91 zouden kunnen worden, zijnde: Waarom nu achteraf pas een toelichting bij de gang van zaken rondom de aanbesteding en waarom niet in het voorstel aan de raad van 31 augustus 1993? Waarom ontbreekt er een schriftelijk advies van de medewerkers van de afdeling weg- en waterbouw c.q. de sector grondgebied met betrekking tot deze aanbesteding en de gunning? Waarom zijn stukken niet op de gebruikelijke wijze geregistreerd? Betreft het hier een uitzondering of zijn er meer uitzonderingen op deze toch algemeen gebruikelijke regel? Waarom heeft het college na 9 september wel het sloopbestek ter inzage gelegd en waarom niet de begin september aan de aannemers verstrekte werkbeschrijvingen? Waarom is hem geen inzage verstrekt van die werkbeschrijvingen toen hij zich op het gemeentehuis vervoegde en inzage vroeg van de stukken met betrekking tot de aanbesteding? Waarom spreekt het col lege op 9 september blijkens de notulen van die raadsvergadering over identieke offertes? Er werd toen geen aantal genoemd, maar de indruk werd wel gewekt, althans in ieder geval bij hem, dat er 4 identieke offertes waren. Het tegendeel bleek in ieder geval toen niet. In welk opzicht waren die offertes dan identiek? Dit was een aantal vragen dat direct al bij hem opwelde, toen hij het antwoord gelezen had op zijn eerste termijn. Hij zegt in zijn eerste termijn een voorstel te hebben gedaan, dat hij wenst te handhaven. Het betreft het instellen van een onder zoekscommissie. Als dat voorstel voldoende ondersteund wordt, dan zou hij willen dat de Voorzitter dit voorstel straks in stemming brengt In de vorige termijn heeft spreker niet serieus willen ingaan op de toch wel wat naargeestige opmerkingen die de C.D.A.-fractie in haar schriftelijke beschouwingen aan het adres van zijn fractie heeft gemaakt. Ook nu wenst hij niet te reageren op enkele, wat denigrerende opmerkingen van de heer Bienefelt over zijn fractie. Wanneer de heer Bienefelt spreekt over het aan de laars lappen van afspraken zegt de heer Van de Merbel hem toe, dat hij daarop binnenkort op een hem passend moment, op gepaste wijze zal terugkomen. De waarheid is, zo zegt hij, een kostbaar goed en de heer Bienefelt gaat daar kennelijk zuinig mee om. De heer Van der Spek merkt in de richting van het C.D.A. op, in reactie op opmerkingen van de heer Bienefelt, die sommige dingen van zijn fractie bizar vindt, dat het erg makkelijk is om zoiets te zeg gen, zonder daarbij de argumenten te gebruiken c.q. te citeren, die de V.V.D. indertijd heeft gehanteerd. Het C.D.A. zal daar wel een reden voor hebben, want die argumenten deden nogal pijn! De P.v.d.A., zegt hij, gaat in op de financiële kanten uit de be schouwingen van zijn fractie. Hij vindt dat de heer De Vos dat heel leuk heeft gevonden en er heel leuk gebruik van heeft gemaakt. Waar het in feite om gaat, is dat het huidige college indertijd bij aan treden afspraken heeft gemaakt dat de hondenbelasting niet zou wor den verhoogd. Vervolgens worden jaar-in-jaar-uit wel de andere hef fingen verhoogd, maar de hondenbelasting wordt ongemoeid gelaten. Dit vindt zijn fractie onjuist en dat is de reden, waarom in de be schouwingen de hondenbelasting staat genoemd. Voorts is hij van mening dat het college te vaak geen duidelijk ant woord geeft op door zijn fractie gestelde vragen. Vaak worden er ar gumenten gebruikt, die er helemaal niets mee te maken hebben, zoals bijvoorbeeld dat een brandweerauto is afgeschreven, hetgeen zijns inziens geen reden is om een nieuwe te kopen. Wat zijn fractie ook

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1993 | | pagina 328