GEMEENTE FIJNAART EN HEIJNINGEN
- 34 -
Antwoord op de Algemene Beschouwingen op de gemeentebegroting 1993 van de
Gemeenteraad van Fijnaart en Heijningen in le termijn.
HOOFDFUNCTIE 0
Algemeen
Vrijwel alle fracties hebben kritiek op de late behandeling van de begroting en
op de voorbereiding in de commissies.
De WD vraagt een steekhoudende verklaring. Wij willen daarop het volgende
zeggen.
1. De WD constateert dat een aantal commissieverslagen was toegezonden dat niet
was goedgekeurd. Zoals bekend, betekent goedgekeurd in dit verband, dat de
betreffende verslagen in een volgende commissievergadering zijn vastgesteld.
Wij kunnen ons niet voorstellen dat de WD echt bedoelt, dat alle commissies,
die bij het begrotingstraject zijn betrokken, vóór toezending van de
verslagen aan de leden van andere commissies en aan de raad eerst nog een
keer moeten vergaderen om de verslagen vast te stellen.
2. Het is inderdaad het streven dat de begroting in oktober wordt behandeld in
de raad, zoals de WD stelt. Dat betekent, dat op diverse afdelingen in
april/mei het voorbereidend werk moet gebeuren. In deze maanden moest
voorrang worden gegeven aan het project Deltaparel en het bouwrijpmaken van
plan Oost. Om uiteenlopende redenen was de druk om deze projecten aan te
pakken groot. Wij rekenen in zo'n geval op enige soepelheid van de raad wat
betreft de termijnen waarbinnen andere zaken kunnen worden afgewerkt.
3. De vertraging in de begrotingsbehandeling bedraagt 5 weken, terwijl bovendien
in die periode nog een "normale" raadsvergadering is gehouden. Dit is o.a.
bereikt door enkele mensen het hun toekomende verlof te onthouden. Als dit
afgezet wordt tegen het belang van de eerder genoemde projecten, mag ons
inziens van een zeer aanvaardbare procedure worden gesproken.
4. In de nieuwe Gemeentewet is vastgelegd, dat de begroting voor 15 november bij
de provincie moet zijn ingediend, zodat met ingang van het komende jaar ook
in soortgelijke omstandigheden prioriteit zal moeten worden gegeven aan het
begrotingswerk.
Wij zullen ons beraden over een procedure, waarbij tegemoet wordt gekomen aan Uw
wensen en tevens wordt voldaan aan de wettelijk voorgeschreven termijn. De
suggesties en opmerkingen van diverse fracties zullen daarbij worden betrokken.
Organisatie en huisvesting
Het CDA stelt, dat het organogram van de nieuwe organisatie tot op dit moment
niet aan de raad is gepresenteerd. Wij attenderen U erop, dat wij bij brief van
12 februari 1992 de raad hebben laten weten, dat het functieboek, waarin de
nieuwe organisatie en de functietyperingen waren vastgelegd (onder meer in een
organogram), ter inzage lag voor de leden van de raad.
Uiteraard zijn wij bereid om in te gaan op het verzoek van het CDA om een
presentatie van de organisatie, inclusief de ruimtelijke invulling te verzorgen.
De ingebruikname van de uitbreiding lijkt ons een goed moment.