2Ïf -5- 13. VOORSTEL TOT HET VERLENEN VAN EEN VOORSCHOT VOOR HET KLEUTERONDERWIJS VOOR 1965 Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 14. VOORSTEL TOT HET VERLENEN VAN EEN VOORSCHOT TBV DE CHR.LAGERE SCHOOL OVER 1964 INGEVOLGE ARTIKEL 101 VAN DE LAGERONDERWIJSWET 1920 Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 15. VOORSTEL VASTSTELLING VERORDENING REINIGINGSRECHTEN Eet lid van Gorp is het ergens roerend eens met een verhoging maar hij vindt dit toch wel drastisch. De voorzitter zegt dat het college is uitgegaan van het bedrag dat in 1955 had moeten gelden, namelijk 7>50 en daar vanuitgaande is 12,-- zelfs zo veel nog niet. Het lid van Gorp is van mening dat men niet van 1955 maar van de huidige ƒ6,moet uitgaan en een verhoging tot 12,betekent voor de bevol king een verhoging van 100$. Men moet, volgens spreker, naar dit bedrag groeien en daarom stelt hij voor sprongsgewijze tot dit bedrag te komen. Elk jaar een verhoging van 2,--, dus nu een verhoging tot 8,en zo lang verhogen met 2,-- per jaar totdat het gewenste bedrag is gehaald. Er zijn grote gemeenten waar het recht ook nog ƒ6,-- bedraagt. De voorzitter zegt dat men er momenteel 300$ moet bijleggen. Van die kant bekeken is het nodig er iets aan te doen om in de pas te geraken. Het lid van Gorp gelooft dat het inderdaad verstandiger is om het prijs peil te volgen, doch een verhoging van 100$ lijkt hem te drastisch. De voorzitter kan er inkomen dat deze verhoging een flinke mep is voor de bevolking. Het lid Moerbeek acht de verhoging ook te ingrijpend. Men dient uit te gaan van het huidige bedrag van 6,Hij is van mening dat dit bedrag in minstens twee etappes zal moeten worden verwezenlijkt. Bovendien is de reinigingsdienst een organisatie van dienstverlening betreffende in zekere zin de volksgezondheid en zoiets mag wel wat geld kosten. Bij een al te sterke verhoging zou men zich weieens op een andere wijze van huisvuil kunnen gaan ontdoen. De voorzitter zegt dat het niet de bedoeling is om alles te verhalen; wat geld mag er wel bij, maar zoals de verhoudingen nu liggen is het hele maal scheef. Het lid van Elzakker vraagt of het niet mogelijk is om de mensen te ver plichten gebruik te maken van de reinigingsdienst, althans voor zover de vuilniswagen daar langs komt. Dan zouden er ook minder baantjes be vuild worden. De voorzitter antwoordt dat deze mensen ingevolge de politieverordening zich niet van hun huisvuil mogen ontdoen dan door middel van de reinigings dienst, maar verplichten dat kan niet, hoewel dit prettig zou zijn. Het lid Roosenboom kan niet zeggen dat hij zo geschrokken is van het be drag. Hij acht het redelijk dat de bevolking een evenredig deel van de kosten betaalt. Hij ziet geen bezwaar om de voorgestelde bedragen te hand haven; ook bij minder sympathieke voorstellen moet men kunnen doorbijten. Het lid van Isselt is het eens met het lid van Gorp. Hij had gedacht het bedrag met bijvoorbeeld 25$ sprongsgewijze te verhogen tot men bij is en dan later het bedrag regelmatig aan te passen aan de werkelijke kosten. De verhoging van het ledigen van putten heeft hem echter helemaal ver baasd doen staan. Hij vraagt zich ook gekscherend af of de gemeente door deze verhoging niet in strijd komt met de prijsbeheersing.

Raadsnotulen

Halsteren: 1960-1996 | 1965 | | pagina 10