-4- Het lid --Moerbeek zou ook ?;illen'vernemen wie de aannemer verant- woordelijk, moet stellen. De voorzitter wijst in deze.op de clausule in het bestek. Hierin wordt gesproken over het opdragen van geschillen betreffende de •ruitvoering van-het bestek aan een arbitrage-commissie i.e. de de:raad van het bouwbedrijfDit is echter een hele procedure en een kostbare geschiedenis. Om dit nu te voorkomen wil de gemeente bij de afwerking van de woningen haar diensten blijvend beschik- ■r'baar stellen. Deze service kan de gemeente natuurlijk niet ten eeuwigen dage verlenen. Wanneer de een of andere partij geen mede werking meer wil verlenen dan is de enige oplossing.de inschakeling van de raad van het bouwbedrijf De heer-Huuskes merkt op dat het mogelijk is dat de gemeente dan namens de principaal (eigenaar) optreedt. Het lid Moerbeek begrijpt nu van de redactie van de brief, die de dienst openbare werken naar de aannemer heeft gezonden, niets meer. Uit deze brief leest hij dat de gemeente op kosten van de aannemer de nog uit te voeren werken zal afdoen wanneer de aan nemer niet voor een bepaalde datum conform de inhoud van de brief heeft gehandeld. y De heer Huuskes kan zich deze brief niet herinneren. Na deze van het raadslid Baartmans ter inzage te hebben gekregen leest hij de inhoud ervan voor. De voorzitter hoort met verbazing de inhoud van de brief en wijst vervolgens het lid Moerbeek er op, dat hij de brief niet goed heeft weergegeven, misschien zelfs iets in een bepaalde richting heeft willen suggereren. - rc.: ;:I Het lid Moerbeek gelooft dat hij onder het woord "derden" ook de gemeente zelf mag rekenen. r. voorzitter twijfelt er niet aan of alle onderhandelingen zullen te zijner tijd ertoe leiden, dat toch de raad van het bouwbedrijf ingeschakeld zal moeten worden. Het lid van der Weegen heeft de ontwikkeling van deze affaire van van het begin af aan meegemaakt. Het staat hem nog duidelijk voor de geest dat de gemeente de eigenaren ten gemëentehuize een ver klaring heeft laten tekenen, waarin de principalen er mee instem men dat Bouw- en woningtoezicht van de gemeente' het toezicht van de bouw van de ?/oningen zal uitoefenen. De gemeente behoort zich zo lang van haar taak te kwijten totdat het bouwwerk geheel vol gens bestek is,- opgeleverd. Zij mag zich niet terugtrekken. Hij stelt voor dat de gemeente opnieuw contact opneemt met de princi palen en aannemer en tracht deze aangelegenheid op te lossen. Hét. lid Nuijten weet zeker, dat er in het bouwbedrijf een wezenlijk verschil' 'bestaat tusèen de taken van de aannemer, architect en toezichthouder. ■^e voorzitter wil niet in herhaling treden en neemt aan dat hij het karakterestieke verschil tussen de verantwoordelijkheid van aannemer, architect en toezichthouder voldoende heeft uiteenge zet. Wel zou men van mening kunnen verschill of de gemeente de principalen tot het oneindige service moet verlenen. Het contact tussen aannemer, eigenaar en gemeente is niet verbroken. De heer Huuskes heeft opdracht gekregen in deze bemiddelend op te treden. Maar hierdoor wordt de verantwoordelijkheid noch van de een noch van de ander opgeheven. V/at het tekenen van een verklaring betreft kan spreker mededelen dat het aanvankelijk in de bedoeling lag dat de gemeente de woningen zelf bouwde. Echter kreeg de gemeente hiervoor niet de vereiste toestemming. De gemeente heeft de grond toen verkocht- de aannemer is voorts bereid gevonden het bouwplan vande gemeente;.óver te nomen en dit voor de. kopers op de gèkochte grond te realisefenvoor dezelfde aannemingssom als oorspronkelijk

Raadsnotulen

Halsteren: 1960-1996 | 1960 | | pagina 89