18
De heer Van de Merbel antwoordt dat de voorzitter zelf aanwezig was, de
heer Van der Spek, de heer Fakkersde heer De Jong, de heer Van den Baard
tevens waren nog aanwezig enkele toegevoegde ambtenaren, secretaris en nog
iemand voor de technische zaken. In die vergadering was hij voor een deel
ook aanwezig. Niet als lid van die commissie maar als toenmalig bestuurslid
van de SLOFH, liever gezegd voorzitter, en in het gezelschap bevond zich de
voormalige secretaris van de SLOFH, de heer Knook.
In die vergadering heeft hij de voorwaarden mogen vernemen die de CAI-
commissie stelde aan het mogen uitzenden via de kabel door de SLOFH.
De voorzitter vraagt nogmaals of het een openbare of besloten vergadering
betrof
De heer Van de Merbel antwoordt dat het verslag wat hij nu voor zich heeft
een verslag van een besloten vergadering betreft.
De voorzitter denkt niet dat de heer Van de Merbel het recht heeft in een
openbare raadsvergadering te citeren uit een verslag van een besloten
vergadering
De heer Van de Merbel antwoordt dat hij het verslag niet heeft gekregen als
commissielid, hij heeft het gekregen van een lid van de commissie-destijds
De voorzitter vraagt of de heer Van de Merbel kan zeggen van welk lid hij^^
dat verslag heeft gekregen.
De heer Van der Merbel zegt dat hij het verslag heeft gekregen van een lid
van de commissie en niet van een ambtenaar ter secretarie zodat de
voorzitter morgen niet hoeft uit te vogelen van welke ambtenaar hij dit
verslag heeft gekregen.
De voorzitter vraagt desondanks van welk lid de heer Van de Merbel dit
verslag heeft gekregen.
De heer Van de Merbel antwoordt dat hij dit kan zeggen, maar vraagt zich af
of dit relevant is.
De voorzitter denkt dat het relevant is.
De heer Van de Merbel beschikt over een kopie van het verslag.
De voorzitter vraagt van wie hij die kopie heeft gekregen.
De heer Van de Merbel merkt op dat, als dat een voorwaarde van de voorzitter
is om dat bekend te maken, hij het wat anders moet formuleren. Hij past er
voor om welk commissielid dan ook in het openbaar door de voorzitter terecht
te laten stellen.
De voorzitter merkt op dat zij niemand terecht stelt.
Zij zegt dat als het over een besloten vergadering gaat de leden van die^^
commissie niet de papieren moeten gaan dupliceren en uitdelen.
De heer Van de Merbel zegt dat dat hun zorg is.
De voorzitter zegt dat de heer Van de Merbel door de naam van dat ene lid
niet te noemen de verantwoordelijkheid bij de totale commissie legt.
De heer Van de Merbel vindt dat dit gesprek onderhand het karakter krijgt
van een kruisverhoor en daar weigert hij zijn medewerking aan te verlenen.
Hij zal het op een andere manier zeggen. Hij heeft dat verslag, maar ook
zonder dat verslag kan hij zeggen dat destijds de voorzitter van deze raad,
in dat gesprek waar hij als voorzitter van de SLOFH aanwezig was, een aantal
voorwaarden heeft geformuleerd. De voorzitter van die commissie heeft
destijds aan het bestuur van de SLOFH laten weten dat permanent een kanaal
beschikbaar zou komen voor de SLOFH en dat de SLOFH ook informatie zou
moeten uitzenden van de gemeente en als belangrijkste voorwaarde in dit
verband werd de SLOFH toen te verstaan gegeven dat de gemeentelijke
voorlichter lid van de programmaraad moest worden. Dit heeft hij nog in zijn
geheugen zitten. Hij maakt van dat soort besprekingen ook nog wat
aantekeningen en die heeft hij in dit verband ook geraadpleegd.