-3-
De heer Van de Merbel gaat in op punt r, een schrijven van de heer O.D. Maris
aangaande het verzoek tot het wijzigen van het bestemmingsplan "Buitengebied" om
alsnog een bouwvergunning te verkrijgen. Het college zegt geen voorstander te
zijn van verlening van een bouwvergunning op het betreffende perceel dat valt
onder bestemmingsplan "Buitengebied" en met name geen voorstander te zijn van
het opvullen van open ruimten. In dit verband wil hij wijzen op agendapunt 4
"voorstel tot het nemen van een voorbereidingsbesluit voor een perceel aan de
Oudemolensedijk"Bij dit voorstel is de situatie Oudemolen aan de orde, waarbij
wel degelijk open ruimten worden ingevuld. Wellicht zijn er specifieke redenen
voor te noemen door het college, waarom bij agendapunt 4 voorgesteld wordt om
voor het betreffende gebied een voorbereidingsbesluit te nemen. Zijn fractie is
er sterk voor om zorgvuldig om te gaan met het gebied dat valt onder het
bestemmingsplan "Buitengebied". Er dient voor gewaakt te worden dat er her en
der gebouwen gaan verschijnen die het open karakter van het buitengebied
aantasten. Zijn fractie wenst het tot dusverre gevoerde beleid in deze ter
discussie stellen. Zij kan zich er in vinden wanneer toestemming wordt verleend
tot bebouwing, daar waar ook in het verleden een woning heeft gestaan. Zijn
fractie wenst de gehele materie omtrent bebouwing in het buitengebied nader aan
de orde te laten komen in een vergadering van de commissie Ruimtelijke Ordening.
Hierbij zou een zinvol aspect kunnen zijn, dat vergunning verleend zou kunnen
worden, daar waar aantoonbaar is dat er ook in het verleden een woning heeft
gestaan. Aan dit criterium zou volgens zijn fractie ook de aanvraag van de heer
O.D. Maris kunnen voldoen.
De heer Van der Spek merkt op dat de heer Van de Merbel een belangrijk deel van
zijn betoog reeds naar voren heeft gebracht. Aan het beleid zou hij niet de
voorwaarde willen verbinden dat op de betreffende plaats reeds een woning
gestaan zou moeten hebben. Hij kan zich voorstellen dat er open plekken zijn,
waar in het verleden nooit een woning heeft gestaan en waarbij door bouw van een
woning het aanzien fraaier wordt. Hij merkt op dat op andere plaatsen de
gemeente gaten aan het opvullen is(voorstel onder agendapunt 4 van de
raadsagenda)terwijl bij het verzoek van de heer O.D. Maris de gemeente zich
ineens verschuilt achter het feit dat de gemeente lintbebouwing tegen wil gaan.
Lintbebouwing is er volgens hem al en of dat er tussen deze bebouwing een huis
gezet wordt doet er niet zoveel aan toe of af. Hij stelt voor om te overwegen
het bestemmingsplan te wijzigen en vervolgens een bouwvergunning te verlenen aan
de heer Maris. Een tweede mogelijkheid is om de weg te volgen zoals de heer Van
de Merbel namens zijn fractie heeft voorgesteld, dus behandeling in de commissie
Ruimtelijke Ordening teneinde te komen tot formulering van een beter beleid. De
brief van de heer Maris zou in het laatste geval aangehouden kunnen worden
totdat het beleid nader is geformuleerd.
De heer Van der Werf sluit zich aan bij beide vorige sprekers. Met lintbebouwing
wordt op een gegeven moment de gemeente verfraaid. Open gaten aan dijken waar
lintbebouwing is, is geen mooi gezicht. Valt het gebied onder bestemmingsplan
"Buitengebied" dan dient het bestemmingsplan te worden gewijzigd, teneinde
opvullling van de gaten bij lintbebouwing realiseerbaar te maken.
Wethouder Van Dis antwoordt dat het beleid dat het college met betrekking tot
het verzoek van de heer Maris voorstaat, het beleid is dat in het verleden ook
altijd gevoerd is. De opvulling van de open gaten is een probleem. Destijds bij
het bezoek van de commissaris van de Koningin, de heer Van Agt, is dit punt door
het college uitdrukkelijk onder de aandacht van de heer Van Agt gebracht. Tegen
de adviezen van zijn ambtenaren in heeft de heer Van Agt toen gezegd, dat hij
zich sterk zou maken om binnen de bebouwde kom, wanneer er open plaatsen komen,
deze plaatsen op te vullen. Met name gold dit voor Oudemolen. Wanneer daar
binnen de bebouwde kom een huis verdwijnt, dan zou daar volgens de regels van
Den Bosch niet meer gebouwd mogen worden. Bij agendapunt 4, "voorstel tot het
nemen van een voorbereidingsbesluit voor een gebied aan de Oudemolensedi jk"
staat het college voor ogen om te trachten opvulling van de open plaatsen in
Oudemolen er in Den Bosch doorheen te krijgen. De gemeente zal zich in deze
sterk moeten maken met de toezeggingen die destijds door Van Agt gedaan zijn.