8. VOORSTEL TOT WIJZIGING VAM VERKOOPBESLUITEIJ
Het lid Roosenboon heeft bedenkingen tegen de schrapping van punt 5'
Het vpprstel. .biedt wel de nodige perspectieven om niet te speculeren, maar
als men het voorstel aanneemt zoals het er nu ligt, dan bestaat de moge
lijkheid dat deze grond over 20 jaar nog braak ligt en hij meent toch
niet dat.het de bedoeling kan zijn dat daar nooit gebouwd zal worden»
De voorzitter antwoordt dat het voor fabrieken noodzakelijk is dat zij
een ruime reserve hebben voor uitbreiding, soms wel voor 50 jaar» De grond
die nu verkocht wordt kon belanghebbende destijds niet kopen omdat die
geen eigendom was van de gemeente» Nu dat wel het geval is lijkt het spreker
redelijk dat deze grond aan Baartmans wordt, verkocht.
Het lid Roosenboom zegt dat de firma op dit moment helemaal geen plannen
heeft voor uitbreiding» Men schept hiér een precedent waar men nooit meer
vanaf komt. Wel is hij er voor om de firma enige jaren uitstel te geven.van
de bouwpliclrt en dan over enkele jaren de zaak weer eens onderde loupe
te nemen. Als er grond voldoende is dan zou men kunnen redeneren van weg is
weg, maar hier bestaat de mogelijkheid dat er een andere „industrie.„blij mee
zou zijn.
De voorzitter licht toe dat in de grotere gemeenten de industrien worden,
verplicht om aan de hand van de oppervlakte van het bebouwde gedeelte een
door de gemeente bepaalde oppervlakte bij te kopen die niet direct bebouwd
zal worden. Een te klein terrein verkopen aan industrien wreekt zich in
de kortste keren.
Het lid Moerbeek merkt op dat er geen precedent geschapen wordt als men van
het standpunt uit gaat dat, de oppervlakte van het terrein afhankelijk is
van de oppervlakte van de bebouwing.
Het lid van ...SI zakker vindt dit een vrijs besluit. Er moet voor gezorgd worden
dat een mogelijkheid tot uitbreiding wordt verwezenlijkt. Halcaros en
van Mechelen hebben daar zelf voor gezorgd door meer te kopen dan zij direct
nodig hadden. Baartmans kon dat niet omdat er niet voldoende grond te koop
was. Deze mogelijkheid moet hem dan nu gegeven worden.
De voorzitter wijst er op dat men door dit voorstel aan te nemen niemand
te kort zal doen» Er wordt gegeven vrat de industrie nodig heeft. Dit is geen
woningbouw of onbebouwd terrein. En waarom zou men de zaak over een paar
jaar weer eens bekijken en desnoods verlengen, en later weer maar eens ver
lengen, want persoonlijk voelt hij er niets voor om ooit het besluit in
te trekken.
Wethouder van Wezel kan het nog scherper stellen. Hij heeft een excursie
gemaakt in het antwerpse havengebied vraar o.a. de Basffabrieken een terrein
hebben aangekocht van mogelijk wel 400 ha en waarvan volgens zijn schatting
nog geen 10 ha van is bebouwd. Die aankoop is alleen gedaan om de uitbreiding
in de verre toekomst veilig te stellen.
Het lid Roosenboom zegt dat die grond ook ineens is gekocht.
De voorzitter herhaalt dat Baartmans dit stuk grond niet ineens heeft kunnen
kopen omdat het toen nog niet te koop was»
Het lid van Elzakker wijst er op dat van speculatie nooit geen sprake kan
zijn om reden dat Baartmans dit stuk grond toch niet mag verkopen.
Het lid Schetters informeert wat punt 5 inhoudt.
De voorzitter antwoordt dat dit is gedaan ter voorkoming van speculatie.
Baartmans mag dit stukje grond niet verkopen. Hij mag het louter gebruiken
voor uitbreiding.
Het lid van Isselt merkt op dat de bouwplicht is vervallen.
De voorzitter bevestigt dat. De mogelijkheid bestaat dat het stuk grond
nooit bebouwd zal worden omdat hij het bijvoorbeeld nodig heeft om wat
trailers op te zetten.
Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming conform het voorstel van
burgemeester en wethouders besloten.