07Voorstel tot vaststelling van een voorberedingsbesluit voor het perceel Kraaiendijk 17a te Heijningen. De heer van de Merbel kan weliswaar met het collegevoorstel akkoord gaan maar wil wel enkele kanttekeningen plaatsen. Het college spreekt in haar voorstel over een verouderde inhoudsnorm die in het huidige bestemmingsplan zou bestaan. Waarom is de nieuwe norm, die 500 m3 zou moeten zijn, niet meegenomen toen onlangs het plan Buitengebied is herzien. Kan de nieuwe norm nu ook niet meteen van toepassing worden verklaard voor het hele Buitengebied en niet alleen voor dat ene stukje waar de heer Mastenbroek wil uitbreiden. Dat is voor anderen wellicht nog een besparing in de provinciale leges. Wat hem eigenlijk voor ogen staat is dat er voor iedereen gelijke kansen geboden worden. Overigens miste hij bij het inzien van de stukken het bouwplan zelf. In verband daarmee zou hij graag weten wanneer dat bouwplan feitelijk is ingediend. Die vraag houdt dan weer verband met bepaalde termijnen waarbinnen raadsleden al dan niet kunnen laten weten of zij het al dan niet op prijs stellen of de raad daarin beslist. De voorzitter zegt helaas het antwoord op de vraag wanneer de bouwaanvragJ is ingediend schuldig te moeten blijven. De norm van 500 m3 had misschien wel meegenomen kunnen worden bij de herziening maar dat is niet gebeurd. Bij het kleine postzegelplan Buitengebied aan de Zwingelspaansedijk voor van 't Westende is de gemeente aangelopen tegen de inhoudsmaten van de woning. En dat betekent dat in het bestemmingsplan van de Zwingelspaansedijk een maat is opgenomen van 500 m3Het college heeft gemeend die maat door te moeten trekken in de richting van de heer Mastenbroek. Die norm is dus al eens eerder gebruikt. De heer van de Merbel vraagt of nu niet gelijktijdig besloten kan worden die norm voor het hele Buitenebied van toepassing te verklaren. De voorzitter zegt dat daar een aparte procedure voor gevolgd moet worden. Er kan nu niet een voorbereidingsbesluit genomen worden voor het gehele Buitengebied. Daar dient ook overleg over te worden gepleegd met de provincie De heer van de Merbel vraagt of over de onderhavige aanvraag al vooroverleg is gepleegd met de provincie. Is het college nu zij dit voorstel nu zo brengt, zelf voornemens om de^ norm van 500 m3 in alle gevallen aan te houden. 1 De voorzitter zegt dat per geval getoetst zal worden wat de mogelijkheden zijn. De heer van de Merbel zegt dat dat per geval toetsen hem een beetje een onbevredigend gevoel geeft. Er zou één lijn getrokken moeten worden. Wanneer het college zegt dat de norm die nu geldt verouderd is, en die norm zou eigenlijk 500 m3 moeten zijn, dan zou het college dat uit moet spreken, binnen de beperkingen die zij heeft natuurlijk, maar het college zou de uitspraak kunnen doen alle gevallen zo aan de provincie voor te zullen leggen. Het college kan altijd op grond van het bestemmingsplan ook weigeren. Kortom de heer van de Merbel zou graag de toezegging krijgen dat in alle gevallen de norm positief in overweging wordt genomen. De voorzitter zegt dat het te ver gaat om vanavond een dergelijke toezegging te doen omdat de draagwijdte en reikwijdte om dit moment niet te overzien is. Fijnaart heeft een enorm groot buitengebied. Maar elke voorkomende aanvraag zal bekeken worden, die toezegging wil zij wel doen. De heer van der Spek zegt graag in de notulen vermeld te willen zien dat ook de V.V.D.-fractie vanwege de rechtsgelijkheid, in toekomstige gevallen de norm van 500 m3wil aanhouden. Voor de V.V.D. behoeft op dit moment geen toezegging gedaan te worden maar zij staan deze norm wel voor. De voorzitter zegt dit overeenkomstig toe.

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1993 | | pagina 210