-35-
Wanneer het college in het schriftelijk voorstel zijn eerdere inbreng en
trouwens ook die van de WD-fractie totaal negeert en ook niet tracht te
weerleggen dan vindt hij dat getuigen van een grote arrogantie.
Op 18 maart heeft hij ervoor gepleit dat het college de bevolking zou
voorlichten over deze plannen en de burgers in een of andere vorm zou
raadplegen. Hij heeft toen met name aandacht gevraagd voor de mensen in
Heijningen. Vooral nu men het in Heijningen jammer genoeg moet stellen
zonder een eigen vertegenwoordiging in de gemeenteraad leek het hem extra
belangrijk dat men vooral daar de kans zou krijgen om op een of andere
manier mee te praten over de gevolgen van de herindeling voor hun
toekomstige woonomgeving. Hij weet niet of het college op 18 maart naar
hem heeft geluisterd. In ieder geval heeft het college daar niets mee
gedaan.
De klacht van veel Heijningers, dat men zich door de Fendertse politiek in
de steek gelaten voelt, is zeker niet zonder grond te achten. Wanneer het
college op 3 juni aanstaande in Den Bosch met het provinciaal bestuur over
de herindeling gaat spreken dan zal het college dat doen op grond van het
onderhavige raadsvoorstel. Ongetwijfeld zal het college zich binnenskamers
al verzekerd hebben van de steun van beide collegepartijen. Vanavond heeft
de heer Van de Merbel daar reeds de bevestiging van gekregen dat dat ook
zo is. Op zichzelf is dat ook niet zo vreemd. Alleen blijft hij het
binnenskamers gebeuren een beetje vreemd vinden. Uit een oogpunt van
democratie meent hij dat het college in de bespreking met het
provinciebestuur ook melding moet maken van de in deze raad bestaande
minderheidsstandpunten. Hij wil dan ook graag van het college vernemen of
dit bereid is ook het standpunt van zijn fractie op 3 juni aanstaande ter
kennis te brengen van Gedeputeerde Staten.
De heer De Vos wil vervolgens nog even iets recht zetten. Door collega van
de Merbel wordt nu de indruk gewekt dat de fractie van het CDA en van de
P.v.d.A. dit voorstel in elkaar gedraaid zouden hebben. Dat is absoluut
niet zo. Dit is een voorstel dat is geredigeerd door het college.
Uiteraard is er regelmatig kontakt tussen de fracties en de wethouders.
Dat is een normale zaak. De heer Van de Merbel weet dat uit ervaring.
Echter wil de heer De Vos benadrukt zien dat ook hij pas kennis heeft
genomen van de inhoud van dit voorstel op het moment dat het hem werd
thuisbezorgd.
De voorzitter wil daar graag als voorzitter van het college van
burgemeester en wethouders op reageren. Wat de heer De Vos zegt is
correct. De wethouders worden door de gemeenteraad gekozen omdat dat hun
vertrouwensmannen zijn in het college van B. en W. en die vormen het
dagelijks bestuur van de gemeente. En zoals in elke gemeente in Nederland
komen raadsvoorstellen eerst in het college van B. en W. aan de orde
alvorens ze ook naar de coalitiepartijen gaan. Natuurlijk brengt de
wethouder binnen het college de visie van zijn fractie in, dat is vrij
normaal. Dit rechtvaardigt echter niet een reactie zoals zojuist door de
heer Van de Merbel werd gegeven.
Men heeft nu allemaal in tweede termijn gesproken en zij gaat over tot
schorsing van de vergadering opdat het college in de gelegenheid is zich
even te beraden over hetgeen tot nu toe is gezegd.
Hetgeen ze in het begin van de avond heeft aangekondigd dat ze met de
fractievoorzitters nog zou praten over hetgeen de heer Van de Merbel aan
het begin van de avond naar voren bracht wil zij maar even laten zitten.
De heer Van der Spek heeft vannacht nog andere dingen gereed te maken en
het zal al wel na twaalven zijn voor men de deur uit kan.
De heer De Vos merkt op dat het ondanks de mededeling van de voorzitter
toch verstandig is om met de fractievoorzitters bij elkaar te komen.