-zii
-9- -
De voorzitter bevestigt dit.
Het lid Moerbeek dacht dat het de gewoonte was dat wie het eerst
vergunning had, het eerst kon gaan bouwen.
De voorzitterzegt dat dit voor Daansbergen niet mogelijk is. Daar
wordt voor iedere plaats een bepaalde vergunning verleend.
Het lid Moerbeek dacht wel dat betrokkene te goeder trouw is geweest.
De voorzitter vraagt wat van Nieuwenhuijzen moest doen met twee
bungalows.
Het lid Moerbeek zegt dat een van deze bungalows voor zijn kinderen
zou zijn.
De voorzitter zegt dat dit pas in een later stadium ter sprake is ge
komen en dat er toen reeds andere gegadigden waren die er meer recht
op hadden gezien het tijdstip van aanvraag.
Het lid Moerbeek zegt dat van Nieuwenhuijzen niet wist dat hij geen
tweede perceel kon krijgen en daarom te goeder trouw is geweest. Had.
hij dit wel geweten dan waren er wel andere manieren geweest om toch
zijn doel te bereiken. Hij vindt het bovendien jammer van de gemaakte
kosten die nu verloren zijn.
De voorzitter zegt dat van Nieuwenhuijzen vrijwillig heeft kunnen
kiezen tussen perceel 9 en 10.
Het lid de ICeijzer merkt op dat van Nieuwenhui jzen zich eerst heeit
klem gezet en toen pas is gaan informeren. Had hij eerst geinformeeru
dan had alles zo'n vaart niet gelopen.
Wethouder van Wezel is er ook van overtuigd dat van Nieuwenhuijzen e
goeder trouw is geweest.
Het lid de Keijzer merkt op dat burgemeester en wethouders nu ook
te goeder trouw hebben gehandeld ten opzichte van de volgende c&ndidaat
voor dit perceel.
Het lid van Wezel zegt dat men nu inderdaad niet meer terug kan.
Het lid van Elzaklcer zou graag willen spreken over het beleid van
burgemeester en wethouders.
De voorzitter zegt dat dit niet kan omdat dit punt vreemd is aan
de orde van de dag en de rondvraag is afgeschaft.
Het lid van Elzakker wil dan hierover een interpellatie houden welk^
voorstel volgens het reglement van orde gesteund zal worden door drie
man.
De voorzitter zegt dat volgens het reglement van orde dit van te voren
schriftelijk dient te worden aangevraagd.
Het lid van Elzakker zet uiteen dat hij betreffende het beleid van
burgemeester en wethouders zou willen uitweiden, speciaal betreffende
het beleid van de burgemeester; hij zou willen spreken over het
wijzigen van het uitbreidingsplan zonder dat hierin de commissievoor do
ruimtelijke ordening wordt gekend en waarbij het gevaar niet denk
beeldig is dat de raad deze wijziging straks niet overneemt en de zaak
kan worden afgebroken. Hij vindt dit geen juist beleid.
De voorzitter wijst het lid van Elzakker er op dat hij zich dient te
houden aan het reglement van orde en merkt op dat de gevallen van
artikel 20 van de wederopbouwwet reeds voldoende ter sprake is ge
bracht door het lid Moerbeek.
Het lid van Elzakker zou verder nog willen spreken over het door de
voorzitter eigenhandig terugzenden van ontvangen rijksgoedkeuringen
voor het bouwen van woningen.
He voorzitter ontneemt hierop het lid van Elzakker het woord.
Zonder hoofdelijke stemming wordt betreffende de ingekomen stukken
en mededelingen overeenkomstig de voorstellen van burgemeester en
wethouders besloten.