-4-
De heer Van de Merbel zegt dat er een brief van het jongerenwerk is
binnengenoraenwaarvan de voorzitter zegt dat deze brief hier niet
bediscussieerd kan worden. Hij gaat nu iets beter begrijpen, waarom deze
brief er in de vorige raadsvergadering niet op stond. Nu de brief er uit
eindelijk wèl op staat, vraagt hij zich af wat voor zin het heeft die
brief in de raad te brengen.
De Voorzitter zegt dat de brief niet in de raad gebracht wordt. Er wordt
een voorstel gedaan aan de raad om de brief in handen te stellen van het
college van burgemeester en wethouders. Op de vraag van de heer Van den
Baard om de financiële aspecten mee te nemen, zal zodadelijk wethouder
Nijhoff reageren.
De heer Van de Merbel zegt dat om te voorkomen dat men weer in een verve
lende situatie terecht gaat komen, waarbij mensen het woord wordt ontnomen
- hij was daar vanavond niet voor van huis gegaan - het hem het beste
lijkt dat hij nu duidelijk stelt, dat hij met dit voorstel niet accoord
gaat. Hij wenst hier op een volkomen normale wijze - zeer gebruikelijk in
deze vergadering, sinds jaren her - over de brief een paar opmerkingen te
kunnen maken en wanneer dat nu niet kan, dan had deze week in de commis
sie Bestuurlijke Aangelegenheden gezegd moeten worden, dat het voortaan
anders gedaan gaat worden. Dat is niet gebeurd. Nu ineens wordt er ter
vergadering met een nieuwe eigen interpretatie gekomen van de manier waar
op gewerkt moet gaan worden. Hij maakt daar zeer ernstig bezwaar tegen en
hij doet een beroep op alle collega's, die zichzelf respecteren, om hier
ook geen genoegen mee te nemen.
De Voorzitter recapituleert, dat de heer Van de Merbel heeft gevraagd de
brief wel ter discussie te stellen. Het voorstel van het college is en
blijft - na overleg met de portefeuillehouder - zoals het neergeschreven
staat. Zij brengt hierop het voorstel van de heer Van de Merbel in
stemming
Hierop merkt de heer De Vos op dat een voorstel eerst dan in stemming kan
worden gebracht als het voldoende wordt gesteund.
Hierop vraagt de Voorzitter of het voorstel van de heer Van de Merbel vol
doende wordt ondersteund.
De heer Van de Merbel zegt dat zij dit aan de raad moet vragen, waarop de
Voorzitterzegtdat het mogelijk is dat hij vooraf met leden van de raad
hierover contact gehad heeft.
De heer Van de Merbel merkt op dat hij voor een volkomen nieuw feit ge
steld wordt, dat hij vooraf niet heeft kunnen voorzien, dus kon hij vooraf
ook geen overleg hebben gehad. Dat lijkt hem nogal duidelijk.
De Voorzitter vraagt hierop de raad of het voorstel van de heer Van de
Merbel voldoende wordt ondersteund.
Het voorstel van de heer Van de Merbel wordt niet ondersteund vanuit de
raad
Met betrekking tot de opmerking van de heer Van den Baard zegt Wethouder
Nijhoff dat de brief in zijn totaliteit wordt meegenomen, dus ook de fi
nanciële kant van de zaak.
Met betrekking tot ingekomen stuk nummer 10 deelt de Voorzitter mede, dat
hiervoor dezelfde procedure geldt: het gaat om datgene wat er staat.
Mevrouw Oostdijck zegt dat de C.D.A.-fractie het fijn zou vinden wanneer
het college er de nodige aandacht aan geeft en de tijdsduur daarbij be
waakt met name omdat Oranjevaan voor woningbouw uit zijn gebouw moest. Dat
is kort maar krachtig, aldus spreekster.
De heer Van de Merbel merkt met betrekking tot de inschakelijk van een ex
tern bureau kort maar krachtig op: "alweer een extern bureau". Een extern
bureau kost volgens spreker intern geld.
Om met het laatste te beginnen, merkt Wethouder Nijhoff op, dat men een
objectief en deskundig advies wenst en dat dat dan toevallig van een ex
tern bureau is, kan wel zo wezen, maar daar heeft het college voor gekozen
en dat kost inderdaad geld.