-15- "Ik had het woord integendeel ook op mijn papier staan en had het beslist ook genoemd, maar U bent me voor. U hebt geen ambtenaren aangevallen. Integendeel, zegt U. Maar zou het misschien ook zo kunnen zijn dat alleen al door het noemen van de namen toch weer mensen voor het voetlicht gezet worden? Ik noem dat toch maar even zo. Laten we met elkaar afspreken dat we, wanneer we straks hetzij in een extra raadsvergadering, hetzij in de raadsvergadering van september, met elkaar komen te praten, toch proberen om anoniem over personen te praten, zodat ze niet traceerbaar zijn. Als dat de waarde is van de discussie die we met elkaar gehad hebben, dan is dat in ieder geval een meerwaarde en dan kunnen we daarmee uit de voeten. Wanneer gesproken wordt over de mate van loyaliteit van de secretaris, dan zeg ik -en ik heb dat denk ik al gezegd in de reactie namens het college- dit: We hebben op een plezierige wijze van elkaar afscheid genomen en het is niet zo dat we samen niet hebben kunnen lachen over een aantal dingen. Ook dat kwam wel eens voor. Ik moet dus zeggen dat hij ook geen reden heeft om zich hier te verdedigen. Nogmaals, wanneer je naam genoemd wordt en je bent er zelf niet bij, dan kan dat toch wel een buiten de context getrokken worden, zoals dit ook met knelpunten gebeurd is in het uitgelekte rapport,ten aanzien waarvan Twijnstra Gudde N.V. verder in het rapport zei dat de knelpunten voor kennisgeving aangenomen kunnen worden. U zei dat de secretaris geen rol zou spelen bij het aantrekken van nieuw personeel. Uw raad heeft er voor gekozen om Twijnstra Gudde N.V. in te schakelen voor het selecteren van een nieuwe gemeentesecretaris. Die gemeentesecretaris wordt straks getest bij een testbureau en in goed overleg met Twijnstra Gudde en met U als raad hebben wij ook toen in beslotenheid -maar dan moet het nu maar een keer in het openbaar gezegd worden- gezegd dat voor alle vacatures die er zijn en die nu opengesteld zijn, een psychologische test gewoon een vereiste is. Wij hopen dus daarmee de zaken op elkaar te kunnen afstemmen. Ik herhaal nog eens heel nadrukkelijk dat de procedure afgerond zal zijn voordat de secretaris komt. Het te benoemen sectorhoofd burgerzaken gaat naar hetzelfde testbureau als waar de secretaris naar toe gaat. Wij hebben dus heel nadrukkelijk binnen ons college uitgesproken en we hebben hierover ook met mensen van het MT gesproken, dat het nieuwe hoofd burgerzaken straks betrokken wordt bij de werving van de selectie. De secretaris zal niet alleen moeten werken met het nieuwe personeel. Hij zal ook moeten werken met het zittend personeel en het is nooit zo'n luxe dat je de mensen waarmee je moet werken niet zelf uit kunt kiezen. Als je dat zo kunnen dan zou de wereld denk ik een hemel worden, maar zo werkt het niet. De rol van de secretaris, wanneer het gaat om het nieuwe personeel is de volgende. Hij zal ze in ieder geval toch wel in moeten werken, moeten begeleiden en hij zal daar met elkaar een jong fris team aantreffen. Met jong bedoel ik dan niet zozeer in jaren, alswel mensen die zeggen: "We are reborn, here we are!" Ik denk dus dat dat toch maar eens een keer gezegd moet worden. Wij als college willen heel nadrukkelijk met de bonden ook overleggen. Ik wil niet verhelen dat in het verleden, met name van mijn kant als voorzitter van het college, in het college ook wel eens een voorstel verdedigd geworden is, waarin aan de orde was het instellen van een georganiseerd overleg(GO). Een collegevergadering is weliswaar besloten, maar het moet hier nu maar gezegd kunnen worden. Het personeel, met name de Medezeggenschapscommissie, voelde daar niet zoveel voor. Vanuit ambtelijke zijde kwam toch ook dat men het niet zo zag zitten. De heren wethouders zeiden toen: Nou, zullen we dan nu toch maar niet een GO doen. Laten we maar de zaken niet frustreren. Twijnstra Gudde N.V. heeft op onze bestuursconferentie en ook in de managementconferentie heel nadrukkelijk benadrukt dat er toch eigenlijk maar een GO zou moeten komen. Wij willen dat best nog eens een keer met de bonden opnemen, want het georganiseerd overleg is het gremium, waarin de personeelsporfeuillehouder zijn beleid kan verdedigen. Dat is het gremium, nergens anders. Voor het personeelsbeleid is het college verantwoordelijk en niet het management. Ze moeten wel het beleid

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1991 | | pagina 112