Het lid. van Isselt zegt, dat men onder het gestelde van punt 15 van de ingekomen stukken en mededelingen terug valt op het geringe gebruik van genoemde weg. Hij vindt dit niet juist. Ook valt men terug op het feit dat de woning van van den Enden slechts gebouwd is voor een beperkt, aantal jaren. He voorzitter ^antwoordt, dat hij op het ogenblik bang is deze weg te verlichten wat de kosten betreft en wil daar later op terug komen. Het lid van Isselt antwoordt, dat hij vanmorgen deze weg heeft bekeken en hij vindt dezé weg gevaarlijk want vanaf het Koestraatje krijgt men in de weg enkele bochten en het is een kruispunt van wegen. Baarbij komt nog,, dat de Schansbaan intensief wordt bereden. He voorzitter zegt dat er waarschijnlijk wel andere wegen zijn, die urgenter verlichting behoeven. Hij wilde dit dus even uit stellen. Het lid Hefs acht de verlichting van de Schansbaan broodnodig. Hij wilde de woning van de heer van den Enden er even buiten laten. Bit kan men naderhand doen. He voorzitter antwoordt, dat hij het zo niet eens heeft gezien. Hij wilde zelfs de woning van de heer van den Enden ook verlichting geven. Boch, gezien de financiële positie van de gemeente, wilde hij even afwachten. Hij wilde eerst kijken welke middelen er straks zijn. Hij wil deze verlichting uit eigen middelen dekken. Het lid van Isselt is van mening, wanneer men deze verlichting uit eigen middelen wil dekken, het nu juist moet doen nu het nog kan. Het verkeer neemt steeds toe, dus men moet nu tot verlichting over gaan. He voorzitter antwoordt, dat rn'en het zo niet moet zien. Ban moeten ook de rijks- en provinciale wegen worden verlicht. Het lid van Isselt zegt, dat men enkel naar de eigen gemeente moet kijken! met andere gemeenten of instanties heeft men niets te' maken. Heze weg moet men zelf maar eens bekijken, dan ziét men de nood zaak van verlichting wel in. Het lid Haverhoek vindt de dringende noodzaak misschien iets te sterk uitgedrukt! hij wil de wenselijkheid niet ontkennen maar ziet tegen uitstel geen enkel bezwaar. Het lid de Weert zegt, dat, nu de openstelling van Fort-de-Rover verwezenlijkt is, er veel ménsen zullen zijn, die misschien pas om 9 uur huiswaarts keren. Op grond daarvan is hij voor verlichting van deze weg. He voorzitter merkt op, dat Fort-de-Rover 's-avonds is gesloten. Het lid Bogers had ook graag gezien, dat de heer van den Enden werd geholpen! maar dat kan nu eenmaal niet. Het lid. van Isselt wil niet steeds terug grijpen op de financiële positie der gemeente en komt er later nog op terug. Het lid Bogers informeert aangaande het gestelde onder punt 1.0, wat betreft het rechtsgeding tot pachtontbinding met de heer Gabriëls. Hij vraagt hoe deze zaak nu eigenlijk zit. Het lid van Isselt informeert of, wanneer er nu niet meer wordt gereageerd, de gemeente dan een procedure aangaat. Heze man heeft toch nog een pachtcontract voor de- tijd van 6 jaar. He voorzitter antwoordt, dat de heer Gabriëls toch schadeloos wordt gesteld en dat hij toch grond terug krijgt. Hoor middel van een minnelijke schikking wilde men zo ver komen, dat de grond zou worden geruild. Er wordt nu ontbinding van de pacht gevraagd. Het gaat hier tussen de gemeente en de pachter. Heze kan dus zijn rschade claimen. Het lid van den Berg informeert, wanneer, deze kwestie voor de pachtkamer niet naar de wens van de heer Gabriëls verloopt, deze Gabriëls toch nog in hoger beroep kan gaan.

Raadsnotulen

Halsteren: 1960-1996 | 1962 | | pagina 30