17
worden in de tijd tussen sloop en aanvang bouwwerkzaamheden.
Een afzetting is misschien een oplossing die ervoor zorgdraagt dat de
boel een beetje netjes blijft.
De heer Van de Merbel merkt op dat in het voorstel staat dat er in de
commissie R.O.M. met de raad is gesproken. Dat is een onjuiste voor
stelling van zaken. De commissie R.O.M. is iets anders dan de raad en
is zoals bekend wordt verondersteld niet representatief voor de raad.
Hoewel hij bij dit voorstel geen behoorlijke specificatie heeft
aangetroffen van de geraamde kosten wil hij akkoord gaan met het
gevraagd krediet omdat hij vindt dat de beoogde bouw van wellicht
bejaardenwoningen op die plek best wel met wat voortvarendheid ter
hand mag worden genomen. Tegen het beschikbaar stellen van het krediet
heeft hij dus geen bezwaar maar wel onder de voorwaarde dat niet het
college maar de raad beslist over de gunning van dit werk.
De heer Van der Spek merkt op dat in de raadsportefeuille inderdaad
maar een hele globale raming van de kosten ter inzage ligt. Hem is
opgevallen dat de kosten van sanering (f. 90.000,00) f. 30.000,00 te
verhalen zijn. Toch vraagt het college een krediet van f. 140.000,00.
Wanneer het college van mening is dat zij f. 30.000,00 terug kan
krijgen had zij een krediet van f. 110.000,00 moeten vragen.
In ieder geval zou het college de toezegging moeten doen dat zij haar
uiterste best doet om die f. 30.000,00 terug te halen.
De heer Bienefelt zegt dat het financieel een tegenvaller is als je
voor de sanering zo'n behoorlijk bedrag moet uittrekken. Het CDA denkt
dat daar geen andere keuze mogelijk is en het blijft een typisch
voorbeeld van een stukje dorpsvernieuwing. In de commissie R.O.M. is
er vanuit dat oogpunt ook naar gekeken. Met name de invulling en het
aanzicht van de te bouwen woningen moest wat specifieker aansluiten
bij de omgeving van de Korte Kerkstraat.
Overigens wil hij er nog op wijzen dat de gemeente wel folders finan
ciert van de VW waarin schitterende dorpsgezichten staan opgenomen
uit de omliggende gemeenten doch Fijnaart wordt zelden vermeld. Het is
dus een goede zaak wanneer ook de gemeente Fijnaart streeft naar
fraaie dorpsgezichten.
De heer Van der Werf merkt op dat voor de betreffende woningen vroeger
een sloot lag waarin alles werd gedumpt wat niet mocht. Niet alleen
van de zijde van de burgers doch zeker ook van de zijde van de gemeen
te. Hij is dan ook van mening dat daar bij de sloop nog van alles
tegengekomen kan worden.
De voorzitter concludeert dat de P.v.d.A. kan instemmen met de sloop.
De heer van de Merbel merkt op dat in de eerste zin van het voorstel
gelezen kan worden dat de raad met de commissie heeft gesproken doch
dat dat niet zo is. Dat is correct. Ook hij kan akkoord gaan met het
krediet onder de voorwaarde dat de raad de prijsaanbiedingen beoor
deelt en niet het college.
De voorzitter zal daar straks de andere fracties in de raad over
raadplegen doch denkt dat er niets mis is wanneer het college dat wel
zelf doet.
Ten aanzien van de opmerking van de heer Van der Spek zegt de voorzit
ter dat die f. 30.000,00 voorgefinancierd moet worden vandaar dat een
krediet wordt gevraagd van f. 140.000,00. Later komt dan van de andere
partij die f. 30.000,00 terug naar de gemeente.
De heer Van der Spek vraagt bij interruptie of het zeker is dat die
f.30.000,00 terug komt bij de gemeente.