-8-
De voorzitter zegt dat hij dit zal doorgeven aan de woningstichting.
Het lid van Isselt vraagt waar deze woningen in de Zoekweg zijn gepland.
De voorzitter zegt dat dit is tussen de Pater Damiaanstraat en de
Kladseweg.
Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming conform het voorstel van
burgemeester en wethouders besloten.
BEHANDELING INGEKOMEN STUKKEN BH MEDEDELI1TGEN
Het lid Roosenboom zegt dat de heer van Nieuwenhuijzen gevraagd heeft
een bouwperceel te kunnen kopen. Door burgemeester en wethouders is
hem toen op een perceel grond optie verleend. Nieuwenhuijzen heeft toen
de nodige tekeningen laten maken. Door bepaalde omstandigheden werd
hij gedwongen een ander perceel grond over te nemen. Op grond daarvan
is latêr door burgemeester en wethouders de eerder verleende optie
ingetrokken.
De voorzitter zegt dat dit logisch is. Betrokkene heeft gevraagd om
perceel no.10 en er kan slechts, voor één perceel aan iemand Optie
worden verleend.
Het lid Roosenboom merkt op, dat aan een persoon zelfs 4 percelen
zijn toegezegd.
Het lid van Elzakker zegt dat van Nieuwenhuijzen bij scnnjven van
10 april j,.l. perceel no.10 is toegezegd onder voorwaarden dat hij
binnen twee maanden eén bouwplan moet indienen. Er staat echter niet
in dat de optie vervalt indien hij een andere bungalow koopt.
De voorzitter zegt dat van Nieuwenhuijzen niets kon kopen omdat alle
betreffende grond nog eigendom was van de gemeente.
Het lid van Elzakker merkt op dat er niets aan de hand was geweest
indien Hagenaars eerst de grond had gekocht en daarna had doorver
kocht aan van Nieuwenhuijzen. Betrokkene rekende bovendien op dit
perceel en heeft slechts uit nood een ander plan overgenomen. Daar
naast staat het voor hem echter vast en is het zwart op wit vastgelegd
dat onder bepaalde voorwaarden aan van Nieuwenhuijzen optie^ is ver
leend voor perceel no.10 en aan deze voorwaarden heeft van Nieuwen-
huijzen voldaan.
Het lid de Keijzer zegt dat men thans moeilijk nog tot ieders tevre
denheid een oplossing kan vinden omdat op perceel no.10 al een
bouwplan ingediend is door een ander. Mocht dit echter geen serieuze
candidaat blijken te zijn dan kan men alsnog in overweging nemen
de grond aan van Nieuwenhuijzen over te doen.
Het lid Moerbeek gelooft niet dat van Nieuwenhuijzen het doel heeft
met deze gronden te speculeren en acht de motivering van de heer van-
Ni euwenhui jzen logisch. Verder bevreemdt het hem, dat aan een persoon
4 percelen zijn toegewezen.
De voorzitter zegt, dat het hem niet bekend is dat aan één persoon
4 percelen zijn toegewezen.
Het lid de Keijzer merkt op, dat dit aan architect van der Veeken
in zekere zin is geschied.
Het lid van Wezel zegt dat ook hij het niet helemaal eens is met de
gang van zaken. Van Nieuwenhuijzen heeft een noodsprong gemaakt daar
toe gedwongen door de omstandigheden. Hij betreurt het verloop van
deze affaire en had graag gezien dat men de zaak vanuit de mense
lijke kant had bekeken.
De voorzitter zegt dat in het college is afgesproken dat men niet
achter de naam van een aanvrager zou kijken. Voor betrokkene is diu
mogelijk een probleem, voor ons echter niet.
Het lid van Wezel zegt dat zoals het door de voorzitter wordt gesteld
er inderdaad geen speld is tussen te krijgen.
Het lid Moerbeek informeert of er meer aanvragers zijn dan plaatsen.
1-2-2.
