-4-
Wat overigens de opmerking van de heer Bienefelt betreft zegt de heer van
de Merbel dat hij sterk is in het oordelen over het feit of iemand in
commissies mag zitten. Hij vindt dat geen goede vergelijking. Waar het om
gaat is dat er reglementen zijn en als je die bij commissies zo stringent
toepast dat je er mensen uitzet dan moet je dat ook van een burgemeester,
ook al is die van je eigen partij, niet goedvinden.
De heer Bienefelt zegt dat het absoluut niet waar is dat het functioneren
van mensen onmogelijk wordt gemaakt. Het door de heer van de Merbel gedane
voorstel kan behandeld worden wanneer er echt niets anders meer te doen
is
De voorzitter sluit vervolgens de discussie over dit punt en stelt vast
dat de notulen, inclusief de wijzigingen van de heer de Vos, van de Merbel
en Bienefelt, zijn vastgesteld en goedgekeurd onder dankzegging aan de
maker.
03Ingekomen stukken en mededelingen.
De heer de Vos heeft naar aanleiding van ingekomen stuk nr. 4 (Besluit van
Gedeputeerde Staten van 27 augustus 1992 houdende goedkeuring van het
raadsbesluit van 16 juli 1992 tot 2e wijziging van de Algemene'
Plaatselijke Verordening) een vraag. In het schrijven stond dat het
besluit was goedgekeurd door G.S. en tevens dat het besluit gedurende 3
maanden ter inzage zou liggen voor belangstellenden en eventueel tegen
kostprijs verkrijgbaar zou zijn.
Nu betreft het hier een wijziging van de A.P.V.. Is het niet zo dat die
A.P.V. ten alle tijde voor de burgers ter inzage ligt.
De voorzitter antwoordt dat de heer de Vos 2 zaken dient te onderscheiden.
Die drie maanden ter visie ligging is een procedurele regel. Maar iedereen
heeft natuurlijk het recht om de A.P.V. in te zien ten alle tijde.
Formeel dient die drie maanden aangehouden te worden. Na die periode ligt
dat natuurlijk ook nog voor eenieder ter inzage.
De ingekomen stukken nrs1 t/m 7 worden vervolgens voor kennisgeving
aangenomen.
Naar aanleiding van ingekomen stuk nr. 8 (Schrijven van Coöperatieve
Boerenleenbank B.A. van 11 september 1992, houdende een reactie op de
plannen tot herziening bestemmingsplan Buitengebied.) vraagt de heer Evers
het college om na te gaan of het Buitengebied direkt verbonden aan de
bebouwde kom een andere bestemming kan krijgen dan het bestemmingsplan'
Buitengebied. Als op een gegeven moment iemand in dat grensgebied tussen
kom en buitengebied een bio-industrie wenst op te starten dan zal de hele
bebouwde kom van Fijnaart daar van meegenieten. Om dat naar de toekomst
toe te voorkomen wil de heer Evers dat graag vastgelegd zien in het
bestemmingsplan.
De heer Bienefelt merkt op dat mede door dit schrijven geconstateerd kan
worden dat een aantal bedrijven zich zorgen maakt over de situatie die
gecreëerd is nadat er een procedure is opgestart voor het buitengebied.
Het CDA heeft zich daar ook zorgen over gemaakt en heeft deze zorg ook
uitgesproken tijdens de commissiebehandeling op 1 oktober jongstleden.
Inmiddels heeft hij het verslag van de commissie ROM van die datum
ontvangen en hij heeft moeten constateren dat die opmerkingen daarin niet
meer zijn terug te vinden.
Dat vindt hij een vervelende zaak. Men denkt een bijdrage te leveren aan
de discussie omtrent zo'n stuk. Het kwam hem een beetje over dat de
voorzitter die zaken die haar niet aanstaan uit de notulen haalt. Dat
vindt het CDA in die mate erg dat zij zich afvragen of het nog zin heeft
om aan die discusses mee te doen.