-6- zo positief tegenover aanleg van de rabatstrook. Ze heeft dit de voorzitter ook meegedeeld. Wat binnen de fractie verder heeft meegespeeld is dat zoals het nu is geen fraai gezicht is; Een rabatstrook die ineens ophoudt en een paar meter verder ineens weer opduikt. Dit alles bij elkaar overwegende heeft haar fractie na rijp beraad uiteindelijk toch besloten om voor aanleg van de rabatstrook te kiezen. De voorzitter antwoordt op hetgeen de heer De Vos naar voren heeft gebracht dat het college wel een mening heeft inzake de rabatstrook aan de Molenstraat. Het voorstel verschaft een open discussie over de zaak binnen de raad. Van de heer De Vos heeft ze vernomen dat twee van de vijf gereageerd hebben. Voor zover zij weet zijn er maar vier fracties binnen de raad. De heer De Vos antwoordt dat hij gesproken heeft over de commissie Ruimtelijke Ordening en Milieu en de leden van die commissie en dat zijn er vijf. De voorzitter zegt dat burgerleden niet kunnen reageren in de raad. De vorige keer heeft het raadslid mevrouw Oostdijck, namens de commissie Ruimtelijke Ordening en Milieu, gereageerd in de raad. Haar reactie had ze ook op een papiertje staan, dat zij als voorzitter naderhand heeft gekregen. Het is niet zo zinvol om deze op schrift gestelde tekst in de portefeuille ter inzage te leggen wanneer het reeds in de raadsvergadering is verwoord. Daarnaast was het zo dat in de raad werd gezegd dat men de zaak graag opnieuw ter discussie wilde hebben. De PvdA-fractie heeft de reactie van de CDA-fractie kunnen vernemen. Op het punt inzake de kostenraming en of de zaak opnieuw in april in de raad moet antwoordt ze het volgende. In de commissievergadering heeft een kostenraming ter inzage gelegen van afgerond f. 17.000,--. De raad weet dat de kosten verbonden aan de aanleg van de rabatstrook een kostenplaatje van f. 17.000,-- met zich meebrengt. Mevrouw Oostdijck heeft aangegeven dat zij en het burgerlid in eerste instantie tegen de aanleg van de rabatstrook waren. Thans heeft ze verwoord dat na rijp beraad binnen de fractie, zij en de overige fractiegenoten voor aanleg van de rabatstrook zijn. Door het college valt hierop niets te zeggen. Als verantwoordelijk persoon voor de openbare orde en veiligheid neemt zij het politierapport over, waarin staat dat met de aanleg van de rabatstrook het er niet veiliger op wordt. Ze hoopt dat de raad er respect voor kan opbrengen dat zij achter het politierapport gaat staan. Van de andere zijde is ze genoeg democraat, in die zin dat wanneer de raad in meerderheid beslist voor aanleg van de rabatstrook deze wordt aangelegd. Ze onderstreept niet dat het veiliger wordt na de realisatie van de rabatstrook. De heer De Vos begrijpt dat mevrouw Oostdijck ook schriftelijk heeft gereageerd. Mevrouw Oostdijck heeft haar standpunt laten weten aan de voorzitter. Hij begrijpt niet dat dit dan niet in de raadsportefeuille ter inzage heeft gelegen. De voorzitter antwoordt dat dat briefje als mosterd na de maaltijd kwam, omdat in de raad al gevraagd was om de zaak opnieuw ter discussie te stellen. Daarnaast was het een briefje aan haar persoonlijk gericht en ze denkt niet dat een dergelijk briefje in de portefeuille zou moeten liggen. De heer De Vos is het eens met de voorzitter dat persoonlijke brieven gericht aan haar niet in de raadsportefeuille hoeven te liggen. Het betrof hier echter een verzoek van het college aan de leden van de commissie Ruimtelijke Ordening en Milieu. Het is dan wel wat vreemd dat hierop geantwoord wordt middels een persoonlijk schrijven gericht aan de voorzitter. Op zich is dat ieders eigen recht. Zijn fractie is blij het standpunt van de CDA-fractie te hebben vernomen. In april aanstaande zal een besluit genomen moeten worden in de raad. Er zal een krediet ter beschikking gesteld moeten worden. Tot de raadsvergadering van 18 april aanstaande zal het besluit uitgesteld moeten worden dat de rabatstrook er komt De voorzitter antwoordt dat de raad thans het besluit kan nemen dat er een rabatstrook komt. Volgende week is er een vergadering van de commissie Financien. Wethouder Nijhoff kan stukken inbrengen in de commissie inzake de financiële kant van de rabatstrook. Over het bedrag kan in de commissie Financien worden gediscussieerd. Vervolgens kan de begrotingswijziging worden opgemaakt

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1991 | | pagina 25