97 zaak. Terwijl de Voorzitter wil overgaan tot vaststelling van de diverse begrotingen merkt de heer Van de Merbel op in de eerste ronde een voorstel te hebben gedaan en hij is van mening, dat dat wel voldoen de ondersteund wordt, reden waarom hij dit voorstel graag in stem ming gebracht wenst. Hierop vraagt de Voorzitter of het betreffende voorstel van de heer Van de Merbel wordt ondersteund, waarop de heren Van der Spek en Breure te kennen geven dat inderdaad te doen. In stemming wordt gebracht het voorstel van de heer Van de Merbel om een commissie-ad hoc in te stellen om de kwestie van de sloop van Deltaparel te onderzoeken. Hierop zegt de heer Van de Merbel dat de instelling van de commissie is om het algemene aanbestedingsbeleid te onderzoeken, waar Delta parel dan onderdeel van uit maakt. De Voorzitter is van mening, dat die zaken los van elkaar moeten worden gezien, waarop de heer Van de Merbel zegt dat dat wèl zijn originele voorstel is. De Voorzitter zegt hierop dat hij meestal dingen aan elkaar koppelt, het college ziet die koppeling echter niet zitten en ontraadt die koppeling ook. De heer Van de Merbel vindt dat de Voorzitter zijn voorstel niet anders moet uit gaan kleden dan hij zelf wil. Hij heeft een eigen voorstel en daar mag eenieder een mening over hebben, maar dat mag niet verknipt worden. Hij zegt gevraagd te hebben om een voorstel tot het instellen van een commissie-ad hoc die tot taak krijgt het aanbestedingsbeleid in algemene zin te onderzoeken en in het bijzonder met betrekking tot de aanbesteding respectievelijk de gunning van de sloop van Deltaparel. De Voorzitter deelt hierop de raad mede, dit voorstel te ontraden. De heer De Vos wenst een stemverklaring af te leggen. Hij heeft in derde termijn gezegd, dat de heer Van de Merbel - zeker door zijn aandeel in tweede termijn - een aantal dingen suggereert. Hij is van mening, dat de heer Van de Merbel, vóórdat over het instellen van een commissie wordt geoordeeld, de schriftelijke stukken met de door hem genoemde getuigenverklaringen etc. eerst moet overleggen met de overige fractievoorzitters. Hij is tégen dit voorstel, doch houdt zich aanbevolen, als de heer Van de Merbel die suggesties hard wil maken, hierover van gedachten te wisselen. Ook de heer Van de Merbel zegt een stemverklaring te willen afleg gen. Hij zegt daarstraks nadrukkelijk naar voren te hebben gebracht, dat hij op dit moment terughoudendheid wil betrachten met betrekking tot nadere informatie. Hij denkt dat het zo is, dat wanneer eerst met vertrouwelijke informatie de mensen geïnformeerd moeten worden. Hierop interrumpeert de Voorzitter door te zeggen dat dit geen stemverklaring is maar een reactie op de woorden van de heer De Vos. De heer Van de Merbel vervolgt met de woorden dat van hem niet verlangt mag worden dat hij bij de duivel te biechten gaat en dat hij ja zal zeggen op zijn eigen voorstel, dat overigens voldoende wordt ondersteund. Hierna geeft ook de heer Bienefelt te kennen een stemverklaring te willen afleggen. Hij zegt net al even te hebben aangetipt, dat zijn fractie het prematuur vindt om nu een commissie in die zin aan het werk te zetten. Hij wenst daaraan toe te voegen, dat de V.V.D. in zijn eerste inbreng heeft gezegd, dat oppositie niet thuishoort in de raad. Wat of zijn fractie verbaasd heeft is de gretigheid waarmee

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1993 | | pagina 334