-2-
3. Ingekomen stukken en mededelingen.
Aan de hand van de nummers van de ingekomen stukken loopt de voorzitter het
lijstje na.
Naar aanleiding van ingekomen stuk nr. 6, verslag vergadering
werkvoorzieningsschap merkt de heer van de Merbel het volgende op.
In dat soort vergaderingen komen toch zaken van enig belang aan de orde,
uiteraard. Hij zou het op prijs stellen dat het in het vervolg zo geregeld kon
worden dat die stukken ook eerst in de raad besproken werden. Hetzij officieel
op de agenda of net als het geval is met de stukken van het streekgewest
aansluitend aan de raadsvergadering. Het lijkt hem te belangrijk om dat
zondermeer, uitsluitend over te laten aan het college. De raad zou hier zeker in
betrokken moeten worden.
De voorzitter antwoordt dat het college zich over deze vraagstelling zal
beraden.
Naar aanleiding van ingekomen stuk nr. 10 (brieven huurdersvereniging inzake
belastingaanslagen Jan Punthof) vraagt de heer de Vos of het mogelijk is,
alvorens de volgende belastingaanslagen de deur uitgaan, na te gaan of er nog^^
meer van dergelijke gevallen in de gemeente voorkomen. Hij bedoelt dan dat dus^P
de belastingplichtige niet direct de aanslag krijgt toegezonden maar via een
omweg. De argumentatie die het college geeft geeft namelijk aan dat die mensen
in het nadeel zijn bij de mensen die rechtstreeks de aanslagen ontvangen.
De voorzitter zegt dit te zullen natrekken en tevens na te zullen gaan of er
eventueel aan tegemoet gekomen kan worden. Ook dit punt zal binnen het college
besproken gaan worden.
Vervolgens worden de stukken 1 tot en met 10 voor kennisgeving aangenomen.
Naar aanleiding van ingekomen stuk nr. 11, ontheffing Fendertse Hoeve, vraagt de
heer Haverkamp hoe de ervaringen zijn geweest met de Fendertse Hoeve tijdens het
carnaval 1991. De fractie van het CDA heeft zich toen met name positief
uitgelaten richting Fendertse Hoeve.
Hij vraagt zich af hoe de carnaval toen verlopen is want hij heeft daar geen
noemenswaardige geruchten van vernomen.
De voorzitter antwoordt dat carnaval 1991 voor wat betreft de Fendertse Hoeve en
het pleintje voor de Fendertse Hoeve, betrekkelijk rustig verlopen, behoudens
een ruit die is ingeslagen.
Feit blijft echter dat men uitwaaiert over de rest van de straat en men loopt
niet rond met een bordje waarop staat dat ze uit de Fendertse Hoeve komen.
Dat het in 1991 zo rustig is geweest is zeker een gevolg van het overleg dat^P
heeft plaatsgevonden tussen de groepscommandant, de postcommandant en de
Fendertse Hoeve. Tevens is dat een gevolg van het feit dat de politie zeer
frequent en met dubbele kracht gesurveilleerd heeft.
Dus het een is natuurlijk een gevolg van het ander.
De heer Haverkamp wil toch de Fendertse Hoeve een beetje mild gestemd zijn en
stelt voor om bij wijze van proef, de Fendertse Hoeve een tijdelijke verruiming
te geven van het bezoekersaantal voor de komende carnavalsdagen. Daar kunnen
natuurlijk de nodige mitsen en maren in gebracht worden.
Kortom het voorstel van het CDA is dus een tijdelijke verruiming van het
bezoekersaantal toe te staan. Overigens merkt de heer Haverkamp wel op dat de
meningen binnen de fractie ten aanzien hiervan enigszins verdeeld zijn.
De heer de Vos zegt het advies van de politie met veel belangstelling gelezen te
hebben. Daaruit blijkt naar het idee van de Partij van de Arbeid dat men het
niet verantwoord acht om het bezoekersaantal vrij te laten. En de politie zal
toch straks de zaak beheersbaar moeten houden binnen de gemeente. Zij staan dus
niet direct te springen om het bezoekersaantal te verhogen en kunnen zich best
vinden in het voorstel van het college.