-5- kleintjes die betalen daar aan mee. Hij denkt niet dat de gemeente op die manier daar in mee moet gaan. Als de heer Bienefelt het heeft over de gemeentelijke herindeling vindt de heer van der Spek dat die herindeling geen enkele rol speelt bij de milieudienst. Wanneer de gemeente wordt heringedeeld dan heeft de gemeente misschien 20.000 inwoners en dan is dat nog altijd te weinig om een eigen milieudienst te hebben. Dus we blijven aangewezen op een streekmilieudienstAls het dan zo is dat het Streekgewest en het Stadsgewest fuseren dan lijkt het hem in dit stadium veel interessanter om met het Streekgewest en Bergen op Zoom en Roosendaal ook eens naar Breda te kijken. Dan doen we een stap in de richting waar we straks terecht denken te komen. Hij denkt dat daar een tussenfase mee kan worden overgeslagen en dit ook een besparing kan opleveren. De heer Bienefelt denkt dat het meeste is gezegd v.w.b. de voor- en nadelen. Wat toch naar zijn gevoel een duidelijk punt is in de discussie is dat er stukje verdeel- en heerspolitiek tussen de twee duosteden wordt gebezigd. Op zich heeft hij daar geen moeite mee maar dat dient niet gefinancierd te worden door de kleinere broertjes en zusjes in de streek Wanneer de voorzitter zegt dat eenduidigheid in de uitvoering belangrijk is dan hebben we over twee jaar weer een probleem want wanneer die fusie een feit wordt dan dient er weer gestreefd te worden naar eenduidigheid. Het zal altijd een beetje betrekkelijk blijven. De kern van de zaak is dat de doelmatigheid door deze manoeuvre in het geheel niet wordt bewezen. Er wordt ook op geen enkele manier aangegeven dat het echt goedkoper wordt. Het CDA vindt gewoon dat dat niet moet gebeuren. Indien die twee grote steden een andere mening zijn toegedaan dan moeten zij de lasten daarvan zelf dragen. In de richting van de heer van der Spek zegt hij dat een aantal kleinere gemeenten daar toch op een andere manier in acteren. Dan zie je dat er een paar coördinatoren zijn in gemeenten en dat de rest wordt uitbesteed aan private ondernemingen. Er zijn dus vele modellen waaruit gekozen kan worden en het CDA zegt, waar het zoveel moet kosten, neen tegen dit voorstel. De heer van de Merbel zegt duidelijk wel ja tegen dit voorstel. Dit neemt overigens niet weg dat toch al een aantal kritische kanttekeningen zijn gemaakt die hij nogmaals wil onderstepen. Huisvesting van die dienst nu in Fijnaart is niet aan de orde. Dat is duidelijk. Terecht voert de voorzitter aan dat kantoren in de buurt van spoorwegen gesitueerd worden. Misschien krijgt de gemeente Fijnaart nog wel eens een spoor alhoewel dat toch zeker niet het spoor is dat de heer van de Merbel begeert. Misschien kan de suggestie die door hem werd gedaan toch wel worden overgenomen door het Streekgewest want de gemeente Oudenbosch ligt wel aan het spoor. In dat opzicht zou er dus wel wat meer spreiding in het gewest mogelijk zijn. Dat punt zou toch nog wel een keer gerealiseerd kunnen worden. Dat er nu pas op de plaats gemaakt moet worden omdat we straks misschien te maken krijgen met een groot gewest, is geen goed argument. Ook wanneer straks streekgewest en stadsgewest bij elkaar komen is het nog maar de vraag of er dan ook sprake moet zijn van een milieudienst die over dat grote gebied zijn aandacht en diensten moet verdelen. Dat wordt een wat te log lichaam. De grens voor efficiënt werken is al bereikt wanneer dat beperkt blijft tot de omvang het streekgewest. Hij brengt in herinnering het grote politiegewestPas heeft hij gelezen dat dat ook te groot blijkt te zijn. In de praktijk werkt dat ook niet. Het is verstandig daar nu niet op te wachten. Wanneer we allemaal willen dat milieuregels gehandhaafd worden door de degenen die daartoe gehouden zijn, dan is het goed dat er een goed ingerichte en efficiënt werkende

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1993 | | pagina 207