Onderwijs. Hoewel wij een voorstander zijn van de activiteiten in het kader van de basiseducatie wil dat niet zeggen dat wij er op voorhand voorstander van zijn om bestaande activiteiten, welke officieel geen onderdeel van de basiseducatie zijn, te stoppen. Cultuur en recreatie. Net als vorig jaar is tijdens de begrotingsbehandeling in de commissie Onderwijs, Cultuur, Sport en Welzijn ons opnieuw gebleken dat het hard nodig is dat de diverse subsidieverordeningen tegen het licht worden gehouden. Tijdens het jaar 1991 is dit helaas niet mogelijk gebleken. Wij dringen er bij het college op aan om een zodanig tijdschema op te zetten dat aan het eind van 1992 alle verordeningen zijn bekeken. Ten aanzien van de subsidies aan de muziekverenigingen ontbreekt ons nog steeds de motivatie van het college om terug te komen op beleidsuitspraken van vorig jaar, daar waar het betreft het eenmalig zijn van een verhoging van de subsidie ten gevolge van het in 1991 niet langer subsidiëren van één van de muziekverenigingen. In het verleden, laatstelijk nog in de raadsvergadering van juli 1991, heeft onze fractie betoogd, dat het als onwenselijk moet worden beschouwd, dat onze gemeente als zodanig is vertegenwoordigd in de programmaraad van de SLOFH. Daarbij werd door ons verwezen naar een brief uit 1987 van de toenmalige minister van W.V.C., waarin deze zich in gelijke zin uitsprak, omdat ook naar zijn mening zelfs de schijn van overheidsbemoeienis met de inhoud van de programma's zoveel mogelijk moet worden vermeden. Onze fractie betwijfeld sterk of er ooit door een daartoe bevoegd orgaan van ons gemeentebestuur formeel is besloten tot het aanwijzen van de voorzitter van de Raad als vertegenwoordigster van de gemeente in de programmaraad van de lokale omroep. Ook wanneer zulks wel het geval zou blijken te zijn, waarover wij alsdan graag worden geïnformeerd, dan hebben recente waarnemingen nog eens bevestigd, dat de journalistieke vrijheid van de lokale omroep niet slechts in theorie, maar ook wel degelijk in de praktijk wordt ingeperkt door de aanwezigheid van een gemeentelijke vertegenwoordiger in het programmabeleid bepalend orgaan van de SLOFH. Hoe valt het anders te rijmen, dat terwijl de beide regionale dagbladen wekenlang bol stonden van berichten en commentaren over de ernstige problemen op het gemeentehuis er aan deze sterk plaatselijk gebonden materie nauwelijks of geen aandacht is geschonken door de lokale omroep. Wij achten het principieel onjuist, dat er door de (lokale) overheid direct of indirect en gewild of ongewild invloed wordt uitgeoefend of kan worden uitgeoefend op de journalis tieke dan wel redactionele onafhankelijkheid van de lokale omroep. Vandaar, dat wij uw college opnieuw ernstig in overweging geven om met het oog op het belang van een onafhankelijke lokale omroep de vertegenwoordiging van onze gemeente in de programmaraad van de SLOFH te (doen) beëindigen. blad: 6 25

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1991 | | pagina 186