15 Algemene beschouwingen en vragen van raadslid W. van de Merbel bij de gemeentebegrotingen voor het dienstjaar 1994 blad 8 920 De primitieve begroting over 1994 sluit met een tekort ad f 31.653,en uit de voorlopige meerjarenbegroting blijkt dat dit tekort over 1994 - ondanks belastingverho gingen - zelfs nog oploopt tot f 182.700, Dit forse tekort in de eigen begroting geeft het college echter kennelijk geen aanleiding om veel terughoudendheid te betrachten aan de uitgavenkant van die begroting. Het college kiest voor de gemakkelijkste weg om haar niet sluitende begroting rond te krijgen: belastingverhoging Kredieten worden zonder blikken of blozen overschreden en allerlei externe bureaus worden rijk aan onze gemeente. Subsidies aan verenigingen en instellingen worden zonder noodzaak verhoogd. De privatisering van de sportterreinen wordt niet doorgezet omdat de meeste verenigingen aan de gemeente (subsidiegever!) geen inzicht willen verschaffen in hun financiële positie Dat ligt hier wel even anders dan bij mensen die aangewezen zijn op een bijstandsuitke ring of die een subsidie voor muziekonderwijs aanvragen. De belangen van groepen wegen blijkbaar veel zwaarder dan het individueel belang van de burgers die via hun belas tingaanslag wel voor dit beleid de rekening gaan betalen. Mijn fraktie is van mening, dat ook de gemeente de tering naar de nering moet zetten en alsnog rekening moet houden met de gevolgen van belastingverhogingen voor de burgers. Een andere reden om zeer kritisch naar belastingverhoging te kijken is gelegen in het feit, dat de gemeenterekening telkenjare een aanzienlijk overschot laat zien. Zo was er in de jaren 1990, 1991 en 1992 een overschot van respec tievelijk f 563.977,f 508.870,en f 316.378, Ook in de genoemde jaren werd er in de begroting rekening gehouden met een tekort en op basis daarvan werden er dan voorstellen gedaan om de belastingen dus maar te verhogen om zodoende het geraamde tekort te verminderen. Achteraf blijkt echter steeds weer dat de opgelegde extra belastingen feitelijk alleen maar dienen om hoge reserves te kweken waarmee dan vervolgens weer nieuwe zaken worden gefinancierd die eerder nog niet in beeld waren. Spaarzaamheid moge op zichzelf een deugd zijn maar als je vandaag dorst hebt moet je niet al je appeltjes persé tot morgen willen bewaren. En als je mand vol is dan moet je niet verder gaan met plukken. Slotwoord. Aan het eind van deze schriftelijke beschouwingen wil ik niet nalaten mijn respect te betuigen aan alle ambtelijke medewerkers die in de binnen— en buitendienst onder vaak moeilijke omstandigheden hun werkzaamheden met veel inzet zijn blijven verrichten. Zij kunnen zich verzekerd weten van een blijvende waardering en steun van mijn fraktie. Aan de leden van het college en aan de collega-raadsleden wil ik tenslotte nog de navolgende uitspraak voorleggen: Het gelijk van de meerderheid is het ongelijk van de democratie1111

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1993 | | pagina 253