-3- Daarmee denk ik dat de vragen omtrent dit ingekomen stuk beantwoordt zijn. Naar aanleiding van ingekomen stuk nr. 9, de uitnodiging van het werkvoorzieningsschap Westelijk Noord-Brabant, merkt de heer Evers op dat de jaarrekening 1991 wordt afgesloten met een voordelig saldo van 3-4 miljoen. Kan dit wel bij een sociale werkplaats en zijn zij geen concurrent voor het bedrijfsleven. Wethouder de Jong antwoordt dat dit punt inderdaad tijdens de vergadering van 16 december 1991 aan de orde is geweest. Er is inderdaad sprake van 3-4 miljoen winst. Die bedragen worden verdiend door het schap. Die bedragen komen weer terug ten goede aan het schap zelf. Er is geen concurrentie voor het bedrijfsleven omdat deze bedragen weer ten goede komen aan het schap. Naar aanleiding van ingekomen stuk nr. 10 vraagt de heer Evers of namens de gemeente iemand de studiemiddag heeft bijgewoond betreffende Gemeenten en Natuur en Milieu-educatie op 17 december 1991. De voorzitter zegt dat niemand bij deze bijeenkomst is geweest. Naar aanleiding van ingekomen stuk nr.12 merkt mevrouw Oostdijck op dat wanneer bij de schoolbegeleidingsdienst bezuinigd gaat worden dat er dan eerst in de overhead-kosten gesnoeid moet worden en dat de begeleiding van de kinderen gespaard blijft. Wethouder Nijhoff zegt dat binnen het streekgewest een discussie is gevoerd, een takendiscussie. Wanneer dan naar de taken gekeken wordt blijkt dat het niet mogelijk is taken af te stoten en dan kom je in de fase van bezuinigen. Bezuinigen is altijd het doen van keuzen. Zoals nu wordt voorgesteld dreigt het formatieplaatsen te gaan kosten. Dat is echter ook een keuze. Misschien kunnen de vertegenwoordigers in het streekgewest daar in ieder geval kritisch naar kijken. Op dit moment is niet te bepalen in hoeverre daar mogelijkheden zijn. Mevrouw Oostdiick merkt op dat er bij de schoolbegeleidingsdienst twee aparte gebouwen in gebruik zijn. Is er geen mogelijkheid tot samenvoeging. Dat bespaart al een heleboel. Wethouder Nijhoff denkt dat daar inderdaad mogelijkheden zijn. In ons streekgewest lijkt het er een beetje op dat de twee grote gemeenten elkaar het een en ander toeschuiven of gelijk verdelen, dat daar inderdaad wat hogere kosten in zitten. Het is een goed punt om daar in streekgewestelijk verband eens naar te kijken. Nogmaals, onze vertegenwoordigers zullen dit zeker kritisch volgen. Ten aanzien van punt 13 merkt de heer Evers op dat spoedige uitvoering gewenst is. Het is een levensgevaarlijk bouwsel. De heer van de Merbel wil ook graag een enkele opmerking kwijt aangaande punt 13. Het gaat hier om een bouwval aan de Boerendijk. In oktober is door hem op deze situatie gewezen en het college heeft meteen in november een schrijven doen uitgaan ten einde hier de nodige maatregelen te doen nemen. Afgelopen week echter was daar aan de Boerendijk nog niets aan de situatie veranderd. Hij vraagt zich af of betrokkene eventueel bezwaar heeft ingediend tegen deze aanschrijving. De voorzitter antwoordt dat betrokkene is gemaand en dat door betrokkene werd gezegd dat nooit een aanschrijving was ontvangen. Inmiddels is een tweede schrijven de deur uit, aangetekend met ontvangstbevestiging, en zijn er nieuwe termijnen gesteld. Als die termijn verlopen is dan zullen verdere stappen worden ondernomen. De heer van de Merbel vraagt of in de brief zelf de mogelijkheid van het bezwaar maken is aangegeven. Uit een oogpunt van het wijzen op eikaars rechten en plichten lijkt het hem dat dat in ieder geval in de brief aangegeven had moeten zijn.

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1992 | | pagina 4