-11- zou het college die informatie aan de organisaties door kunnen geven die de heer de Vos zojuist noemde. De heer van der Spek zegt dat als de heer de Vos had opgelet tijdens de Prinsjesdag, hij had kunnen horen dat de Emancipatieraad werd opgeheven. Nu gaat de gemeente Fijnaart beginnen met emancipatiesubsidies op te zetten. Dat staat haaks op elkaar. Heeft het college daar een verklaring voor. Wethouder Nijhoff zegt dat er nu niet iets nieuws wordt opgestart. Deze emancipatie-activiteiten lopen al vanaf 1980. Toen is de regeling eigenlijk al van de grond gekomen alleen hebben er nooit aanpassingen plaatsgevonden. Dat is nu wel het geval. Hij durft ook te stellen dat de verschillen inmiddels kleiner zijn dan in de jaren 80 maar of ze helemaal opgeheven zijn dat valt nog te betwijfelen. Er zit natuurlijk ook nog een stukje verleden. De gemeente subsidieert een aantal vrouwenorganisaties op basis van deze regeling. Als deze regeling zou worden opgeheven zou dat tevens betekenen dat de subsidies aan de vrouwenorganisties zouden worden stopgezet. Getracht is de regeling zodanig te wijzigen dat die is aangepast aan deze tijd. De heer de Vos maakt terecht de opmerkingen dat we ons toch teveel gericht hebben op de vrouwenorganisaties. Dat is dus ook rechtstreeks een gevolg vanuit het verleden. In het kader van de voorlichting lijkt het de wethouder juist dat dat in een breder kader wordt geplaatst. De heer van de Werf merkt op dat bij de emancipatie-activiteiten de mannen buiten beschouwing worden gelaten. Hij wil er op aandringen om bij nieuwe verzoeken om cursussen in de toekomst niet direkt die mannen buiten de deur te sluiten. Wethouder Nijhoff dacht dat dit een bepaalde groep mannen was en die krijgen subsidie via het ouderenbeleid. Overigens is het niet slecht om mannen erbij te betrekken. Vervolgens wordt zonder verdere beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van het college besloten vast te stellen de "Verordening inzake de subsidiering van Emancipatie activiteiten in de gemeente Fijnaart en Heijningen". Tevens wordt besloten tot wijziging van "Het uitvoeringsbesluit, behorende bij de Algemene Verordening Specifiek Welzijn". 10. Voorstel tot vaststelling van de Verordening inzake de subsidiering van Peuterspeelzalen in de gemeente Fijnaart en Heijningen. De heer van de Merbel merkt op dat wanneer de raad het collegevoorstel aanneemt dat dat dan betekent een principiële verbetering ten opzichte van de huidige situatie. De nu voorgestelde verdelingsmethode houdt rekening met het aantal kinderen en dat lijkt hem een rechtvaardige zaak. Ook de toekenning van een vast basisbedrag vindt hij op zivchzelf best redelijk.Hoewel hij akkoord gaat met een nieuwe berekeningswijze vindt hij de uitkomst toch niet helemaal bevredigend. De Peuterspeelzaal in Fijnaart telt momenteel ruim vier maal zoveel kinderen als in Heijningen. In Fijnaart 66, in Heijningen 15. Die verhouding is nog onvoldoende terug te vinden in de verdeling van het subsidie. Aan dit bezwaar zou nog iets gedaan kunnen worden door een verlaging van het basisbedrag en een daarmee corresponderende verhoging van het bedrag per kind. Daar is de heer van de Merbel wel voor. Wanneer de raad vandaag toch de door het college genoemde bedragen overneemt, dan wil hij nog pleiten voor een eerdere ingangsdatum van de nieuwe regeling. Het college stelt voor om de nieuwe verdeling te laten ingaan op 1 januari 1993. Bekend is dat er reeds in 1990 gesproken is over een wijziging van de regeling. De heer van de Merbel gaat niet terug naar 1991 maar wil pleiten voor ingangsdatum januari 1992.

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1992 | | pagina 135