-11- Ten tweede is het hem niet duidelijk dat wanneer dit allemaal nog zo nieuw is en nog niet zo duidelijk waarom er dan een machtiging wordt gevraagd voor onbepaalde tijd. Hij zou liever gezien hebben wanneer een machtiging werd gevraagd met een beperkte looptijd. Hij denkt dan bijvoorbeeld tot eind 1993. De heer van de Merbel zegt dat het college een machtiging vraagt aan de raad. Hij heeft daar op zichzelf niet zoveel moeite mee maar hij vindt wel dat het college de afspraak met de raad moet maken dat het college de raad telkens direkt schriftelijk informeert wanneer van deze machtiging gebruik wordt gemaakt. Op die manier blijft de raad op de hoogte en op die manier is de raad ook in staat om zijn controlerende functie steeds tijdig uit te voeren. Dat is de voorwaarde die hij aan dit machtigingsbesluit zou willen verbinden. De voorzitter antwoordt dat alle drie de vragenstellers onder meer aangeven graag teruggerapporteerd te krijgen over hetgeen er gebeurt. Zij kan namens het college toezeggen dat dat inderdaad zal gebeuren. De besluiten die op deze zaak betrekking hebben zullen op de gebruikelijke wijze ter inzage worden gelegd. Ten aanzien van de vraag van de heer van der Spek merkt zij het volgende op. Mocht er in de toekomst reden zijn om de machtiging opnieuw ter discussie te stellen dan is de raad mans genoeg om dat aan te kaarten. Het college zou graag de machtiging afgegeven zien zoals die nu gevraagd wordt. Hij vraagt tevens waarom deze machtiging nodig is omdat er een geldstroom komt van het rijk naar de regio. Het is misschien goed om te vermelden dat het geld nu ietwat anders komt dan het volgend jaar zal gaan lopen. Volgend jaar gaat het via de provincie lopen en nu loopt het nog via de centrale directie Volkshuisvesting. Bij de behandeling van de stukken over het streekgewestmet name over de regionale volkshuisvestingscommissie, is de opmerking gemaakt, dat er 3,2 medewerkers van de provinciale directie van de volkshuisvesting eigenlijk meekomen met deze centen om het werk bij het gewest te gaan doen. Binnen het gewest zijn er maar twee rechtstreekse budgethouders en dat zijn de gemeente Roosendaal en de gemeente Bergen op Zoom. De rest is afhankelijk van het streekgewest. Er was ook nog een mogelijkheid geweest om wanneer er een gebied geweest was met minimaal 30.000 inwoners om zelf het budgethouderschap op te eisen. Men heeft daar binnen het gewest geen gebruik van gemaakt. Het is nodig om die machtiging te hebben omdat je de centen toch eigenlijk als gemeente krijgt want ze blijven niet bij het gewest hangen. Het gewest bepaalt namelijk niet hoe de gemeenten de zaken voor wat betreft de gesubsidieerde woningbouw gaan besteden. In het verleden kenden we de zogenaamde contingenten en kon bij de contingentering gezien worden hoeveel woningwetwoningen de gemeente kreeg en hoeveel premie- A-woningen en hoeveel woningen met een eenmalige bijdrage en hoeveel vrije sectorwoningen. Dat kan nu niet meer. Nu kan slechts nog het budget gezien worden en dat bedraagt bij benadering f50000000Dat betekent dat met dat bedrag 16 woningwetwoningen gerealiseerd kunnen worden of een x-aantal premie-a en een x-aantal woningwetwoningen. Dus wat de raad vanavond doet is het college zeggen bekijk hoe je met de partners in deze rond kunt komen om de zaken met elkaar te overleggen en die centen zinvol te besteden. Ten aanzien van de vragenlijsten nieuwbouw en vernieuwbouw zoals u die in het verleden kende zijn er ook wijzigingen opgetreden. In het verleden moesten die behandeld worden in de raad van augustus. Het is de bedoeling dat die nu eigenlijk voor 1 mei behandeld worden. Dit kan binnen commissieverband niet rondkomen.

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1992 | | pagina 66