-16-
Kortom, de heer van de Merbel denkt dat het niet zorgvuldig is en ook niet
voorzichtig wanneer nu op deze manier weer een stuk van gemeentewerken wordt
afgestoten zonder precies te weten welke kant de gemeente met die dienst op
wil
De wethouder heeft tevens geantwoord op de vraag van raadslid de Vos over de
zinsnede waarbij een voorbehoud wordt gemaakt bij eventuele ministeriele
maatregelen. De wethouder doet dat een beetje af met de opmerking dat dat de
gebruikelijke clausule is. Dat zal best. Maar de gemeente kan er wel degelijk
mee te maken gaan krijgen. We weten allemaal dat het probleem van de
navordering nog niet uit de wereld is. Het kan best zo zijn dat deze offerte
gehandhaafd blijft maar dan zal de gemeente misschien toch op een andere
manier, en misschien wel op een ander hoofdstuk van de gemeentebegroting,
straks toch moeten bijdragen aan het werkvoorzieningsschap wanneer die op hun
beurt aangesproken worden voor het terugbetalen van gelden aan het rijk. De
heer van de Merbel heeft daar kennelijk toch meer zorg over dan het college.
Hij wil het college geen zorgen aanspreken maar wil het college toch raden
een en ander nader te overwegen.
In antwoord op de vraag van de heer van der Spek werd tevens door de
wethouder bevestigd dat er vier mensen bij moeten wanneer het werk niet wordt"
uitbesteed. Dat antwoord zou dus een ondersteuning moeten vormen voor het
collegevoorstel. Dat begrijpt de heer van de Merbel best. Maar hij denkt dat
de berekening die daaraan ten grondslag ligt dat die best nog wel wat
discutabel is en dat daar dus in het kader van de door hem gevraagde
discussienota, nog eens nader naar gekeken zou moeten worden. Het ligt niet
zo simpel. Het gaat de heer van de Merbel te ver om daar uitvoerig op in te
gaan maar hij wil wel alvast de kanttekening plaatsen dat het niet zo simpel
is van vier mensen erbij of uitbesteden.
In eerste termijn heeft de heer van de Merbel gezegd dat onder wethouder
Kannekens een ondergrens was bereikt van 10 mensen. Dat was toen de limiet
onder meer vanwege de te hoge overheadkosten e.d. Bovendien werd de werkdruk
steeds zwaarder. Naarmate de ploeg mensen kleiner wordt werkt een ziektegeval
veel harder door dan wanneer je te maken hebt met een grotere ploeg. Dat is
zo logisch als wat. Destijds is gezegd, en de commissie was toen unaniem in
zijn uitspraak, dat de limiet was bereikt. Nu kennelijk niet meer. Dat is
toch ook weer een daad van weinig consequent handelen en van niet voorzichtig
en zorgvuldig omgaan met de dienst gemeentewerken. Hij heeft zo het gevoel
dat wanneer we op deze manier doorgaan, straks wethouder de Jong de
geschiedenis zal ingaan als de man die bij gemeentewerken het licht uitdoet.
Dat zou jammer zijn.
Het spijt de heer van der Spek dat hij moet zeggen dat hij veel voelt voor de
argumenten die de heer van de Merbel naar voren brengt.
De heer van de Merbel zegt dat hij daar echt geen spijt over hoeft te hebben.
De heer van der Spek zegt overigens niet voldoende antwoord te hebben
gekregen van wethouder de Jong. In zijn vraag was namelijk tevens besloten
het volgende. Wanneer het hele karwei wordt uitbesteed, op welke
begrotingspost blijven dan de mensen die in dienst blijven dan drukken. Die
kosten moeten in de vergelijking zichtbaar gemaakt worden. Het is toch niet
de bedoeling van het college dat die mensen worden ontslagen. Gaan die mensen
dan ander werk doen. Daarvan blijkt niets uit het voorstel.
Naar zijn idee is er erg eenvoudig gauw een vergelijking opgezet. Daar moet
beter over nagedacht worden. Daarnaast zijn er, zoals de heer van de Merbel
ook zegt, een heleboel andere factoren die dadelijk van invloed zijn. Dan zou
je later nog wel eens spijt kunnen krijgen van een besluit dat nu even snel
genomen wordt