Dit recht mijnheer de voorzitter ontnam U mij wel op de meest
ondemocratische wijze.
De noodzaak om toen reeds een voorstel tot het houden van een inter
pellatie te doen, hoop ik thans de raad op overtuigende wijze aan
te tonen,
In het raadsvoorstel van 23 jan. 19&3 wordt inzake de instelling
van de commissie voor ruimtelijke ordening letterlijk het volgende
medegedeeld:"Gaarne hebben wij de instelling van deze commissie in
overweging genomen en menen Uw raad thans te moeten voorstellen aan
deze in te stellen commissie zelf een ruimer werkterrein te moeten
geven.
Het komt ons n.l. raadzaam voor dat deze Commissie ons college in
het algemeen ook adviseerd bij de tot standkoming van niet onbelang
rijke uitbreidingsplannen"
Wat is hier van terecht gekomen mijnheer de voorzitter?
Juist waar overleg en advies zo broodnodig waren hebt de commissie
en de raad vrijwel totaal buitenspel gezet of voor een voldongen 1
feit geplaatst.
Ik noem slechts:
a. het complex Bogaerswoningen in en nabij de Johan Strauszstraatj
b. he+ complex bungalows in en nabij de Beethovenstraat
o. de bouw van vrijgezellenflats
d. een voor openbare gebouwen bestemd gebied met een pennestreep om
gezet voor de bouv< van enkele en dubbele joningen en hiervoor bereids
reeds toezegginger gedaan*
Uit deze korte en ongetyijfeld onvolledige opsomming is evenwel
onmiddellijk te constateren dat de de ^ocratie geweld is aangedaan en
de rechten van de belanghebbenden met voeten zijn getreden.
Immers enerzijds worden .hiervoor de belangen van hen die in overeen
stemming met de be'st&ahdëWtbreidirigsplannen hebben gebouwd, belangrijk
geschaad anderzijds' gaan de personen die met Uw medewerking en toe
passing van art,20 vanj-de Wëderopbouwwet hebben gebouwd een niet te
overzien risico aMi>--t
Heeft de Ovs-rha-idhïèt op de eerste plaats te waken voor de
rechten van zijn burger's en deze zoveel mogelijk tegen risico's te
waarborgen,
Is het .verantwoord te achten, dat de eigenaars van de 30 40 in aan
bouw of in voorbereiding zijnde bi.galows de kans lopen deze na 10 jaar
weer te moeten slopen,
Heen mijnheer de voorzitter. Door U toedoen is het Dagelijks
bestuur ernstig tekort geschoten in de plicht om zowel de commissie
als de raad tijdig te raadplegen. Dit is niet nagelaten bij onbelang
rijke maar bij belangrijke wijzigingen van het uitbreidingsplan. Hier
door is verzuimd de betrokken burgers voor een mogelijke débécle te
behoeden.
In de vorige vergadering werd door het raadslid dhr.Roosenboom
opgemerkt, dat aan een persoon zelfs 4 percelen bouwgrond in de
Daansbergen waren toegezegd. Mijnheer de voorzitter de heer van de Veeke
heeft mij indertijd telefonisch medegedeeld, dat door U persoonlijk
deze percelen aan hem waren toegezegd.
De schriftelijke toezegging van een perceel in de Daansbergen
aan de heer van Nieuwenhuijzen moest evenwel kost wat kost worden
ingetrokken.
Dit zou men met recht ambtelijke willekeur kunnen noemen terwijl men
eveneens kan concluderen dat zelfs een door het Gemeente bestuur ge
geven toezegging niet de minste waarde heeft.
Mijiiieer de voorzitter de Bouwonderneming Heeffer van Elzakker is ook
overduiaelijk gebleken, dat het college zelfs zijn eigen besluiten
niet kan eerbiedigen.