-6- zoals dat werd toegezegd in de commissie financiën van juli. De voorzitter zegt dat het hier gaat om de totale werkdruk van een afdeling. Hier dienen geen appels met peren vergeleken te worden. Het antwoord van de heer Nijhoff is correct en de aanvulling daarop ook. Ook de heer van de Merbel weet dat de werkdruk niet tot het onmogelijke kan worden opgevoerd. Daarnaast is het zo dat ieder lid van het college tijdens commissievergaderingen optimistisch toezeggingen doet zonder direkt te weten hoe het staat met de werkdruk binnen de betreffende afdelingen. Dan is het aan de secretaris en zijn managementteam om het college een halt toe te roepen en dan komt het maar een maand later in de raad. Liever dat dan dat mensen met een kwaad gezicht rondlopen omdat ze het optimisme van het college waar moeten maken. De heer van de Merbel zegt dat een maand uitstel een mededeling waard is van het college. De heer van der Spek zou graag aansluiten op het onderwerp dat nu aan de orde werd gesteld. Het verslag van de commissie financiën van 21 juli is nog niet ontvangen. Het probleem is nu dat in die vergadering onderwerpen behandeld zijn die duidelijk op de begroting betrekking hadden maar ook op onderwerpen die vanavond hier in de raad aan de orde zijn. Er liggen nu dus collegevoorstellen die niet gecheckt kunnen worden aan de notulen van de vergadering van de commissie financiën. Dat is naar het oordeel van de heer van der Spek onjuist. Wethouder Nijhoff merkt op dat nu de algemene discussie ontstaat wanneer de notulen van een commissievergadering al dan niet moeten worden overgelegd. Commissieverslagen vormen altijd een punt van discussie. Als er geen verslag is klopt het niet. Wanneer er wel een verslag is doch dit is niet vastgesteld klopt het ook niet. Deze discussie is reeds meerdere malen gevoerd. Op dit moment is het verslag van de commissie financiën nog niet klaar. Echter de wethouder vraagt zich af of het al dan niet aanwezig zijn van het verslag invloed zou hebben gehad op de besluitvorming in de raad vanavond De heer Bienefelt begrijpt dat nu de mededelingen gedaan zijn en heeft vervolgens het verzoek om de agendapunten 21, 22 en 23 in een beslotenj vergadering te bespreken. De voorzitter zegt dat het niet bezwaarlijk is dit in een besloten gedeelte te doen. De heer van de Merbel merkt op dat bespreken in een besloten gedeelte inderdaad geen bezwaar is. Echter besluiten in een besloten vergadering is niet mogelijk. Dat staat in de gemeentewet die hij en de voorzitter beiden zo goed kennen. Overigens heeft hij met het voorstel van de heer Bienefelt geen moeite. De voorzitter merkt op dat de vergadering dus straks geschorst zal worden en dat zij bij schorsing ongeveer de tijd zal aangeven opdat eenieder dan in de gelegenheid is na schorsing terug te keren voor het openbare gedeelte De heer van de Merbel heeft met dit laatste voorstel van de voorzitter toch enige moeite. De voorzitter zegt dat dit de procedure is zoals die is voorgeschreven in het reglement van orde. De heer van de Merbel vindt het een beetje gênant om straks de hele massa mensen de deur uit te sturen met de boodschap dat ze terug mogen keren wanneer het college verwacht klaar te zijn. De voorzitter zegt nogmaals dat het reglement van orde deze procedure voorschrijft. Besloten moet worden in de openbaarheid en dat kan door eerst de vergadering te schorsen opdat in beslotenheid de beraadslaging kan plaatsvinden, daarna wordt de vergadering heropent en kan de besluitvorming plaatsvinden.

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1992 | | pagina 130