sS>
3. ONDERZOEK GELOOFSBRIEVEN EN BESLISSING TOELATING (OP)NISUW-
BENOEMDE RAADSLEDEN»
De voorzitter vraagt de leden Heijligers, van de Kreeke en Moerbeek
zitting te nemen in de commissie tot onderzoek van de geloofsbrieven
waarbij hij de secretaris verzoekt de heren hierbij te assisteren.
De vergadering wordt geschorst.
Nadat de vergadering is heropend, verzoekt de voorzitter aan de voor
zitter der commissie om verslag uit te brengen.
De heer van de Kreeke deelt mede dat de benoemden aan de eisen in de
wet gesteld voldoen en de commissie adviseert tot toelating.
De raad stemt hiermede in zodat worden toegelatens
G.Bogers, S.van Ekeren, II.van Slzakker, C.Heijligers, J.van Gorp,
G.van Isselt, C.de ICeijzer, P.van de Kreeke, li-Moerbeek, A.Roosenbcom,
J.Schetters, P.van de Watering en J.van Wezel.
4. V00RST5L TOT HET VERLENEN VAN FINANCIËLE FACILITEIT WH MN PW
WONINGSTICHTING HALSTEREN I.V.H.DS BOUW VAN BEJAARDEN1 fONINGEN IN
LEPELSTRAAT
Het lid van Isselt vraagt of er genoeg grond aanwezig is voor de
2 bij te bouwen woningen.
De voorzittter antwoordt dat de woningstichting juist met het voor-;
stel is gekomen omdat er nog een stukje grond over was voor
2 bejaardenwoningen.
Zpnder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel van
burgemeester en wethouders besloten.
5. MACHTIGING TOT HET AANGAAN VAN KASGELDLENINGEN
Het dit punt wordt zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming
ingestemd.
6. VOORSTEL TOT HET VASTSTELLEN VAN EEN VERORDENING TER BEVORDERING
VAN DE DOORSTROIilNG VAN HUURDERS VAN GOEDKOPE NAAR DUURDERE WONINGEN
Het lid Moerbeek acht art.2 niet redelijk wijl geen vergoeding
wordt gegeven indien de woning niet aan de kandidaat door B.enW.
aangewezen Wordt verhuurd.
De voorzitter -zegt dat het geen persoonlijke doch een zakelijke
verordening is.
De heer Moerbeek zegt dat door het verlaten van een dergelijke woning
toch sprake kan zijn van doorstroming.
De voorzittter antwoordt dat de urgentie van een geval door B.enW.
wordt beoordeeld, alvorens men voor vergoeding in aanmerking komt.
Dit kan best\ oen gezin-:.van-buiten de gemeente zijn, zodat plaatselijk
de doorstroming niet wordt bevorderd.
De heer I-Ioerbeek vindt artikel 4 ook niet juist. Waarom wordt hier
in bijzondere gevallen de vergoeding toegekend, waarom niet in het
algemeen1?
De voorzitter zegt dat iemand die een bungalow van een halve ton
bouwt en eeh gemeentewoning verlaat dan ook nog in aanmerking zou
komen voor vergoeding,
Het lid Moerbeek vindt het fijn dat de voorzitter dit zegt, want
er zijn nu ook mensen met hoge inkomens die in de goedkope
woningen zitten. De financiële positie van de persoon in kwestie zou
in ogenschouw moeten worden genomen.
De voorzitter zegt dat men hier te doen heeft met een eenvoudige
verordening en dat het moeilijk is om alles perfect te regelen.
Hier hangt veel af van de toepassing door B.enW.
