-5- Tot slot kunnen wij met betrekking tot deze hele affaire nog mededelen dat ons college afgelopen maandag aangifte heeft gedaan van het uitlekken van het rapport en dat hedenmiddag de Officier van Justitie bericht heeft een oriënterend onderzoek in te zullen stellen op de kortst mogelijke termijn. Het rapport zullen wij u, als de raad daarmede accoord gaat, openbaar maken. Wij stellen ons voor dit te doen middels een persconferentie waarbij ook Twijnstra en Gudde N.V. aanwezig zal zijn. Voorts kunnen wij u nog mededelen dat -en ik ga vanavond niet in op de inhoud van de brief, want ik wil niet net als de heer De Vlieger via radio of kranten met hem corresponderen- wij als college vandaag een brief hebben doen uitgaan aan de Nederlandse Bond van Gemeenteambtenaren, de functionaris daarvan de heer De Vlieger, met het uitdrukkelijk verzoek om de beweringen die hij gedaan heeft hard te maken met naam, toenaam, datum, gegevens en feiten. Eerst als de heer De Vlieger op bevredigende wijze aan ons gereageerd heeft zullen wij met de bondsfunctionarisde heer De Vlieger, in contact te treden. Daarnaast is het zo dat wij in afwachting van de reaktie van de heer De Vlieger het gesprek van 10 september 1991, hetgeen een datum is die door de wandelgangen zweeft, hebben opgeschort. Aan het hoofdbestuur van de Nederlandse Bond van Gemeenteambtenaren heeft ons college geschreven dat individuele belangenbehartiging van leden uiteraard kan plaatsvinden, dat de Nederlandse Bond van Gemeenteambtenaren ondanks alles welkom blijft op dit gemeentehuis, maar voorlopig even niet in de persoon van mijnheer De Vlieger. Tot slot: Laten we vanavond in een zakelijke discussie met elkaar hierover praten en laten wij gezamenlijk en met volle inzet zowel ambtelijk als bestuurlijk overgaan tot de orde van de dag en onze verantwoordelijkheden bewust zijn zowel naar elkaar als naar de gemeenschap die wij mogen dienen. Laten wij afronden waarvoor wij als totale organisatie verantwoordelijk zijn en waar al meerdere colleges lang tegenaan gehikt wordt. Wethouder De Jong leest vervolgens de verklaring van Twijnstra Gudde N.V. Management Consultants voor: "Aan het college van burgemeester en wethouders van Fijnaart en Heijningen, gedateerd 5 september 1991, onderwerp eindrapportage. Zeer geacht college, Naar aanleiding van meerdere publikaties in regionale dagbladen heeft u ons gevraagd de totstandkoming van de eindrapportage toe te lichten. Conform onze offerte hebben wij de resultaten van het onderzoek allereerst neergelegd in een concept-rapportage. Deze concept-rapportage is besproken in een gezamenlijk overleg van het college van burgemeester en wethouders en het managementteam. De bespreking was gericht op het toetsen van de volledigheid en begrijpelijkheid van de rapportage, zonder inhoudelijke wijziging van onze beoordeling en advisering. Mede op basis van deze bespreking hebben wij tenslotte de definitieve rapportage van 21 mei j.l. opgesteld. Het idee dat de (strekking van de) inhoud van de rapportage naar aanleiding van bovengenoemde bespreking of via andere beinvloeding zou zijn aangepast, is niet overeenkomstig de realiteit. Het past ook niet bij het door ons gevolgde uitgangspunt van de onafhankelijke rol van de externe adviseur. Hoogachtend, Twijnstra Gudde NV Management Consultants drs. P.D. Bergsma"

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1991 | | pagina 102