Spreker merkt.'tevens op dat er in de raad enige malen over is gesproken. Het college heeft toen de indruk willen wekken en er van overgehouden dat het de bedoeling was dat de op stallen niet in stand gehouden zouden worden, doch moesten worden gesloopt. Daarom is dit geval beschouwd als los te staan van het algemene, delegatiebesluit. Zo zal het wel niet in de notulen staan, doch de raad zal zelf het beste weten wat is besloten. Het lid Roosenboom.had toch wel graag gezien dat dit in de raad was gebracht. Op bezwaren had dit voorstel beslist niet gestuit» Sloop heefib meestal geen waarde, doch dit was een waarde van 20.000,-. Het was een kleine moeite geweest om dit in de raad te brengen. De voorzitter bevestigt: dat dit inderdaad een kleine moeite geweest zou zijn. Het college heeft echter gedacht dat zij handelde in de'geest zoals de raad het' zich had voorgesteld. Daarbij komt dat formeel genomen de raad niet anders had kunnen besluiten. Het lid Moerbeek dacht dat er op een logische wijze i?b gehandeld. Het lid de Keijzer heeft bij geruchte vera:men dat dé "Th- schrijver Deelen te laat is ingekomen. De voorzitter antwoordt dat alle inschrijvingen binnen de gestelde termijn zijn ingekomen en ook die van Deelen. Het lid van Isselt merkt op dat Deelen toch niet de hoogste inschrijver was voor de kippenloods. Hij meent dat de hoog ste inschrijving door een ander is gedaan voor 4.440,-. Hij vraagt zien af waarom burgemeester en wethouders hun woord niet gestand doen door de kippenloods aan de hoogste in--' schrijver te gunnen. 'rif De voorzitter antwoordt dat Deelen de tweede inschrijver, was voor 3.730,- en dat de hoogste inschrijver niet over de nodige financiële middelen de beschikking had. ',j- Het lid de Keijzer zegt dat de inschrijvingsbrieven later zijn opengemaakt zonder dat de belanghebbenden daarbij tegen woordig waren. Hij: heeft er bezwaar tegen dat hier' niet' de normale gang van zaken is gevolgd. Een dergelijke handel wijze veroorzaakt alleen maar wantrouwen. .•icvx&r De voorzitter antwoordt dat men schriftelijk in kon schrijven en dat dit ook uit de advertentie bleek. Niemand heeft ook gevraagd wanneer de bekendmaking zou plaats vinden. Men kan daar later nu wel iets achter gaan zoeken, maar in een vergadering van het college is door vijf mensen de in schrijving bekeken en opgemaakt. Het lijkt spreker nogal moeilijk dat vijf mensen het eens zouden zijn in een unfaire zaak. ?r«- Het lid van Isselt vindt het nogal een pijnlijke zaak dat er voor zo'n groot bedrag uit d.e opstallen is verwijderd alvorens het aan de gemeente werd opgeleverd. De voorzitter zegt dat de gemeente in deze te goeder trouw is geweest. Tegenover de inschrijver hebben wij echter eerlijkopgebiecht wat er kwijt was. Omdnt het logisch was dat die onder deze omstandigheden zijn bod niet hoefde gestand te doen. ;v

Raadsnotulen

Halsteren: 1960-1996 | 1966 | | pagina 38