 1960-1996 | 1967 | | pagina 85