-36-
De voorzitter heropent na schorsing de vergadering en geeft het woord aan
wethouder Nijhoff.
Wethouder Nijhoff wil in grote lijnen het collegevoorstel nog eens onder
de aandacht brengen. Dit betekent niet dat hij dat voorstel helemaal gaat
doornemen. Wat bij het open overleg op 3 juni aanstaande overeind kan
worden gehouden is het voorstel zoals het nu ter tafel ligt. Daarbij wil
het college de minderheidsstandpunten van de V.V.D. en de fractie van de
Merbel meenemen en ook verwoorden bij Gedeputeerde Staten. Het standpunt
van de meerderheid van de raad zal hij echter benadrukken bij G.S.. Dit
betekent dat niet zondermeer alle opties zoals die door de V.V.D. zijn
genoemd gevolgd zullen worden. Het is zo dat in de procedure binnen het
stadsgewest Breda, de gemeente Klundert bij een hoorzitting aanwezig is
geweest van een commissie van provinciale staten, dus niet bij G.S.. Zij
hebben daar ingesproken. Dat hebben meerdere gemeenten gedaan. Die
commissie gaat daar mee aan de slag en gaat inspreken bij G.S. en dan komt
er uiteindelijk een definitief voorstel.
Wat gaat nu de gemeente Fijnaart doen met deelgebied 7. Op 3 juni is er
een eerste open overleg met G.S. Dat betekent dat de colleges van de raden
uit het Streekgewest zijn uitgenodigd. Het college hoort nu de raad c.q.
de visie van de raad. Hij heeft reeds beloofd dat die visie wordt
meegenomen.
In het najaar zal de procedure zoals die wordt gevolgd voor gebied 6, voor
gebied 7 gevolgd gaan worden. Op dat moment komt G.S. met een voorstel
voor ons deelgebied en daarop zal wederom ingesproken kunnen worden. Op
dat moment hebben we dus een stuk voorliggen waarop ingesproken kan
worden. Dus ook de raad van onze gemeente kan dan zijn visie geven.
Het college heeft dus nu de raad gehoord en weet de standpunten van de
diverse fracties en kent de verhoudingen binnen de raad. Dat zal het
college meenemen naar het open overleg op 3 juni aanstaande.
De heer Van de Merbel heeft nog een aantal argumenten uit het verleden
genoemd. Ondertussen zijn er natuurlijk wel otwikkelingen geweest. Ook
Gastel heeft zijn eigen visie nog een keer gegeven. Dinteloord heeft zijn
visie gegeven. Dat is ook via de kranten bekend gemaakt.
Gaandeweg zijn er dus sinds 1991 toch een aantal dingen gebeurd. Het lijkt
de wethouder dat de heer Van de Merbel reeds een beetje op de
verkiezingstoer is wanneer hij Heijningen in beeld brengt. De heer Nijhoff
vindt dit een beetje sluw, slim kan hij dit niet noemen. Het is zo dat
Heijningen wel degelijk vertegenwoordigd is in de gemeenteraad van
Fijnaart en Heijningen. Mevrouw Oostdijck en de heer Breure zijn beiden
nog woonachtig in Heijningen.
Bij interruptie merkt de heer Van de Merbel op dat zijn
verkiezingscampagne begonnen is in maart 1990. Je moet voortdurend voor je
kiezers in de weer zijn aldus de heer Van de Merbel.
Wethouder Nijhoff wenst hier verder niet op in te gaan.
Het is beslist niet zo dat het college zo arrogant is geweest in zijn
voorstel dat bepaalde zaken niet zijn meegenomen. In het voorstel is
duidelijk verwoord wat de meerderheid van de raad wenst.
Afrondend komt de wethouder tot de conclusie dat de fractie
Gemeentebelangen, de P.v.d.A. en het CDA het voorstel van het college
steunen. Hij is zelf ook van mening dat het een goed voorstel is dat
overeind gehouden moet worden met de kanttekening dat de
minderheidsstandpunten bij het open overleg op 3 juni ook zullen worden
verwoord