De voorzitter zegt dat dat door het college wordt bestreden. Nu wordt overgegaan
tot stemming. De heer van de Merbel heeft de gelegenheid gehad en het college
heeft het recht om de brieven te lezen zoals het college ze gelezen heeft. Het
college heeft de heer Smael kandidaat gesteld en het voorstel blijft overeind.
Dat betekent dat in de vacature burgerlid in de eerste tranche, gekozen dient te
worden tussen de heer van Rossen, lid P.v.d.A. en de heer K.J. Smael, die
verklaard heeft tot de partij van de heer van de Merbel te behoren.
Nadat de voorzitter de heren Laros en de Vos heeft benoemd tot leden van de
stemcommissie wordt overgegaan tot stemming.
Er worden 12 stemmen uitgebracht waarvan 1 blanco en 11 stemmen op de heer van
Rossen. Dit betekent dat de heer van Rossen met algemene stemmen gekozen is tot
lid van de commissie O.C.S.W..
De heer de Vos zegt vervolgens dat nu de heer van Rossen is gekozen tot
burgerlid van de commissie O.C.S.W. er nu in de fractie van de P.v.d.A. een
vacature ontstaat als plaatsvervangend lid. Zoals de voorzitter al zei wordt
daarvoor voorgedragen mevrouw E. Grootenboer. Tevens wil de heer de Vos zichzelf
terugtrekken als lid van de commissie O.C.S.W.. Dat stond ook in het voorstel en
was reeds besproken met de voorzitter. Hij wil dat tijdens de raad nu nog even
formaliseren
De reden hiertoe is dat de heer de Vos nu lid is van bijna elke commissie hier
in de gemeente en dat wordt een beetje teveel. In het gesprek met de voorzitter
was reeds de mogelijkheid geopperd dat het raadslid zou worden teruggetrokken.
De voorzitter bevestigt dit.
Vervolgens merkt zij op dat direkt na het verkiezen van een burgerlid ook een
plaatsvervangend burgerlid gekozen moet worden. In verband hiermede is mevrouw
Grootenboer kandidaat gesteld.
Vervolgens wordt overgegaan tot stemming.
Er worden 12 stemmen uitgebracht waarvan 1 blanco stem en 11 op mevrouw E.
Grootenboer.
Hierdoor is mevrouw Grootenboer gekozen tot plaatsvervangend burgerlid van de
commissie O.C.S.W..
De voorzitter feliciteert vervolgens mevrouw Grootenboer met deze benoeming(en
haar verjaardag) en stelt het tweede gedeelte van het voorstel aan de orde.
Zojuist heeft de heer de Vos ten overstaan van de raad gezegd dat hij zich
terugtrekt als raadslid uit de commissie O.C.S.W..
De voorzitter heeft daarstraks de heer van de Merbel toegezegd dat hij ook voor
dit gedeelte eventueel een kandidaat zou kunnen stellen en dat betekent dus
verkiezing van een raadslid in de commissie O.C.S.W..
Die toezegging wil de voorzitter gestand doen en zij kijkt in de richting van de
heer van de Merbel of hij die kandidatuur wil stellen. Veel keus heeft hij niet
want hij vormt een eenmansfractie.
De heer van de Merbel zegt dat wat voor een ander geldt ook voor hem geldt. Hij
wil graag in alle commissies vertegenwoordigd zijn met zijn fractie maar
nogmaals, via de Koninklijke weg en niet via een al of niet donker
achterdeurtj e
De voorzitter zegt dat de heer van de Merbel hier via de koninklijke weg zit en
hij dus in de gelegenheid is om zichzelf kandidaat te,stellen.
Overigens begrijpt zij dat de heer van de Merbel dat niet wenst te doen.
Dan wordt in stemming gebracht de vervulling van de vacature van raadslid die
door het opzeggen van het lidmaatschap van de heer de Vos ontstaan is in
dezelfde commissie.
