18 13Overdracht risico's leningen woningbouw aan het Waarborgfonds Sociale Woningbouw. Volgnr. 95-XII-132. Mevrouw Moerman merkt op dat door de leningen van de woningbouwcorpo raties over te dragen aan het Waarborgfonds Sociale Woningbouw het gemeentelijk risico enigszins beperkt wordt. Dat volgens haar fractie goed. Het is niet ondenkbaar dat de gemeentelijke invloed op woning bouwcorporaties hierdoor beperkt zal gaan worden. Zoals bijvoorbeeld duurzaam bouwen, goed geïsoleerde woningen, het aanbrengen van dege lijk hang en sluitwerk, maar ook het afwikken in welke prijsklasse er gebouwd zal gaan worden om in de woningbehoeften van verschillende doelgroepen te voorzien. De gemeente heeft immers de taak om er op toe te zien dat woningbouwverenigingen het evenwicht bewaren tussen het eigenbelang en het belang van volkshuisvesting. De vraag is dan ook: heeft het college afspraken gemaakt om nog enige invloed uit te kunnen oefenen op de werkzaamheden van de woningbouwvereniging en deze schriftelijk vastgelegd. Ook wil haar fractie graag weten of het col lege onderzocht heeft of de LHBB financieel voldoende draagkrachtig is, en is het bij het college bekend hoe hoog de bedragen zijn van de herfinancieringsleningen en hebben die betrekking op bouwprojecten in deze gemeente. Haar fractie denkt dat men de herfinancieringsleningen van anderen gemeenten niet moet overnemen. Aan het eind van dit raads- tuk vraagt het college om via het model besluit G3 van de VNG de be voegdheid tot het aangaan van alle daaruit vloeiende overeenkomsten over te dragen aan het college. Haar fractie is van mening dat deze bevoegdheid bij de gemeenteraad moet berusten en dat het model besluit G2 van de VNG de basis moet zijn tot het aangaan van alle mogelijke overeenkomsten die het Waarborgfonds biedt. De voorzitter antwoordt dat de sociale woningbouw ook voor het college een zorg is om op een goede wijze te voorzien in betaalbare woningen. Vanavond gaat het dus over de overdracht van de risico's van de lenin gen van de woningbouw aan het waarborgfonds sociale woningbouw. Wan neer mevrouw Moerman vraagt of het LHBB voldoende draagkrachtig is zegt zij dat het college daarover in het verleden telefonisch contact heeft gehad met het ministerie. Omdat het een landelijk opererende woningbouwvereniging is wordt dit gecontroleerd door het ministerie van VROM. Bovendien is het zo dat wanneer de raad vanavond besluit tot deze zaak het college dit ook nog eens ter goedkeuring in moet sturen naar de provincie. De provincie heeft aan het college gevraagd om het model van de VNG te gebruiken voor dit soort dingen. Wat betreft her financieringsleningen zegt zij dat deze van de LHBB door het hele land zitten. Het ministerie van VROM houdt daar zelf toezicht op. Wat betreft het wel of niet overdragen van de leningen zegt zij dat in het verleden het garanderen van geldleningen voor de sociale woningbouw gedelegeerd is aan het college van burgemeester en wethouders. Omdat het nu een bijkomend puntje is om de risico's van die leningen over te dragen aan het waarborgfonds sociale woningbouw moest het college die vanavond expliciet vragen maar het garanderen van geldleningen ten behoeve van sociale woningbouw is al in een grijs verleden, in 1988 of 1989 gedelegeerd aan het college van burgemeester en wethouders en toen is een delegatiebesluit uit 1986 weer een keer aangepast. Het college houdt de zaak wel in de gaten voor zover dat tot hun bevoegd heden behoort.

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1995 | | pagina 287