-9- op zo'n ontvangstbriefje vast. In de voorlichting zal ook meegenomen moeten worden dat bouwplannen die niet volgens standdaardnormen worden van ingediend in vooroverleg met de welstandscommissie worden gebracht. Die periode van vooroverleg ligt namelijk niet vast. Als de welstandscommissie straks gedwongen gaat worden om binnen zes weken te antwoorden zal het antwoord makkelijker nee zijn dan ja. Dus om dat risico wat te beperken dient ook dat in de voorlichting naar voren te worden gebracht. Het college kan dus niet zelf bepalen wanneer die drie maanden beginnen want dat ligt vast en dat is op het moment dat de stukken hier op het gemeentehuis worden aangeleverd. Uiteraard is het in de bouwwereld zo dat grotere plannen zowel met brandweer, bouw- en woningtoezicht, welstand etc. besproken worden in een vooroverleg. Dat zal bij andere plannen nu ook veel meer moeten dan in het verleden het geval was. De voorzitter is het met het laatste dat de heer de Vos naar voren brengt eens en dat is inderdaad een punt van voorlichting. De termijnen beginnen te lopen op het moment dat iemand zijn bouwaanvraag afgeeft dat is zo voorgeschreven. Maar het college is er nog niet helemaal uit hoe dat nu met welstand moet. Je zou ook in de richting van aanvragers kunnen schrijven dat zij alvorens hun plannen definitief in te dienen eerst in overleg treden met de welstandscommissie. Dat is een inpassing niet in de driemaandenprocedure maar in het totaal van de vergunningverlening. De suggestie van de heer de Vos neemt het college graag mee. Met het overnemen van de suggestie van de heer Vos is eigenlijk ook de vraag van de heer Bienefelt beantwoord. Duidelijk is dat het college zal trachten de zaken binnen de termijn van drie maanden af te doen. Het vooroverleg kan een goede suggestie zijn om problemen en over en weer sturen van bouwplannen te voorkomen. Voorkomen dient te worden dat bouwvergunning geweigerd gaan worden omdat een beslissing binnen drie maanden niet haalbaar is. Nogmaals is de voorzitter van mening dat dat vooroverleg een goede oplossing is. De heer Evers heeft gevraagd of de gemeente gebonden is aan het welstandsadvies. Het is een advies en van adviezen kun je afwijken. Echter als je een keer afwijkt van een advies van de welstandscommissie dan weet je niet waar je eindigt. De welstandscommissie heeft dus een bepaalde visie op het welstandsgebeuren in het dorp Fijnaart en Heijningen. Op het moment dat je daar keer op keer van afwijkt, ga je dat beeld dat zij hebben overhoop halen. Hoe voorkom je dan dat er een precedentwerking vanuit gaat en dat een ander zegt, ja, maar toen bent u daar ook afgeweken van het welstandsadvies en waarom doet u dat nu niet voor mij. Zonder verdere beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens overeenkomstig het voorstel van het college besloten per 1 oktober 1992 het Intergemeentelijk adviesburo Welstandszorg West-Brabant als commissie van onafhankelijke deskundigen ex artikel 9.2 van de "bouwverordening van de gemeente Fijnaart en Heijningen 1992" aan te wijzen. 06Voorstel tot het beschikbaar stellen van een subsidie voor de bouw van een garage t.b.v. het Rode Kruis. 16e wijziging van de gemeentebegroting 1992. De heer Evers is van mening dat er al een garage was. Wethouder Nijhoff antwoordt dat naast de garage die de heer Evers bedoelt nog een garage is gebouwd. Zonder verdere beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel van het college besloten een bedrag ad. van f.5.000,00 beschikbaar te stellen als bijdrage in de kosten van de bouw

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1992 | | pagina 133