-11- zeggen: "Klaar, amen, uit". Daarbij riep hij bestuur en medewerkers op om de reorganisatie gestalte te geven. Het niet doorgaan van de reorganisatie van jaren terug is niet op het conto van het college te schuiven. We moeten dat maar eens hardop durven te zeggen. De medaille en ook de ambtsketen heeft twee zijden. Het is zo wanneer je geen kans ziet om medewerkers te inspireren om dat veranderingsproces, dat voor sommigen beslist zeer zal doen, maar zeker niet voor iedereen, in te gaan, dan lukt een dergelijke reorganisatie niet. Iedereen en vooral diegene die de zaken heeft laten uitlekken heeft dit reorganisatieproces onder zo'n enorme druk gezet en verder is het zo dat ook druk gelegd wordt op ons als individuele leden van het college, op een dermate manier dat het er wel naar lijkt dat ook deze reorganisatie niet moet slagen. Dit college staat voor zijn taak en zal de reorganisatie met deze portefeuillehouder doorvoeren in al zijn consequenties, in goed overleg met de mensen, maar ook kijkend naar het belang van onze organisatie, want wij zijn er voor de burgers. Het kan natuurlijk niet zo zijn dat burgers erg lang moeten wachten op de afdoening van brieven. Als dan burgers bij je op het spreekuur komen en als er dan zaken meer dan een half jaar liggen, om wat voor reden dan ook, dan kan dat gewoonweg niet. Feit is wel dat de werkdruk bij de medewerkers hoog is. We zitten krap in het personeel en de secretaris heeft bij zijn afscheid gezegd dat er voor gezorgd moet worden dat er meer mankracht komt. Dit alles moet echter ook betaald worden en we weten ook dat we met een krappe begroting zitten en waarschijnlijk weer met een niet sluitende meerjarenbegroting. Nou, als dat dan allemaal zo is, dan denk ik dat ook de gemeenteraad de hand in eigen boezem moet steken. En wat let U, mevrouw, mijne heren, om in plaats van wegen op te knappen tien man personeel er bij te zetten. Maar U zult als gemeenteraad die keuze samen met ons als college moeten maken als U vindt dat dat moet. Maar, aan de ene kant beknibbelen op personeelskosten om een begroting sluitend te krijgen en aan de andere kant klantgericht bezig te willen zijn tot in extremis, dan voelt U natuurlijk dat daarin fricties zitten. Een burgemeester wordt ook geacht een ombudsfunctie te vervullen voor de burgerij. Als dan burgers bij je komen die zeggen "ik had graag dit gehad en had graag dat gehad" en er wordt daar dan om gevraagd, dan levert dat natuurlijk spanningen op bij ambtenaren. Dat zijn ook maar mensen, net zo goed als wij bestuurders. Dan levert dat gewoon spanningen op, want je zit altijd met je planning. Als je gaat werken volgens het piepsysteem, dan komen andere dingen altijd onder druk te staan. Ik denk dat we dat vanavond gewoon hardop tegen elkaar moeten zeggen. Ik had het daarstraks over de twee actoren in de gemeentelijke organisatie, de gemeentesecretaris en de burgemeester. Alle ogen zijn daar altijd op gericht, maar het kan niet zo zijn dat de ene het elfje of de kabouter is en de andere de zwarte piet of de boeman. Het zal samen moeten en verantwoordelijkheden die in het college afgesproken moeten worden, die zullen ook gedragen moeten worden. Ik wil daar verder niet op ingaan. Als gezegd wordt dat de secretaris een onplezierig afscheid gehad heeft, dan wil ik dat ten zeerste ontkennen. Het spijt mij gewoon dat hij vanavond hier niet naast mij zit, want dan had hij zelf kunnen zeggen dat het afscheid wel plezierig was. Er lag een druk op, maar er lag ook een druk op door het gefriemel dat plaatsvond tijdens de receptie toen zijn collega's er waren. Er lag geen druk op toen wij 's-avonds als managementteam en als college met de secretaris op een heel plezierige en ontspannen wijze gegeten hebben bij Van der Put in Roosendaal. Dat wil ik dan ook nog wel een keer voor de radio zeggen. We zijn als vrienden uit elkaar gegaan. We hebben zelfs afspraken gemaakt dat we nog een keer elkaar over en weer opzoeken. Over een jaar komt hij terugkijken in Fijnaart en als dan zaken gezegd worden en op die manier de secretaris aan het kruis wordt genageld, daar heeft deze burgemeester totaal geen behoefte aan, deze voorzitter van het college en Uw raad ook niet. De secretaris had andere ambities en om dan te zeggen dat hij ging solliciteren toen de burgemeester aantrad, dat is onjuist. We weten ook uit betrouwbare bron -hij heeft het zelf gezegd- dat hij al eerder bezig was

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1991 | | pagina 108