16 Jacobstraat. Hij begrijpt dat de voorzitter bij een vergadering niet alle cijfers bij de hand heeft maar kan zich indenken dat zij zich enigermate heeft voorbereid of anders misschien degenen die naast haar aan tafel zitten. Hij heeft wel het totaal aantal woningzoekenden gehoord in de gemeente maar dat zegt nog niet zo erg veel als dat niet is uitgesplitst naar categorie woningen of woningzoekenden. Het komt ook voor dat mensen op diverse plaatsen ingeschreven staan als woningzoekenden, dus in hoeverre zijn dit harde inschrijvingen. Hij neemt aan dat er heel wat belangstelling zal zijn om ook te bouwen alleen vraagt hij zich af of het per se parallel moet lopen. Wanneer per se gekozen wordt voor een planmatige bouw van plan Vrouwe Jacobstraat dan lijkt de conclusie wel gerechtigd dat er voor de zelfbouwers in plan Oost III mogelijkheden komen. Waarom moeten die zaken per se parallel lopen? Men zou eerst plan Oost III verder tot ontwikkeling kunnen brengen en gelet op het feit dat er binnen het plan Vrouwe Jacobstraat nog wat procedurele zaken aanhangig zijn zal het denkbaar zijn dat er daarna ook in eigen beheer wellicht wat geregeld kan worden. Na hetgeen hij tot nu toe heeft gehoord is hij nog niet overtuigd van die projectmatige aanpak en het uitbesteden van het plan Vrouwe Jacobstraat. Ook in dat plan wil hij de ruimte behouden voor zelfbouwers. De opmerking dat het bestemmingsplan Vrouwe Jacobstraat is vastgesteld en daar liggen dan de sociale woningen daar waar ze komen te liggen, dat mag dan wel als een voldongen feit worden gezien. Hij heeft toch nog even de mogelijkheid genoemd dat de raad, zo die dat zou willen, dat bestemmingsplan zou kunnen aanpassen. Er is in ieder geval een fractie die dat inderdaad zou willen. Het ziet er niet naar uit dat vanavond de raad zal besluiten het bestemmingsplan te herzien, daar zal de heer Van de Merbel dan in moeten berusten. Wanneer de voorzitter de aandrang voelt om hem nog op een paar vragen antwoord te geven dan is hem dat welkom. De heer Bienefelt denkt dat vanavond gesproken wordt over de hoofdlijnen van het voorstel en in een aantal gevallen heeft zijn fractie geen moeite met de randvoorwaarden zoals die geschetst zijn. Daar waar van verschil lende kanten gesproken wordt over het bespreken van de voortgang met de commissie B.A. bijvoorbeeld, denkt hij dat dat inderdaad van wijsheid getuigt als het college dat voornemen ook inderdaad werkelijk uitvoert. Het CDA ziet daar bijvoorbeeld bij punt 3 op bladzijde 6 een mooie gelegenheid toe. Dan zijn er inmiddels een aantal zaken binnen en dan wordt de zaak aansluitend in het vat gegoten. Op dat moment is het verstandig om de commissie bijeen te roepen. Hij wil ook nog even ingaan op hetgeen door dhr. Van de Merbel te berde is gebracht. Het is toch de integriteit die in dit soort opmerkingen een beetje op de proef wordt gesteld. Dat is niet altijd even gemakkelijk en het is op zich ook heel wat anders dan dat er een pittige discussie wordt gevoerd. Als je verschilt van mening, dan is dat prachtig, maar het moet geen aanleiding geven om door een gebrek aan zelfbeheersing de integriteit van anderen in twijfel te trekken. In het begin van de week heeft de heer Bienefelt met de krant over deze zaak gesproken omdat het naar zijn gevoel puur een kwestie was van praktische afwegingen. In dit verband gaat hij even terug naar de decembervergadering waarin een voorstel is gedaan om voortvarend het plan Deltaparel aan te pakken en het CDA heeft mogen merken dat in januari de discussie is gevoerd zoals was toegezegd. Hij is niet zo ij del dit toe te schrijven aan het voorstel in december, maar er was niks mis met het feit dat zij zich, met de winter voor de deur, zorgen maakten over de voortgang. Als er vragenderwijs door een fractie opmerkingen worden geplaatst dan is het niet automatisch zo dat er persoonlijk belang mee gediend is. Hij verwerpt deze zinspelingen daar er binnen de fractie van het CDA geen enkel lid is die binnen het plan Deltaparel zijn toekomst ziet. Wellicht zijn er mensen die er iets anders uit willen lezen. Het CDA

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1995 | | pagina 26