-11-
Door de heer Evers is gesteld dat woningen gebouwd gaan worden die moeilijk
verhuurbaar zullen zijn vanwege onbetaalbare huren. Het ligt er aan wat voor
kwaliteit er tegenover de huurprijs staat. Binnen de gemeente zijn er
woningen die in huur niet zoveel verschillen met die van de nieuw te bouwen
woningen. De betreffende woningen zijn erg geliefd in het dorp. De vraag is
wel of dat ook zal gelden voor de te bouwen woningen. Feit is dat als gevolg
van de wetgeving zoals het rijk die de gemeente oplegt, de kwaliteit van de
woningwetwoningen -qua uiterlijk- achteruit gaat. Niet alleen moet gekeken
worden naar de huurprijs, maar ook naar wat er voor geboden wordt.
De raad besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van
burgemeester en wethouders.
10Voorstel tot wijziging van de akte van aanstelling van de directeur van de
Openbare Basisschool De Springplank. Volgnr. 91-VII-58.
De raad besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van
burgemeester en wethouders.
11Voorstel tot 14e wijziging Algemeen Ambtenarenreglement. Volgnr. 91-VII-59.
De raad besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van
burgemeester en wethouders.
12Voorstel tot 15e wijziging Algemeen Ambtenarenreglement. Volgnr. 91-VII-60.
De raad besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van
burgemeester en wethouders.
13Voorstel tot 16e wijziging Algemeen Ambtenarenreglement. Volgnr. 91-VII-63.
De heer Bienefelt merkt op dat het college wat openingen laat ten aanzien
van het punt of nieuw te benoemen ambtenaren woonachtig moeten zijn in
Fijnaart en Heijningen. Zijn fractie geeft de aanbeveling om deze voorwaarde
in principe aan iedereen te stellen met in achtneming van de huisvestiging
zoals deze op dat moment voor de betreffende persoon is. Zijn fractie acht
het in principe van redelijk belang dat mensen die bij de gemeente Fijnaart
en Heijningen werken ook in deze gemeente wonen.
De voorzitter antwoordt dat het college op de tweede bladzijde van het
voorstel heeft aangegeven dat burgemeester en wethouders nadere regelen
kunnen stellen. Het college heeft het iets gespecificeerd ten aanzien van
nieuw aan te nemen personeel en bij eventuele functieverandering van zittend
personeel. Wanneer het om nieuw personeel gaat is het college van oordeel
dat voor chefs en waarnemend chefs de eis moet gelden dat ze in de gemeente
moeten worden. Op de chefs en waarnemend chefs moet men te allen tijde een
beroep kunnen doen. Stel dat er een calamiteit is en mensen wonen buiten de
gemeentegrens, dan duurt het te lang vooraleer ze bij het gemeentehuis zijn
gearriveerd, nog afgezien van de vraag of ze over de weg kunnen komen.
Persoonlijke belangen zal het college bij genoemde eis zeer zeker in
aanmerking nemen.
De raad besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van
burgemeester en wethouders.