-9-
Het lid Lodders weet dat een onderzoek heeft uitgewezen dat de plaatse
lijke middenstand voor het laatste niet bang behoeft te zijn. Door een
markt komen de mensen op straat en daarvan kan ook de plaatselijke
middenstand profijt hebben.
Het lid Moerbeek staat aan de zijde van het lid van der Weegen. Hij
betwijfelt of de omzet van de plaatselijke middenstand hierdoor groter
wordt.
Het lid Nefs stelt voor om in deze eerst de middenstandsorganisaties
te horen.
De voorzitter zegt toe deze in te schakelen.
d. Het lid Nefs verzoekt het gemeentebestuur om de heer Blom een strookje
grond langs zijn tuin te verhuren voor moestuin.
Be voorzitter heeft hierover nog geen schrijven ontvangen en raadt
het lid Nefs aan de heer Blom mede te delen zich schriftelijk tot het
gemeentebestuur te richten. Dan kan deze zaak in onderzoek worden ge
nomen.
e. Het lid Nefs meent, dat het geen overbodige luxe genoemd kan worden
als er in Halsteren een particuliere waterplaats komt.
Het lid van der tfeegen pleit eveneens voor een particuliere waterplaats.
Het lid Moerbeek vindt een dergelijk apparaat een onding. Waar moet
deze geplaatst worden? Als hij ziet wat zich in de Schoolstraat af
speelt dan zou daar om de vijf meter een waterplaats neergezet moeten
worden.
Het lid Lodders gelooft dat zo iets toch wel eens gemakkelijk zou
kunnen zijn.
Het lid Moerbeek denkt, dat zo'n plaats dan alleen dienst zou kunnen
bewijzen, wanneer er evenementen in het dorp plaats vinden.
Be voorzitter heeft van een en ander notitie gemaakt.
f. Het lid van der Weegen merkt op, dat indertijd de gestelde vragen in
de volgende vergadering werden beantwoord. Thans niet meer. Ofschoon
hij niet twijfelt dat de vragen de nodige aandacht krijgen merkt een
raadslid hiervan doorgaans niets.
De voorzitter deelt mede, dat al de vragen in de eerstvolgende verga
dering van burgemeester en wethouders worden besproken. Meestal lossen
de vragen zichzelf op. Spreker zal zijn gedachten er eens over laten
gaan op welke wijze een bevredigende oplossing gevonden kan worden.
g. Het lid van der Weegen meent dat een onbewoonbaar verklaarde woning
na ontruiming altijd werd gesloopt. Thans is hem een geval bekend dat
zo'n woning wordt gebruikt als kippenhok.
De voorzitter antwoordt, dat deze gang van zaken niet in strijd is met
de woningwet. Wanneer een woning onbewoonbaar verklaard is en daarna
ontruimd wordt door de bewoners, die er in woonden op het tijdstip, dat
de woning onbewoonbaar verklaard werd, dan kan de woning voor elk doel
gebruikt worden, maar niet meer als woning.
Het lid van der tfeegen zou het toch wel op prijs stellen wanneer derge
lijke woningen op instorting of gevaar voor personen Yrerden gecontro
leerd.
De voorzitter zal deze kv/estie laten onderzoeken,
h. Het lid van der Weegen vraagt wie belast is met het knippen van heggen
en ander struikgewas langs de binnenv/egen in de gemeente. Op kruis
punten van deze yregen gebeuren nogal eens verkeersongelukken.
Be voorzitter zegt, dat de gebruikers van de gronden, v/aarop het
struikge?/as staat, deze moeten snoeien. Het gebeurt wel eens dat de
gemeente aan deze personen een brief zendt en hen op deze verplichtingen
V71J S "t